P. Hamans (red.) m.m.v. G. Mesters, Getuigen voor Christus.
Rooms-katholieke bloedgetuigen uit Nederland in de twintigste eeuw
v,
geschiedenis aan het volk verteld.
Populaire protestants-christelijke geschiedschrijving in de negentiende
twintigste eeuw
ïhunnis van Oort, Film en het moderne leven in Limburg; het bioscoop
wezen tussen commercie en katholieke cultuurpolitiek (1909-1929)
literatuur
if*
Paus Johannes Paulus II riep in 1994
op om 'de herinnering aan hen die het
martelaarschap hebben ondergaan niet
verloren te laten gaan en daarvoor de
nodige documentatie bijeen te brengen'.
Vanaf 1999 is in Nederland de inventari
satie opgestart. Wie nu verwacht dat alle
omgekomen katholieke verzetshelden in
het boek voorkomen, komt echter bedro
gen uit. De martelaars of bloedgetuigen
moeten gedood zijn met een aanwijsbaar
religieus of moreel motief. Toch blijkt een
groot deel van de in het boek genoemde
bloedgetuigen wel in of na de Tweede
Wereldoorlog te zijn omgekomen. Het
boek kent vier categorieën: 1. zij die
omgekomen zijn door de zorg voor de
kerk voor het behoud van de katholieke
mensvisie in de Tweede Wereldoorlog;
2. slachtoffers van het Japanse oorlogsge
weld in en rond Indonesië; 3. missionaris-
I
sen, paters, broeders en zusters die omwil
le van de verkondiging van het geloof
naar verre streken trokken en tijdens hun
dienst daar slachtoffer werden; 4. omge
komen katholieke Joden naar aanleiding
van de brief van Nederlandse bisschop
pen van 26 juli 1942. Het overzicht pre
tendeert niet volledig te zijn, omdat niet
alle orden en congregaties hebben gere
ageerd en er mensen zijn gestorven 'ver
borgen voor het oog van kerk en wereld'.
Uiteindelijk zijn er 221 biografieën opge
nomen, gebaseerd op literatuur, archief
onderzoek en mondelinge overlevering.
Ze zijn ingedeeld in de delen: Bisdommen,
Orden, Congregaties en Katholieke Joden.
De zeven bladzijden inhoudsopgave met
de niet alfabetisch gesorteerde namen
zijn redelijk snel door te nemen op een
gezochte naam. Bovendien is er een uit
gebreid register van persoons- en plaats
namen en trefwoorden. Toch zou een
alfabetische lijst van de bloedgetuigen
met geboorte- en overlijdensdatum en
-plaats niet misstaan hebben in dit boek.
GETUIGEN VOOR CHRISTUS
Het boek is zeker waardevol voor wie de
geschiedenis van de Kerk in de twintig
ste eeuw en haar cultuur wil leren ken
nen. "Geen eeuw heeft zoveel martelaren
gekend als de twintigste", concludeert de
samensteller aan het eind van zijn inlei
ding. Zie onder meer: http://www.katho-
lieknederland.nl/rkkerk/media/rkkerk_
gedrukt/200 7/detail_obj eet ID5 8829 7.
html voor een uitvoerige beschrijving.
Roelof Braad
Uitgeverij Verloren (Hilversum, 2008)
ISBN 978-90-8704-032-1, 204 blz.,
cd-rom, 19,00
Het boek is een verzameling van
tien voordrachten, die in de afgelopen
jaren gehouden zijn voor het Gezelschap
van Christelijke Historici in Nederland.
De voordrachten zijn: A. Vroon, De kerk
geschiedschrijver Barend Glasius (1805-
1886); A. Vroon, Gilles Dionysius Jacobus
Schotel (1807-1892). Cultuurhistoricus
of liefhebber van geschiedenis?;
O.W. Dubois, Historische werkelijkheid
en verlossingsidee in de Leicester-cyclus
van mw A.L.G. Bosboom-Touissant (1812-
1886); J. van Sluis, E.J. Diest Lorgion
(1812-1876) over Balthasar Bekker;
J. de Gier, Nicolaas Beets (1814-1903)
en de historische roman; G.J. Schutte,
P.J. Kloppers (1848-1912). Volksopvoeding
in christelijk-nationale zin; J. Ester,
De geschiedenis als verhaal bij Louwrens
Penning (1854-1927); J. van Amersfoort,
S.D. van Veen (1856-1924). Een kerkhisto
ricus wars van idealisme van het verleden;
A.J. Veltman-van den Bos, De meester
vertelt. W.G. van de Hulst (1897-1963);
H. van 't Veld, Opdat helden verre nane-
iteratuur
mmm
ven bezielen... Pieter de Zeeuw (1890-
1968). De bijdragen zijn dus geplaatst in
chronologische volgorde van het geboor
tejaar van de geschiedschrijvers. De schrij
vers zijn ook anders te onderscheiden,
namelijk predikanten en hoogleraren
theologie (Glasius, Schotel, Diest Lorgion,
Beets en S.D. van Veen), min of meer
afgelost door schrijvers afkomstig uit de
onderwijswereld (Kloppers, W.G. Van de
Hulst en Pieter de Zeeuw). Penning en de
enige vrouw in het gezelschap, Bosboom-
Touissant, zijn de 'buitenbeentjes'.
Jammer genoeg wordt er in de overigens
interessante voordracht over Bosboom-
Touissant weinig over haar zelf verteld.
In de meestal vlot geschreven en makkelijk
te lezen bundel is het leuke en boeiende
van de bijdragen juist dat we ook veel te
weten komen over het leven van schrij
vers, die wij vaak vooral van hun boeken
kennen.
Uitgeverij Verloren heeft de goed verzorg
de bundel voorzien van veel binnen het
geheel van de tekst goed geplaatste afbeel
dingen en illustraties. Veel afbeeldingen
roepen ook jeugdherinneringen op, zoals
bij de bijdrage over W.G. Van de Hulst en
de plaat op de omslag van Isings.
Proefschrift Universiteit Utrecht. Maaslandse
Monografieën 70
Uitgeverij Verloren (Hilversum, 2007) 224 blz.,
ISBN 978-90-8704-019-2, 22,50.
Thunnis van Oort was voor zijn
onderzoek naar de Limburgse bioscoop
geschiedenis geregeld te vinden in de stu
diezalen van de Limburgse archiefdien
sten. Hij dook in kranten en archieven en
interviewde bioscoophouders van weleer
(of nazaten ervan) om de vroege bios
coopgeschiedenis boven water te tillen.
Hij promoveerde in december vorig jaar
aan de Universiteit Utrecht op het proef
schrift met bovenstaande titel.
Het begin van de onderzochte periode duidt
de totstandkoming van de eerste permanen
te bioscoopvestiging (Venlo), de einddatum
markeert de oplossing van het bioscoop
conflict tussen de bioscoopbedrijven en de
katholieke filmkeuring. Wat de filmkeuring
betreft speelde Limburg een specifieke rol
in de Nederlandse bioscoopgeschiedenis.
Want de aanleiding voor de oprichting van
de Nederlanse bond voor ondernemers in
het bioscoopbedrijf was een noodkreet van
een bioscoopexploitant in Maastricht in
1918. Van Oort beschrijft de ontwikkeling
van het bioscoopbedrijf in de beginjaren
van de twintigste eeuw in cultuurhistorisch
perspectief en tegen de achtergrond van
modernisering en verzuiling, iets wat nog
niet eerder is gebeurd. "De bioscoop beli
chaamde gedurende de jaren tien en twintig
de meest spectaculaire modernisering van
de vrijetijdsbesteding in Limburg", aldus
Van Oort (p. 44). Antwoord wordt gegeven
op de vraag hoe de bioscoopexploitanten
het filmvermaak aan de man brachten in de
doorgaans katholieke omgeving. De auteur
levert een boeiend en leesbare geschiede
nis van deze bewogen geschiedenis. Mede
wordt dit ingegeven door de grote verschil
len per regio in de acceptatie en regulering,
zeker als de mijnstreek met veel allochtone
bevolking wordt vergeleken met steden als
Venlo of Maastricht. Op verschillende fron
ten is de bioscoop fel bestreden. De katho
lieke geestelijkheid vreesde zedenverwilde
ring, de bioscoophouders hekelden de ver
makelijkheidsbelasting en geregeld waren er
akkefietjes met de Bond van Caféhouders.
In de hoofdstukindeling na de inleiding
komen deze akkefietjes, maar ook de eco
nomische ontwikkeling van de bedrijfjes, al
naar voren: 'Limburgs vermaak tussen com
mercie en controle'; 'Een hulpkreet uit het
Zuiden. Bioscopen en verenigingsleven in
Maastricht'; 'De schapen en de bokken: de
Venlose bioscoopoorlog'; 'Leven en laten
leven in de mijnstreek'; 'Van kunsttempel
naar filmpaleis: een nieuwe generatie bios
copen'; 'Bernard de Wolf en de katholieke
filmkeuring'; 'Katholieke nakeuring: de bios
coopoorlog van 1929'; 'Tussen stad en land.
Schaalvergroting in het Limburgse bios
coopbedrijf. Kortom, de spanning tussen
(acceptatie van de) film en de Limburgse cul
tuur en geestelijkheid is van begin tot eind
voelbaar. Een aanrader dus deze studie, die
vraagt om navolging in andere provincies
en opvolgende periodes.
49
Uitgegeven in opdracht van de Nederlandse
Bisschoppenconferentie
('s-Hertogenbosch, 2008) 672 blz., 44,95.
Rooms-katholieke bloedgetuigen uit Nederland
in de twintigste eeuw
JL
ir
Nationale Raad voor
archievenblad september 2008
redactie G.J. ScHUfTE
DE GESCHIEDENIS
AAN HET VOLK VERTELD
Populaire protestants-christelijke
geschiedschrijving in de negentiende
en twintigste eeuw
Dick Deuzeman
Film en bet moderne leven in Limburg
Roelof Braad
september 2008
archievenblad