DIKKERTJE DAP EDDE GELOOFSBELIJDENIS ma De kerk is immers de eeuwen door behalve een godshuis ook een muziektempel geweest, hoe gespannen vaak ook de verhouding was met de muzikale cultuur van de seculiere 'muziek tempels'. Menig Nederlandse componist heeft zijn muzikale wortels in de kerkmuziek, of was als musicus of componist werkzaam in de kerk. Archieven van componisten van kerkmuziek en kerkmusici bevatten daardoor automatisch ook materiaal dat deel uitmaakt van of raakt aan 'religieus erfgoed'. Denk aan muziek-handschrif- ten, maar ook aan correspondentie, door musici aangelegde 'dossiers' over kwesties, neerslag van 'gedoe' in de kerk, het altijd weer noodzakelijke gevecht voor de positie... Zoals elk archief een stukje cultuurgeschiedenis weerspiegelt, weer spiegelen deze archieven vaak ook, zowel in de vorm van muziek als documentatie, een stukje kerkgeschiedenis. Welke dwarsverbanden er allemaal zichtbaar kunnen worden in zo'n archief, laat zich onder andere illustreren aan de nalatenschap van Paul Christiaan van Westering, die bestaat uit manus cripten, brieven, andere documentatie en geluid dragers. Van Westering (1911-1991) was een veelzijdig mens. Hij was kerkmusicus (organist en dirigent) en componist, schreef als muziek- journalist reportages, interviews en recensies, schreef als filatelist stukjes over postzegels, maar had ook een technische kant: voor de oorlog had hij bij Philips gewerkt, waarvoor hij een tanden borstelmachine ontwierp. Zijn interview-boek De mens achter de musicus uit 1965 (het moet in grote oplage zijn versche nen, want ik kom het nog regelmatig tegen) is nog steeds kostelijk om te lezen. Van Westering noteert niet alleen uitspraken van de geïnter viewden, maar vertelt ook smakelijk over de omstandigheden waaronder de gesprekken plaatsvonden. Paul Chr. van Westering is in de protestantse ker ken nog steeds een bekende naam, omdat een bepaalde melodie van hem nog steeds veelvul dig wordt gezongen. Het gaat om de melodie van het Credo of de zogenoemde 'Apostolische Geloofsbelijdenis', die hij afleidde van een melo die uit de zeventiende eeuw. Toen ik een orgel begeleidingspartij bij deze melodie wilde schrij ven, merkte ik dat er verschillende versies van in omloop waren. Ik raadpleegde het archief Van Westering om te zoeken naar de meest oor spronkelijke versie. (Zie hierover mijn artikel 'De Geloofsbelijdenis van Van Westering' in mijn boekje Kogels in de kerk en andere beschouwingen over (kerk)muziek, Kampen 20072). Wie bekend is met archiefonderzoek zal her kennen dat je in archieven altijd veel méér vindt dan je zoekt. Zo kwam ik ook in het archief Van Westering boeiende dingen tegen. Wellicht zul len weinigen weten dat hij ook degene is die de muziek maakte van veel liedjes van Annie M.G. Schmidt; hij toonzette meer dan honderd lied jes van haar, waaronder 'Beertje Pippeloentje', 'Het fluitketeltje' en 'Dikkertje Dap'. Toch wordt hij nauwelijks genoemd in de biografie en in de andere boeken over Annie M.G. Schmidt die zijn verschenen. In Wacht maar tot ik dood ben. Annie M.G. Schmidt: haar leven en werk voor theater, radio en tv van Hans Vogel wordt Van Westering alleen genoemd met een citaat van Schmidt zelf, die zich op een vileine manier over hem uitlaat. Ze zegt daar over de melodie van 'Dikkertje Dap': "Het is waarschijnlijk de belangrijkste melodie, die Paul Christiaan van Westering heeft geschre ven. Daardoor is die man blijven voortleven. Ik heb na zijn dood eens een beledigde brief van zijn weduwe gekregen. Ik had daar te weinig aandacht aan geschonken of ik noemde hem te weinig. Dan denk ik: 'Ja god, sorry, kan ik dat helpen.' Ik hield niet zo verschrikkelijk van zijn muziek, maar die paar liedjes zijn blijven leven. Harry Bannink liet ze sprankelen, die voegde nieuw leven toe. Harry heeft mij altijd veel meer geïnspireerd, tot iets met een eigen karakter. Ik heb zelf heel vroeger ook wel muziek geschreven, maar dat heeft geen enkele betekenis. Gewoon de tekst volgen en er een deuntje op maken. Wat Paul Christiaan van Westering gedaan heeft, dat had ik ook gekund. Daar is geen kunst aan. Ik vind Harry echt een genie." Ik ontdekte dat de 'samenwerking' tussen Van Westering en Schmidt nogal eenzijdig was geweest. Van Westering zette haar teksten op muziek, maar of Annie dat ooit echt gewaardeerd heeft, valt te betwijfelen. Van Westering was naar haar smaak te klassiek in zijn melodieën, zijn accoorden en zijn gebruik van instrumen ten. Ze ervaarde zijn muzikale stijl als 'elitair'. En wie de liedjes beluistert in hun oorspron kelijke versies, kan zich daar wel iets bij voorstellen. Misschien heeft u thuis nog wel - of kunt u er een geluidsbestandje van op internet vinden - het e.p.-tje dat Citroen Nederland in 1959 uitbracht ter promotie van de deux-chevaux, met het liedje 'Het lelijke eendje', ook op tekst van Annie M.G. Schmidt. Let u dan eens niet alleen op de kostelijke tekst en de ouder wets-beschaafde articulatie, maar ook op de mooie muzikale bewerking, met piano, klarinet, hobo en contrabas. Van Westering schreef inderdaad - dat was ook zijn opzet - klassieke muziek voor kinde ren. Maar toch wel zó aansprekend, dat er van de grammofoonplaten met die kinder liedjes tienduizenden verkocht zijn. Van 'Het lelijke eendje' zelfs 110.000, volgens Van Westering. In het archief Van Westering in het Nederlands Muziek Instituut bevinden zich geen brieven van Schmidt, maar wel één (in doorslag) van Van Westering aan haar. In deze brief uit 1967, die ik inte graal heb afgedrukt in mijn bovenge noemde boekje, is pijnlijk voelbaar dat Annie M.G. Schmidt niet gecharmeerd is geweest van zijn componeerstijl, die door Van Westering met verve wordt verdedigd. Schmidt en Van Westering waren niet alleen in muzikale smaak, maar ook in andere opzichten tegen polen. Van Westering was een keurige, wellicht op Schmidt wat burgerlijk over komende, gelovige man. Schmidt stak graag de draak met het burgerlijke en had niets met geloof. Wat betreft dat laatste is deze alinea uit de genoemde brief van Van Westering aan Schmidt intrigerend: "Je hebt eens gezegd dat je leven niet voor niets geweest zou zijn wanneer je mij van het christelijk geloof afgehaald zou heb ben. Nu, daar ben je vrijwel in geslaagd." Het is mij niet bekend of Van Westering gelovig gebleven is of niet. Wel is duide lijk, dat zijn naam voorgoed verbonden zal zijn aan Annie M.G. Schmidt, of zij dat nou leuk vond of niet... 32 33 Archieven en Religieus Erfgoed Archieven en Religieus Erfgoed I Door Dirk Zwart In het Nederlands Muziek Instituut in Den Haag bevinden zich enkele honderden archieven met de muzikale nalatenschappen van Nederlandse com ponisten, musici, muziekuitgevers en -instellingen. Behalve dat ze een onuitputtelijke bron zijn voor muzikale geschiedschrijving en vaak prachtige maar onuitgegeven muziek in zich bergen, bevatten deze archieven ook een schat aan materiaal op kerkelijk- muzikaal gebied. Dwarsverbanden Dikkertje Dap Paul Chr. van Westering en Annie M.G.Schmidt bij de presentatie van de kinderpostzegels 1967 op 7 november 1967 in het RAI-gebouw te Amsterdam (coll. Nederlands Muziek Instituut, Den Haag). Keurige gelovige man Dirk Zwart is neerlandicus, kerkmusicus, componist en muziekuitgever, en is parttime werkzaam bij het Nederlands Muziek Instituut te Den Haag. archievenblad september 2008 september 2008 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2008 | | pagina 16