Digitale Oplossingen
HaegheVelde BV
Compacte Archief-Systemen
Kardex Systemen B.V.
Barwoutswaarder 13a, 3449 HE Woerden
Postbus 250, 3440 AG Woerden
Telefoon (0348) 49 40 40, Telefax (0348) 49 40 60
E-mail: info@kardex.nl, Website: www.kardex.nl
nnnnnonnnnonnnoo
A member of the KARDEX Group Industrieholding Cham AG
Document Management
- uw technische tekeningen, tekstdocumenten en
foto's bij elkaar in één file
- doorzoekbaar op tekst, OMR en IMR
- scannen van boeken en tijdschriften, dossiers,
registers, akten, persoons- en woningkaarten
- scannen in kleur: diverse bestandsformaten
BECIS is uw partij voor:
KVAN nieuws
koninklijke vereniging van archivarissen in nederland
K A R D E X
's Gravenhage
070-3096039
lnfo@haegheVelde.nl
www.haegheVelde.nl
Interim Personeel:
Interim- en project management:
Advisering:
Digitalisering:
Archiefbewerking:
Projecten
Meer weten?
Op onze website vindt u een overzicht van onze
diensten en producten. Voor een vrijblijvend
gesprek of een offerte kunt u bellen met:
020-4031147.
BECIS, informatiespecialisten van deze tijd.
Postbus 36079 1020 MB Amsterdam 020-4031147 www.BECIS.nl info@becis.nl
l^an
Vervolg van pagina 35
Regionale historische centra
Toen Metselaars in 1997 in Den Haag
kwam, werd hij al snel zeer nauw betrok
ken bij een proces waar veel van zijn colle
ga's weinig zin in hadden: de fusie van
rijksarchieven met andere instellingen,
met name gemeentearchieven. Hij heeft
dat heel graag gedaan, temeer omdat tege
lijkertijd Maarten van Boven algemeen
rijksarchivaris werd en dit onmiddellijk tot
een van de speerpunten van zijn beleid
maakte, daarin door het departement
gesteund. Harrie-Jan heeft dat vanaf het
begin een heel kansrijke operatie gevon
den. Het sloot ook helemaal aan bij zijn
opvattingen over hoe archieven gepresen
teerd moeten worden. De rijksarchieven
waren betrekkelijk kleine instellingen, met
kleine formaties en beperkte collecties,
voornamelijk overheidsarchieven, en dan
nog maar een bepaald segment daarvan.
De oplossing die hiervoor begin jaren
negentig was gezocht, een sterke onder
steunende concernorganisatie in Den
Haag, bleek niet te werken. De kracht
moest gezocht worden in de regio's waar
die rijksarchieven functioneerden en er
moest aangesloten worden bij de andere
instellingen en andere collecties die daar
waren. "Archieven zijn als materiaal prach
tig, door hun authenticiteit en directheid,
maar ze winnen aan kracht door ze te pre
senteren te midden en in samenhang met
ander materiaal. Bovendien zijn archieven
moeilijk. Ze dagen uit tot creatief gebruik.
Maar dat moet worden ondersteund. Met
primaire toegangen als inventarissen
alleen ben je er niet. Mensen zijn niet in
archieven geïnteresseerd, maar in histori
sche informatie. Om die vraaggericht te
kunnen leveren heb je grotere instellingen
nodig, die zo zijn opgezet dat ze in staat
zijn zich aan te passen aan de uiteenlopen
de wensen van het publiek en aan uiteen
lopende publieksgroepen. Daar is een zeke
re schaalgrootte voor nodig," aldus Harrie-
Jan.
Regionale infrastructuur
Dit jaar is het proces van RHC-vor-
ming afgerond. Eerlijk gezegd eerder dan
hij had verwacht. Alle rijksarchieven
maken nu deel uit van een Regionaal
Historisch Centrum. Sommige daarvan
zijn redelijk groot, bijvoorbeeld Tresoar en
Het Utrechts Archief, andere nog erg klein.
Maar voor alle geldt hetzelfde: na de vol
tooiing van de fusie staan ze aan het begin
van een ontwikkeling. De RHC-vorming
door het fuseren van soms heel kleine
instellingen heeft in een aantal provincies
de eerste aanzet gegeven tot het herschik
ken en versterken van de infrastructuur op
het gebied van historische en erfgoedvoor
zieningen. De RHC's zijn, doordat het geen
rijksinstellingen meer zijn, dichter bij de
regio komen te staan en door de vergroting
van hun schaal en verbreding van hun col
lecties interessantere samenwerkingspart
ners geworden, niet alleen voor andere cul
turele instellingen, maar bijvoorbeeld ook
voor het onderwijs en het toerisme.
Publieksgroepen
Dat die instellingen zelf meer
publieksgericht zijn geworden speelt daar
bij ook een rol. Enkele jaren geleden heeft
hij met Motivaction een paar workshops
georganiseerd, waarbij werd gewerkt met
een indeling van bevolkingsgroepen vol
gens sociaal-culturele onderstromen.
Daarbij vielen termen als 'opwaarts mobie
len' en 'postmoderne hedonisten'. Het ging
erom dat die alle op een andere manier cul
tuur en geschiedenis beleven en daarom
ook ieder om een andere benadering vra
gen. Voor archiefmedewerkers was het
nieuw om in deze termen te denken. Nu is
het vrijwel overal bij de RHC's gemeengoed
om verschillende publiekgroepen te onder
scheiden en de dienstverlening daaraan
aan te passen.
Deskundigheid
Dit alles vraagt om heel andere vor
men van management en deskundigheid.
Je hebt ook een heel ander soort directeu
ren nodig. Zij moeten in de eerste plaats
een visie hebben op de positie van het
RHC in de regio en de mogelijkheden tot
samenwerking die er zijn, ze moeten inspi
rerend zijn voor de professionals in de
organisatie, en cultureel ondernemend.
Dat wil zeggen: hun visie in actie kunnen
omzetten. De uiteenlopende deskundighe
den die in een RHC nodig zijn, moeten zij
kunnen sturen, maar hoeven ze zelf niet te
hebben. Ook de formaties van de RHC's
zien er heel anders uit. Vroeger had meer
dan de helft van de medewerkers een
archiefdiploma. Archivistische deskundig
heid blijft nodig, maar daarnaast is er een
grotere rol weggelegd voor andere specia
listen, bijvoorbeeld op het gebied van digi
talisering, communicatie, educatie en
bedrijfsvoering. Persoonlijk hoopt Harrie-
Jan ook dat de rol van de historici weer wat
groter wordt. "Als je de inhoud van archie
ven aan het publiek wilt overbrengen en
hen de geschiedenis wilt laten beleven,
moet je wel weten waar het over gaat. Je
moet je eigen collectie kennen, hoe die
zich verhoudt tot ander materiaal en wat
de historische en maatschappelijke beteke
nis van dit alles is."
Historisch onderzoek
Toen Harrie-Jan in Arnhem en
Haarlem werkte, kon hij zich zelf ook ver
diepen in de inhoud van de archieven. In
Arnhem heeft hij zich beziggehouden met
de verdeling van de marken in de negen
tiende eeuw, in Haarlem met de politieke
en religieuze verhoudingen in Noord-
Holland. De laatste jaren in Den Haag
lukte dat niet. Dat hij zijn werk als beleids
ambtenaar toch met plezier kon doen,
kwam omdat hij zijn oorspronkelijke liefde
van 35 jaar geleden voor archieven altijd is
blijven behouden en het belangrijk vond
dat ze de belangstelling krijgen die ze ver
dienen. Hij hoopt zich de komende jaren
weer wat meer met de inhoud bezig te kun
nen houden. Daarbij gaat het op dit
moment vooral om een historische belang
stelling, die nog van vóór zijn archiefloop
baan dateert: die voor Midden-Europa.
Harry Strijkers
december 2005
archievenblad