Conserveren van verspreide audiovisuele archieven
een gezamenlijk project
W.
j
archieven en collecties
archieven en collecties 1
Filmconservering
Deelnemende en coördinerende
instellingen
23
Door Tamara van Zwol*
Golvende videobeelden, zure en plakkende
filmstroken waar niets meer mee te beginnen
valt, het eigenhandig met plakband repare
ren van gebroken cassettebandjes: wie kent
dat niet? Als je er niets aan doet, verdwijnen
deze films, audiocassettes en videobanden
onherroepelijk. Terwijl juist audiovisuele
materialen zo belangrijk zijn voor de beeld
vorming, registratie en beleving van onze
geschiedenis, een beleving die papieren of
andersoortige archiefdocumenten nu een
maal niet kunnen bieden.
In 1999 is in opdracht van WVC het
rapport 'Horen, Zien en Zwijgen' 1 ver
schenen, met daarin een inventarisatie
van de omvang, cultuurhistorische waar
dering en conserveringsachterstanden
van de audiovisuele collecties in
Nederland. Naast de nationale collecties
behandelde het rapport ook de verspreide
archieven, die te vinden zijn bij regionale
en lokale archiefinstellingen, omroepar-
chieven etc. Het bleek dat ook een groot
deel van deze collecties een hoge cultuur
historische waarde had én dat de conser
veringsachterstanden van de regionale
collecties groot waren. Om een voorbeeld
te geven: zeven jaar geleden bleek dat bij
zeven grote regionale audiovisuele
archieven gemiddeld 78 procent van het
filmmateriaal aan conservering toe was.
Er werd berekend dat voor deze archiefin
stellingen de kosten voor filmconserve-
ring zouden oplopen tot 3,5 miljoen gul
den, meer dan anderhalf miljoen euro.
Het werd tijd voor een grootschalig
inhaalproject. Het ministerie van OCW
stelde een bijdrage van twee miljoen gul
den aan de Mondriaan Stichting ter
beschikking voor de conservering van de
verspreide collecties: het zogenoemde
Mondriaan II-project.2 Om het conserve
ringsproject gecoördineerd te laten verlo
pen zocht de Mondriaan Stichting con
tact met het Nationaal Overleg Regionale
Audiovisuele Archieven, het NORAA. Het
NORAA is een kennisgerichte werkgroep,
bestaande uit instellingen die binnen
hun regio een centrale rol spelen met
betrekking tot audiovisuele archivering.
De werkgroep valt onder de sectie
Audiovisuele Archivering van DIVA en
coördineert de verspreide collecties.
Gezamenlijk functioneren de NORAA-
leden als overlegpartner voor OCW,
althans waar het gaat om een landelijke
aanpak met betrekking tot conservering.
Van plan naar praktijk
Het NORAA werd verzocht een pro
jectvoorstel in te dienen, een plan van
aanpak dat als paraplu kon dienen voor
alle individuele projecten. Tien uiteenlo
pende deelprojecten, gebaseerd op de
regionale inventarisaties, namen plaats
onder die paraplu. De plannen beschre
ven de belangrijkste regionale en lokale
audiovisuele collecties, de acute bedrei
ging, de te nemen conserveringsmaatrege
len en natuurlijk de kosten van deze
maatregelen. De projecten werden met
een overkoepelend totaalplan in 2002
ingediend bij de Mondriaan Stichting.
De grootste uitdagingen in dit project ble
ken achteraf gezien de begrotingen in tijd
en geld. De Mondriaan Stichting vergoed
de maximaal 40 procent van de conserve-
ringskosten. Dat betekende dat de deelne
mers voor de overige 60 procent andere
fondsen, eigen gelden en dekkingsmoge
lijkheden aan moesten spreken. Voor
bijna iedereen een zware en tijdrovende
klus. Bovendien voldeden de normprij-
zen, genoemd in het plan 'Horen, Zien en
Zwijgen' en gebruikt voor de begrotingen,
niet meer aan deze tijd: de prijzen waren
te laag. Daar kwam nog bij dat standaard
prijzen moeilijk te rijmen zijn met de ver
scheidenheid aan noodzakelijke en wen
selijke conserveringsacties. Het was geluk
kig mogelijk om bij de Mondriaan
Stichting aanvullende fondsen aan te vra
gen op basis van deze hogere prijzen. De
dekking voor de extra kosten bleef een
uitdaging; voor de meeste deelnemers
betekende dit dat het project een langere
looptijd in beslag zou nemen. Dan was er
de vraag wie de conserveringsactiviteiten
kon uitvoeren. De meeste instellingen
beschikten niet over de juiste apparatuur
en kennis voor het uitvoeren van alle con-
serveringswerkzaamheden en wilden het
werk geheel of gedeeltelijk uitbesteden.
Deelnemers waren natuurlijk vrij in de
keuze voor een uitvoerend bedrijf, maar er
werd ook gezocht naar een gezamenlijke
oplossing. Het NORAA vond deze uitein
delijk, voor in principe alle deelprojecten,
bij het bedrijf Janssen Film en Audio
Services (Venlo). Janssen coördineerde de
werkzaamheden door ze zelf uit te voeren
en/of uit te besteden aan andere conserve
rende firma's, in overleg met NORAA en
de diverse deelnemende instellingen. Het
ging hierbij om grote hoeveelheden films,
audio-, en videobanden, die in blokken
van gelijke dragers behandeld zouden
worden.
Over het algemeen kent het filmconserve-
ringsproces drie stadia. Het eerste stadi
um is de restauratie: het inventariseren en
herstellen van de kwetsuren die het mate
riaal heeft opgelopen. In het tweede stadi
um wordt het gerestaureerde materiaal
gekopieerd naar een duurzame drager ten
behoeve van de archivering (de master)
en ten derde wordt er een vertoningskopie
of gebruikskopie gemaakt, die geschikt is
voor openbaarmaking en gebruik op de
studiezaal. Conservering kan zowel ana
loog als digitaal gebeuren.3 De conserve
ringsacties en de daarbijbehorende kos
ten liepen afhankelijk van de staat van
het materiaal en de wensen van de instel
ling zeer uiteen. Vaak betekende conser
vering ook dat het kwetsbare materiaal
eindelijk aan bezoekers getoond kan wor
den, wellicht voor de eerste keer.
FILMACTIE,
Film van MP
FILM DROOG EK KOEL
nzaalgj
BEWAREN I
v/d Til
Nieuwe aanvragen
In de loop van het project breidde het
aantal aanvragen van zowel oude als
nieuwe deelnemende instellingen zich
gestaag uit. Het NORAA werd door de
Mondriaan Stichting verzocht deze pro
jecten voortaan te beoordelen, alvorens
ze door de stichting werden behandeld.
De goedkeuring van de plannen verliep
volgens een aantal criteria:
het materiaal heeft een hoge cultuur
historische waarde voor de regio;
de staat van het materiaal is zodanig
slecht dat een urgente behandeling
noodzakelijk is;
de collectie is aantrekkelijk voor
publiek;
de collectie levert een bijdrage aan
evenwichtige spreiding van film-,
audio-, en videocollecties.
Aan het begin van het project had nie
mand nog voorzien dat er later ruimte
vrij zou komen voor nieuwe en extra aan
vragen. De grote toevoer zorgde af en toe
wel voor filevorming bij de conserveren
de firma's. Het aanbod was zo groot dat
de planningen van de deelnemende
instellingen mede hierdoor moesten wor
den aangepast en verruimd. Inmiddels
ronden de meeste deelnemende instellin
gen hun lopende projecten af.
■i.,i
-.289 Telf.,2893 E
Kkin él 11 J
iet leukoplast
n wordt pas over
in een,kluis.
zen.
De zéér grote v.'aarde
Daarom film goed opbergen,
AI,!ES wat voor latere voortellingen van belang :;.s, vindt
'ingesloten. Leest dit eerst voor U voorstal.,aankondigt
WACHT 3 of meer Jaren met nieuwe vertoningen. Ook niet in
kleine kring, uiteindelijkkeeft Üw ver. er schade van.
JAAR VAN OPNAME Lengt; v/d film circa f minuten.
Er dienen 5 of' mega?"jaren norbij te zijn gegaan, voordat
men een nieuwe figmilaat on men. Veel verenigingen hebben
dit reeds ge'daaM^aaronder rer.die dit deden naar aanlei
ding van een jubileumjaar)1 veelal met nog meer belang
stelling van de bevolking111 de eerste keer.
VERTONING DOOR ANDEREN ALSjjOR DE VER. DIE DE FILM LIET
OPNEMEN, IS'ALLEEN TEGEN fïÏLING VAN OPVOER 1N0SRECHTEN~
AAN DE FILMACTIE MOGELlJïHhdcr dit etiket Is een mede
deling hieronder geschoven: voor verloren gaan ook ing®-
JtAÓS- ézV
Brabants Film Archief
Drents Archief
Erfgoedhuis Zuid-Holland
Fries Film Archief
Gelders Archief
Gemeentearchief Amsterdam
Gemeentearchief Rotterdam
Gronings Audiovisueel Archief
Historisch Centrum Overijssel
Limburgs Museum/ Limburgs
en Video Archief
Nieuw Land Erfgoedcentrum
Zeeuws Archief en Zeeuwse
Bibliotheek (Zeeuws Filmarchief)
sloten.
Aanwijzingen voor filmgebruik. Bron: Drents Archief.
Toekomst voor regionale audiovisuele archie
ven
De Raad voor Cultuur heeft in augus
tus 2005 het advies 'Deltaplan voor het
Filmbehoud' 4 uitgebracht aan de staats
secretaris van OCW. De regionale en loka
le audiovisuele collecties zijn meegeno
men in dit advies. Dat is gunstig. De Raad
voor Cultuur adviseert dat er een consu
lent aangesteld zou moeten worden, spe
ciaal ter ondersteuning voor de archiefin
stellingen die deze collecties beheren. Het
NORAA zal worden betrokken bij de
besluitvorming. Het NORAA blijft onder
tussen niet stilstaan. Het plan is opgevat
om een presentatiedag te organiseren
waar de geconserveerde films, geluids
banden en video's een hoofdrol krijgen
en de deelnemende instellingen hun ken
nis en ervaringen kunnen delen met vak
genoten en geïnteresseerden. De werk
groep heeft tevens een toetsingscommis
sie opgericht voor kwaliteit van conserve
ring. Steekproefsgewijs zal er gekeken
worden naar de materialen die zijn
behandeld door de verschillende conser
verende firma's. Er zuilen daartoe ook
normen worden bepaald. Natuurlijk
wordt de kwaliteit van de originelen mee
genomen in de vergelijking.
Resultaten
Het project heeft gezorgd voor het
verminderen van de achterstanden in de
conservering van een groot gedeelte van
de audiovisuele collecties in het land en
dat is een groot goed. De achterstanden
zijn nog niet verdwenen: het grootste
probleem bleek toch
het aantrekken van
externe fondsen die
nodig waren om het
project te dekken. De
archieven hadden
meer audiovisuele
collecties willen con
serveren én niet te
vergeten: ontsluiten.
Ontsluiting werd he
laas binnen de kaders
van dit project niet
vergoed door de
Mondriaan Stichting.
Uitstel van conserve
ring betekent voor
deze archieven in de
coulissen helaas
afstel. De tijd en de
chemische structuur
en uiterst kwetsbare
aard van het materi
aal zorgen gezamen
lijk voor een zekere
onherstelbare schade. Schade aan een 16 mm-
De hoogste tijd dus filmstrook. Bron: Lim-
voor een Mondriaan burgs Museum/Lim-
Ill-project, liefst op burgs Film en Video
structurele basis. Archief.
Tamara van Zwol is consulent archieven bij het
Provinciaal Historisch Centrum van het Erfgoedhuis
Zuid-Holland en maakt deel uit van de werkgroep
NORAA.
Noten
1 Horen, Zien en Zwijgen: conclusies van de
Nationale Inventarisatie Audiovisuele Collecties
Nederlands Audiovisueel Archief. - Hilversum,
september 1999.
2 In 2000 werd een proefproject ('het Mondriaan
l-project') gedraaid waarmee de Mondriaan
Stichting wilde nagaan in hoeverre de deelne
mende instellingen in staat waren een dergelijk
conserveringsproject uit te voeren. De
resultaten van dit proefproject hebben
meegewogen in het besluit om twee miljoen gul
den toe te kennen.
3 Raad voor Cultuur, advies filmconservering
Deltaplan voor het Filmbehoud, 1 augustus
2005, p. 8.
4 Raad voor Cultuur, advies filmconservering
Deltaplan voor het Filmbehoud, 1 augustus
2005, p. 15.
22
archievenblad
mei 2006
mei 2006
archievenblad