ISAAR(CPF): de vergeten standaard? ISAAR(CPF) is in de Nederlanden geïntro duceerd in april 2006 op een studiedag van de Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek-, Archief- en Documentatiewezen (VVBAD) te Antwerpen.5 De standaard is ontwikkeld door de Internationale Archiefraad (ICA) in aanvulling op ISAD(G). Het is een standaard voor authority records, wat ver taald kan worden als genormeerde of geautori seerde beschrijvingen (van personen, families en organisaties). In samenwerking met de VVBAD heeft de Archiefschool deze standaard vertaald.6 Voor de codering in XML is EAC7 ontwikkeld. Bij ISAAR gaat het dus om genormeerde beschrijvingen van personen, families en orga nisaties. Dit hoeven niet uitsluitend archiefvor mers te zijn; het kunnen ook personen en instel lingen zijn die in een archiefcontext voorkomen en ook auteurs en trefwoorden. Overigens geeft ISAAR alleen regels over welke gegevens over een persoon, familie of instelling moeten wor den opgenomen, met andere woorden welke velden een genormeerd 'record' heeft en de volgorde daarvan. Over de spelling en alfabeti sering (bijvoorbeeld de keuze tussen Den Haag of 's-Gravenhage) binnen de velden moeten op nati onaal niveau nadere afspraken worden gemaakt. De belangrijkste doelen die met het gebruik van ISAAR bereikt worden zijn: eenduidigheid en ondubbelzinnigheid. De belangrijkste doelen die met het gebruik van ISAAR bereikt worden zijn: eenduidigheid en ondubbelzinnigheid. Eenduidigheid wil zeggen dat een entiteit met meer dan één naam (syno niemen), één enkele aanduiding krijgt. Zo kan er afgesproken worden dat Meester Kong, alias K'ong-foe-tzi, ook wel Kongfuzi, Konfuzius, Konfucius, etc., voortaan als Confucius wordt aangeduid. Is de keuze voor een schrijfwijze gemaakt, dan worden ook alternatieve schrij- wijzen vermeld. Ondubbelzinnigheid houdt in dat het duidelijk is wie achter een veelgebruikte naam schuilgaat (homoniem), of dit nu Willem van Oranje is, of J. de Vries. En als we dan de spe cifieke persoon kennen is het handig te weten in welke hoedanigheid hij handelde: als Stadhouder van Holland en Zeeland, of als Kapitein-generaal van de Generaliteit. Ook kan een genormeerde beschrijving uitsluitsel bieden in geval van bij namen, geuzenamen, pseudoniemen, et cetera. De voordelen die dit biedt, zeker ook bij het gebruik van zoekmachines, zijn evident. Authority control, zoals het in de Angelsaksische literatuur heet, vergroot de consistentie en daarmee de 'pre cisie' en de 'vangst'.8 Een bijkomstig voordeel van het aanleggen van genormeerde beschrijvingen is dat ze onze kennis over de instellingen, personen en families die beschreven worden vergroten. Tegenover de voordelen staan eigenlijk geen nadelen, maar er zijn wel praktische bezwaren te noemen. Een eerste bezwaar is dat het gebruik van genormeerde beschrijvingen ook als een keurslijf gevoeld kan worden. Dit is vergelijk baar met bezwaren tegen spellingsvoorschriften. Een bezwaar van meer praktische aard vormen de kosten. Authority control kan namelijk soms heel wat research vragen en tijdrovend zijn. In de praktijk kan hieraan tegemoet gekomen worden door te beseffen dat een bestand van genormeerde beschrijvingen nooit foutloos en volledig hoeft te zijn. Om een voorbeeld te geven: vanuit een plaatselijke Nederlandse situ atie zal het veel moeite kosten om een zekere William Smith uit Colorado met de levensjaren 1825-1879 eenduidig te onderscheiden van alle anderen met gelijke naam. Het rendement zal in het algemeen niet tegen de moeite opwegen. In de Rotterdamse situatie is het wél van cruciaal belang te weten dat Alfons Jozef de Ridder zich bediende van het pseudoniem Willem Elsschot en daarbij tevens te weten wat zijn relatie tot Rotterdam was. Dit leidt tot de conclusie dat bij het aanleggen van een bestand van authority records het van belang is om te beginnen op plaatselijk niveau. Vervolgens kunnen de beschrijvingen waar nodig op een regionaal niveau geplaatst wor- den en daarna op provinciaal en landelijk niveau. Wanneer het om archiefvormers gaat, zal vanuit het Rotterdamse een geautoriseerde beschrijving gemaakt moeten wor den van bijvoorbeeld de voorma lige gemeenten die in Rotterdam zijn opgegaan en de voormalige waterschappen die ontpolderd zijn. Op regionaal niveau moet afstemming plaatsvinden over bijvoorbeeld hoge jurisdicties, baljuwschappen en regionale waterschappen.9 Op provinciaal niveau kunnen dan met name ook de oude Hollandse geweste lijke instellingen aan bod komen en kan de genormeerde beschrij ving van Raadpensionaris Johan van Oldenbarnevelt afgestemd worden op die van Johan van Oldenbarnevelt als pensionaris van Rotterdam. Volgens deze bottom- up werkwijze kunnen gemakkelijk waardevolle authority files ontstaan en blijft de standaard voor verge telheid behoed. 19 digitaliseringen informatisering Door Chris Streefkerk ISAD(G)1, de algemene standaard voor archiefbe schrijving, is sinds de invoering in 1994 gemeengoed geworden en in Nederland vrij algemeen geaccep teerd. Hetzelfde kan gezegd worden van de code ringsstandaard EAD.2 Ten aanzien van EAD heeft het Nationaal Archief het voortouw genomen en op het World Wide Web zijn talrijke voorbeelden van het zegenrijk gebruik van EAD en ISAD(G) te zien. Dit kan nog niet gezegd worden van ISAAR(CPF)3, de standaard voor authority records, nauw verwant aan ISAD(G). Deze standaard werd tijdens een research workshop van ARMReN'1 de 'vergeten standaard' genoemd. In Nederland is dit gelukkig niet het geval en wordt met de invoering van ISAAR(CPF) goede vor dering gemaakt, met name bij het Gemeentearchief Rotterdam in het kader van het project 'De Digitale Balie'. Eenduidig en ondubbelzinnig Praktische bezwaren archievenblad maart 2008 digitalisering en informatisering! Willem van Oranje in viervoud. Maar welke Willem van Oranje? Ondubbelzinnigheid, duide lijkheid over wie achter een veelgebruikte naam schuilgaat, is een van de belangrijke doelen van ISAAR(CPF). Chris Streefkerk is docent-onderzoeker bij de Archiefschool. maart 2008 archievenblad I Noten 1 International Standard on Archival Description (General). 2 Encoded Archival Description, zie: Marion Karsch en Jan Keuning, 'EAD en EAC - grensoverschrijdend en grensverleggend', Archievenblad 112 (2008), nr. 1, 26-27. 3 International Standard for Archival Authority Records for Corporate Bodies, Persons and Families. 4 Archives and records management Research Network, University College Londen, 26 juni 2007. 5 Jeroen Poppe, 'Studiedag Isaar(cpf) Archievenblad 110 (2006), nr. 8, 27-29. 6 ISAAR(CPF): Internationale Norm voor Archivistische Geautoriseerde Beschrijvingen van Organisatie, Personen en Families (verta ling van de tweede uitgave) (Antwerpen/ Leuven/Amsterdam, 2006). 7 Encoded Archival Context, t.a.p. (op dit moment nog in beta-versie). 8 Precisie (precision) is de verhouding tussen het aantal relevante resultaten (documen ten, treffers) en het totaal aantal resultaten dat door het systeem is teruggegeven. Vangst (recall) is de verhouding tussen het aantal relevante gevonden documenten, en het mogelijke totaal aantal relevante docu menten. 9 Voor wat betreft alle ooit bestaan heb bende waterschappen in Nederland is reeds beschikbaar: Ludy Giebels en Chris Streefkerk, Waterschapsarchieven database (WAD) (z.p., z.j. [ca. 1990]; webversie 2007). http://www.jvdn.nl/Downloads/WG/WAD.pdf.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2008 | | pagina 9