[üeQaak] 1 1 literatuur Gerard Groeneveldt, Heinz in Holland. Duitse amateurfoto's van de bezettingstijd u Kiekjes heten ze: leuke, gezellige foto's die door amateurs worden gemaakt en waaraan de hele familie lol beleeft. Bij het begin van de Tweede Wereldoorlog was tien procent van de Duitse militairen in het bezit van een fototoestel. Soldaten hanteerden het liefst een kleinbeeldca- mera, ook boxcamera genoemd: dan ging de hobby tenminste niet ten koste van hun militaire inzet. Foto's konden aan tonen hoe wreed de vijand was (het foto graferen van eigen wreedheden was uiter aard taboe), maar maakten vooral het thuisfront duidelijk dat de geliefde zoon, broer of echtgenoot het goed maakte. Het zijn dan ook heel herkenbare foto's die te zien zijn in Heinz in Hollandgewo- U-ffllüw ne soldaten die manhaftig met het geweer in de aanslag staan, of gezellig aan de wandel zijn, of vol trots hun buit aan vrou welijk schoon tonen. Ware het niet dat soms een hakenkruis, SS-runenteken of Hitlerportret zichtbaar is, wat dergelijke plaatjes iets ongemakkelijks geeft, dan hadden het net zo goed 'onze' jongens kunnen zijn. De samensteller van het fotoboek, Gerard Groenevelt, heeft ken nelijk heel internet en vele handelaren afgestroopt om een collectie van hon derden foto's te verzamelen. Lang niet altijd is daarbij de context duidelijk, reden waarom sommige onderschriften nogal weinig zeggend zijn, zoals "Het smaakt prima op het zonnige terras". Maar zijn foto's, aangevuld met een zestigtal van het Rijksmuseum, leve ren een ontspannen fotoalbum op dat laat zien dat de oorlog ook zo z'n aangename kanten had: je kwam nog eens ergens! M.M. van der Winden-Tetteroo ed., Mijn dagboek. Oorlogskroniek van Kees Tetteroo 1936-1945 «hp "r' pp 1 ISBN 978 90 5994 140 3, 520 blz., 39,90 Een klassieke vondst: dagboeken op zolder gevonden. Niet geheel onbekend in familiekring, maar jarenlang uit het oog verloren, een manuscript van Kees Tetteroo. In april 2005 is het tevoorschijn gehaald door een van de kinderen van de auteur. Tetteroo, geboren in 1922, begon in 1936 op verzoek van zijn oudere broer, die als missionaris naar het buitenland vertrok, aantekeningen bij te houden over de familie en het leven thuis. Thuis, dat was Schipluiden en omgeving. Eind jaren dertig krijgt de jonge Tetteroo oog voor de politieke spanningen in de wereld. In zijn waarnemingen dringt meer en meer de oorlogsdreiging op de voorgrond. Gaandeweg ontpopt hij zich als een reporter in de dop, hij kijkt verder dan Schipluiden en trekt er op uit om de gevolgen van de oorlog met eigen ogen te aanschouwen en te fotograferen. Als veeverloskundige geniet hij meer bewegingsvrij heid dan anderen. Het document groeit uit tot een boeiend tijdsbeeld; Tetteroo heeft geen per soonlijk dagboek geschreven, maar een waarachtige kroniek. Het is een uiterst leesbaar boek dat het dagelijks leven in oorlogstijd voelbaar maakt. Het kloeke boek, fraai uitgegeven, is rijk geïllustreerd met talloze unieke foto's, merendeels door de auteur gemaakt, en met knipsels, kaarten, distributiebonnen, tekeningen en pamfletten die Tetteroo verzamelde of natekende. Zo bewaarde hij enkele papiertjes waarin toffees zaten verpakt en die opbeu rende teksten brachten onder de mensen, zoals het Sinterklaasgedichtje dat zo begint: "Zie ginds komt het vlieg tuig uit Engeland weer aan. Het brengt heel wat bommen, die naar Duitschland gaan." 40 I KVAN nieuws koninklijke vereniging van archivarissen in nederland over dienstbare openbaarheid Hoe ver moet je als archivaris gaan in je service aan archiefvormers? In de onderhande lingen over acquisitie van particulier materiaal is dit een telkens terugkerend dilemma. Aan de zijde van degenen die archief willen overdragen bestaan soms ideeën en wensen die ver af staan van het beleid van de ontvangende instelling. Dat kan gaan over het met voorrang restaureren van stukken, het snel maken van een in fraai drukwerk uitgevoerde toegang of het organise ren van een tentoonstelling uit het archief. Dat een archivaris in dergelijke gevallen de balans moet zoeken tussen zijn eigen wens om het archief te verwerven, het beleid van zijn instel ling, de wet- en regelgeving, de beroepscode en de verwachtingen van de aanbiedende partij is in vorige afleveringen van de Zaak vaker aan bod gekomen. De beroepscode voor archivaris sen bevat voor dergelijke gevallen bepalingen over de objectiviteit en onpartijdigheid van de archivaris (art. 1), het handelen volgens de algemeen aanvaarde archivistische principes en praktijk (art. 2) en het integer handelen (art. 8). Ook bij een van de meer heikele fasen in het verwervingsproces, de onderhandelingen over de openbaarheid van de stukken, kan de code een handreiking bieden. Zoals in de volgende Zaak. Het is algemeen bekend dat archiefstukken openbaar zijn als ze worden bewaard worden in een openbare archiefbewaarplaats. Maar in per soonlijke archieven, familiearchieven, archie ven van verenigingen en kerkelijke instellingen bevinden zich vrijwel altijd stukken waarvan het niet verstandig is ze direct aan iedereen ter inzage te geven. In veel gevallen zijn dat stuk ken die te maken hebben met de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. De code is daar over glashelder: de archivaris dient de persoonlijke levenssfeer van archiefvormers of van personen die in archiefbescheiden worden genoemd te respecteren (art. 7). Maar wat als de wens tot beperking van de toegankelijkheid te maken heeft met andere motieven? In een familiearchief bevinden zich stukken met gegevens over het kunstbezit van een familie: een inventaris, taxaties van de waarde, docu mentatie over het exposeren van de objecten en recente boedelscheidingen waaruit de bestem ming van de nagelaten kunstwerken valt te tra ceren. De eigenaar van het archief wil niet dat deze stukken openbaar worden. Na overleg met andere familieleden komt hij met het voorstel om uit oogpunt van veiligheid de openbaarheid van deze stukken te beperken. Inzage zou alleen mogelijk zijn na toestemming van een verte genwoordiger van de familie. Geen probleem zou je zo denken, maar er schuilt een addertje onder het gras. Dat zit niet zozeer in de redenen die de wet geeft om beperkingen aan de open baarheid te stellen. Je zou deze openbaarheidbe perkingen kunnen beschouwen als behorende tot de categorie voorkomen van onevenredige bevoordeling of benadeling van betrokken natuur lijke personen of rechtspersonen dan wel van der den' (Archiefwet 1995, art. 15, lid lc). Moeilijk wordt het door de bepaling dat beperkingen aan de openbaarheid zijn toegestaan 'voor een bepaalde termijn'. In dit geval is dat niet effec tief - het gevaar van kunstdiefstal zal met het verstrijken van de tijd niet afnemen. Het voorstel van de familie was voor de archi varis niet acceptabel. Zijn alternatief was om af te zien van het overnemen van deze stukken. De vertegenwoordiger van de familie was daar echter niet happig op gezien de bewaarcondi- ties in zijn huis. Na zorgvuldig overleg is men overeengekomen dat de stukken eerst nog bewaard zullen worden bij de familie tot aan het moment dat, na de afwikkeling van enkele toekomstige boedelverdelingen, niet gemak kelijk meer te achterhalen zal zijn waar de kunstwerken zijn gebleven. Een oplossing waar beide partijen mee kunnen leven. Een archief is namelijk geen bank met privé-kluizen. En de taak van de archivaris is primair gericht op de archieven. Hij dient onder andere het gebruik daarvan zo breed mogelijk te bevorderen (beroeps code art. 6). KVAN Nieuws Bureau KVAN Redactie Archievenblad 41 Vantilt (Nijmegen, 2007), ISBN 978 90 7750 37 2 0, prijs: 22,50. Jan H. Kompagnie Uitgeverij Aprilis (Zaltbommel, 2007) LTS PH *1 O Cn OORLOGSKRONIEK VAN KEES TETTEROO APRILIS A Agnes Jonker 1 archievenblad juli 2007 van archivarissen Yvonne Bos-Rops Bureau Koninklijke Vereniging van Archivarissen in Nederland. Voor informatie over de KVAN, bestelling van publicaties, aanmelding voor activiteiten en wijzigingen in de ledenadministratie kunt u contact opnemen met het bureau. Kopij voor het Archievenblad, berichten voor deze rubriek en mutaties in de Almanak van het Nederlands Archiefwezen kunt aan het bureau van de KVAN doorgeven. Herengracht 474 1017 CA Amsterdam Tel. (020) 716 73 54 Fax: (020) 716 73 55 E-mail: bureau® kvan.nl I nte rn et: www.kvan.nl Postbank Bureaurekening: 84767 De KVAN is een beroepsvereniging, die alle mensen verenigt die werk zaam zijn in het archiefveld. Het is geen vereiste dat leden het diploma archivistiek bezitten. Het archiefveld is zo divers, dat mensen met zeer ver schillende achtergrond/opleiding daar in werkzaam zijn.Allen zijn welkom als lid van de KVAN! De Koninklijke Vereniging van Archivarissen in Nederland stelt zich ten doel de belangen van het Nederlands archief wezen te behartigen en de deskundig heid van archivarissen te bevorderen. De vereniging organiseert onder meer studiedagen, internationale uitwisselingen en buitenlandse ori ëntatiereizen. Leden van de KVAN ontvangen kosteloos het Archievenblad en de Almanak van het Nederlands Archiefwezen. Student-leden en begin nende beroepsbeoefenaars kunnen tevens lid worden van de Sectie Nieuwe en Aankomend Archivarissen en Informatiespecialisten (SNAAI). De contributie voor het lidmaatschap van de KVAN bedraagt €61,- per jaar (een hogere bijdrage is welkom). De contributie voor een student-lid bedraagt 18,- per jaar. juli 2007 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2007 | | pagina 20