Zoektocht naar een leven Het archief van Louise Stratenusbij het Letterkundig Museum VROUWE N| in /iet vaA thema Het liet me niet los en na een tijdje begon ik opnieuw. De negentiende eeuw interesseerde me, het katholicisme in die periode zeker en ik overwoog de geschie denis van de Katholieke Illustratie als onderwerp te nemen. Lezend in de oud ste jaargangen kwam ik de schrijfster Louise Stratenus (1852-1908) tegen, die onder verschillende pseudoniemen in de Katholieke Illustratie schreef. Feuilletons van haar hand werden - zo begreep ik al snel - graag gelezen. En deze schrijfster, daar kreeg ik iets mee. Waarom eigenlijk? Ze is geboren in Zeist (net als ik), woonde later in Noord-Brabant (net als ik) en haar korte leven was zeker voor een vrouw in die tijd wel heel bijzonder. Toen ik bovendien een enthousiaste promotor vond in de persoon van professor Marita Mathijsen van de VU in Amsterdam, kon ik ook echt beginnen. Het enige wat ik toen had, was een korte levensbeschrij- 4 ving, geschreven door Thera Boon.1 Zij hield zich echter uitsluitend bezig met de periode dat Louise Stratenus in Breda (Princenhage) woonde. In een gesprek met Thera bleek dat zij een brievenar- chief had geraadpleegd in het Letterkun dig Museum in Den Haag. Een goede bron, zo bleek later. Al gaat een zoek tocht naar en door de archieven niet over rozen, waarover later meer. Louise Stratenus werd zoals gezegd geboren in 1852 in Zeist. Haar ouders trouwden in 1848 in Zeist. In 1853 krijgt Louise een zusje, Benine, in 1855 nog een zusje, maar in de winter van 1856 slaat het noodlot toe in dit welgestelde gezin. De vader rijdt met een koets van uit Utrecht naar Zeist de Biltse Grift in. Als hij - nog in leven - wordt thuisge bracht en op bed gelegd, heeft niemand in de gaten dat Louise zich ook in die kamer bevindt. Haar vader sterft nog dezelfde nacht. Dramatisch genoeg ver wacht haar moeder haar derde zusje, dat een aantal maanden later wordt geboren. Ook daarop rust geen zegen: het kindje overlijdt met 22 maanden en enkele dagen later sterft ook de oma van vaders kant. Moeder Stratenus vindt na vier jaar een nieuwe echtgenoot, een officier bij het Regiment Grenadiers en Jagers. Het gezin verhuist naar Den Haag, Den Helder, Amsterdam, Middelburg en komt uiteindelijk in Breda te wonen, intussen is het tweede zusje van Louise op 12-jari- ge leeftijd overleden en is er een nieuw (stief)zusje geboren. In Noord-Brabant, Louise is dan 18 jaar, ontstaat een romance tussen Louise Stratenus en Charles baron Van der Bosch van Verwolde, eigenaar van het landgoed De Valkenburg, vlak bij Chaam. Enkele dagen voor de aantekening van het huwelijk, de bruidsjapon is reeds in huis, krijgen de ouders onenigheid over de tekst van de aantekenbrieven en het huwelijk gaat niet door. Louise blijkt al vroeg belangstelling te hebben voor literatuur, voor het schrij ven. Zo produceert ze voor haar twaalfde jaar al een compleet toneelstuk in vijf bedrijven, dat ze ook opstuurt naar een uitgever. Deze stuurt het terug met com plimenten en de mededeling dat het wel erg ingewikkeld zou worden als deze bedrijvenwisseling moest worden door gevoerd: dat zou veel te veel tijd kosten. Het toneelstuk is bewaard gebleven en bevindt zich in het Letterkundig Mu seum in Den Haag, in prachtig schoon schrift geschreven. Als Louise's verloving wordt verbroken, besluit ze voor zichzelf te gaan zorgen. In die tijd een enorme stap: vrouwen zorgden niet voor zichzelf, zeker welgestelde vrouwen niet. Ze woonden bij een familielid en deden goede werken, maar het eigen brood ver dienen? Dat hoorde niet. Louise gaat schrijven. Maar haar onhandigheid met uitgevers zorgt ervoor dat ze in korte tijd zonder geld komt. Zo zeer zelfs dat ze dreigt gegijzeld te worden. Ze heeft dan al kennis gemaakt met Catharina Alberdingk Thijm, heeft zich onder invloed van de familie Alberdingk Thijm ook bekeerd tot het katholicisme, en de vriendinnen vertrekken samen hals over kop naar Engeland om te ontkomen aan de gijzeling. Ze richten daar een tijd schrift voor jonge meisjes op en slagen erin de schulden af te lossen en uiteinde lijk terug te keren naar Nederland. Via Amsterdam gaan ze naar België, waar ze enige tijd verblijven, maar vooral Parijs is een geliefd oord voor beide vriendinnen- schrijfsters. Hoe de verhouding tussen de beide vriendinnen is, blijkt af en toe uit de bewaard gebleven brieven. Meer dan tien jaren wonen ze samen, maar daarna ontstaat een conflict. Het lijkt erop dat deze ontstaat vanuit een liefdesrelatie met een rijke Haïtiaanse ambassadeur voor beide dames, maar hier valt nog veel aan uit te zoeken. Ze gaan in ieder geval uit elkaar, al houden ze nog lang contact. Louise krijgt vriendschap met een Engelse toneelspeelster, Catharina met een Amsterdamse verpleegster. Dan ontmoet Louise Célestine Oli- phant-Schoch, een hooggeplaatst lid van het Leger des Heils. Ze reist met haar mee naar Zweden om als gouvernante-secre taresse op te treden. Vele brieven vanuit Zweden getuigen van haar zorg voor deze vrouw en haar dochtertje. Uiteindelijk keert ze begin twintigste eeuw terug naar Princenhage; ze voelt het als haar plicht haar moeder te helpen, omdat zij alleen voor haar mentaal zieke echtgenoot en heel zwakke dochter moet zorgen. Dan openbaart zich na een aantal jaren een ernstige tumor, die ertoe leidt dat Louise Stratenus uiteindelijk in maart 1908 in vrouwen en archieven Princenhage overlijdt, op 56-jarige leef tijd. Louise blijft tot vlak voor haar dood werken, schrijven, dicteren en wil nie mand lastig vallen met haar levensbe dreigende ziekte. Louise Stratenus schreef meer dan 400 boeken, artikelen, gedichten en kranten stukken. Veel romantische en historische verhalen en romans, die gretig aftrek von den, vooral onder vrouwelijke lezers. De recensies - het zijn er niet veel - zijn vriendelijk, maar aarzelend en niet echt positief. Slechts weinigen kennen haar naam. Ze ligt begraven op het protestant se deel van het kerkhof in Princenhage. Deze gegevens (onder andere) zijn tot nu toe boven water gekomen. Een enorme bron daarbij was inderdaad het brievenarchief dat zich bevond in het Letterkundig Museum (LM) in Den Haag. Maar zo eenvoudig is het niet, die bron te ontsluiten in de tijd die je daarvoor beschikbaar hebt. Dagen reisde ik heen en weer naar Den Haag, om per dag een brief of vijf, zes te lezen en samen te vat ten of te noteren. De brieven zijn in een priegelig handschrift geschreven, bijna altijd in het Frans, en moeilijk leesbaar. De twee dozen vol zijn wel een uitda ging, honderden brieven, schriftjes, aan tekenboekjes bevinden zich erin, maar helaas geen dagboeken. Er is veel verlo ren gegaan, vermeldt het nichtje van Louise, in een groen schoolschriftje dat ze vol schreef met het verhaal van het leven van de in haar ogen briljante schrijfster.2 Tijdens de Tweede Wereld oorlog is het archief waarover zij beschik te door de Duitsers meegenomen, ver meldt ze. De beide dozen werden wel een uitdaging, maar in de praktijk bleek het buitengewoon moeilijk om ze ook daad werkelijk in te kunnen zien. Op zaterdag is het LM gesloten, vrije dagen zijn schaars, dus het viel niet mee. Uitein delijk vonden we een oplossing: het Letterkundig Museum was bereid om de archieven in depot te geven aan het Stadsarchief 's-Hertogenbosch, zodat de bereikbaarheid enorm werd vergroot. Vlakbij, maar bovendien ook op zaterdag geopend! Dit leidde tot vele zaterdagen in het Stadsarchief, met alle brieven in de buurt en de laptop paraat. De zoektocht is nog lang niet voorbij, maar de bereidwil ligheid van de medewerkers van het Stadsarchief helpt enorm. De brieven zijn nu allemaal geordend en grotendeels overgenomen, vertaald en/of samengevat. De volgende stap betreft de handschriften en (enkele bewaarde) recensies in het archief. Er valt nog heel veel te onderzoe ken, maar dit stuk van de puzzel is in ieder geval opgelost. Met dank aan het LM en het Stadsarchief 's-Hertogenbosch. 24 Door Nannie van Berkum* Al jaren speelde ik met de gedachte een biografie te schrijven. Verschillende pogin gen heb ik ondernomen, met teleurstellen de ervaringen omdat ik die biografie graag in de vorm van een proefschrift wilde schrij ven. Met een volledige baan valt promo veren niet mee. Het begint met het zoeken van een onderwerp, wat ik in alle stilte deed. Twee keer ving ik bot: toen ik zover was om een promotor te zoeken, bleek de gekozen schrijver (Lode Zielens) al een bio graaf te hebben. Juist op het moment dat ik er serieus werk van wilde maken, kwam de biografie uit. De tweede keer bleek het vin den van een promotor onbegonnen werk. Ik legde het idee aan de kant. Louise Stratenus aan haar schrijftafel. bficcr 'y >-< i -(■ T' /ac'' cc/, e*r k V vut ■fttftm I tw.' l"'A Briefje van de jonge Louise aan de heer Leyssius, die in 1860 met haar moeder trouwt en haar stiefvader wordt. Bewogen Schrijversleven Vw»— ■VkJl v \A\ X «CWNA. Li -V -S' *~>r »-*• «v V- l. \aI-u, i.., J- -k- '.tip*, l 1 m Ui,. t .L j- - V l' C V- 1 y- 0 eflIustreerdYol k sWad voor TUderland Jllfl-, (<r.„ Sr OAy. Vn th 4>-'i,tt /l /for l(, iiu.». sr.: !'--' u-'-- („At. r- a. t«- "u 'b ""i L ,U. r.Z'/A.ïv t-'t;-"'*"" tri A'- *-><•""- toiU li rj^"' Fragment uit een brief (in het Frans uiteraard) van Louise Stratenus aan haar zus Benine de Vaynes van Brakell, uit 1892. Let op de doorgekruiste delen! Zij maken zo vrese lijk nieuwsgierig. Annette Mevis, IIAV Archiefwerk aan de winkel: "Ik heb in eerste instantie niet voor het archiefvak pur sang gekozen, mijn passies waren het feminisme en vrouwengeschiede nis. Maar de wetenschap bleek niets voor mij te zijn. Een baan op het internationaal Archief voor de Vrouwenbeweging (IAV) in 1983, een bloemlezing samenstellen uit dag boeken van vrouwen, dat was het wel. Toen bleek dat de A uit de naam van het IAV nog een braakliggend terrein was, heb ik me daar Archiefervaringen samen met Anne- ~"1 marie Klooster- man helemaal op gestort: de Archiefschool gevolgd, een archievenoverzicht gemaakt, actief gaan acquireren, inventariseren, automatiseren, nieuwe archieven uitpakken, enzovoort. Heerlijk om te doen, nog iedere dag." Reactie van het Geïllustreerd Volksblad naar aanleiding van het verzoek van de zuster van Louise Stratenus, die na het overlijden van Louise haar gedichten verzameld wilde laten uitgeven. De redactie wil wel gedichten plaatsen, maar geen verza melbundel uitgeven. Nannie van Berkum werkt aan een biografie over de i9e-eeuwse schrijfster Louise Stratenus (1852-1908). Noten: 1. Boon-Corthals, Thera, Toon van Miert, Frans Wetzels, Louise Stratenus, 1852-1908. Een negentiende-eeuwse schrijfster in de ban van het pseudoniem, Breda 1992. 2. 'Zwakke poging tot het opstellen van eene kleine levensbeschrijving van Louise Stratenus, door Benine de Vaynes van Brakell - geboren Stratenus'. Schriftje in Archief Louise Stratenus, Letterkundig Museum Den Haag. archievenblad wagr archievenblad september 2006 seDtember 2006

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2006 | | pagina 12