ya n [De ©aak] yan J *J KVAN nieuws in a archivarissen KVAN Nieuws Bureau KVAN Redactie Archievenblad Over (royale) openbaarheid KVAN Studiedag 2005 op 19 april in de Lindenhof te Delft T koninklijke vereniging van archivarissen in nederland KVAN nieuws archivarissen Voor het voetlicht: Noor Erkelens-Buttinger Voormalig provinciaal inspecteur der archieven Utrecht Nieuwe KVAN-leden 39 Bureau Koninklijke Vereniging van Archivarissen in Nederland. Voor informatie over de KVAN, bestelling van publicaties, aan melding voor activiteiten en wijzigingen in de ledenadministratie kunt u contact opnemen met het bureau. Kopij voor het Archievenblad, berichten voor deze rubriek en mutaties in de Almanak van het Nederlands Archiefwezen kunt aan het bureau van de KVAN doorgeven. Cruquiusweg 31 1019 AT Amsterdam Tel. (020) 462 77 27 Fax: (020) 462 77 28 E-mail: bureau@kvan.nl Internet: www.kvan.nl Postbank Bureaurekening: 84767 De dinsdag na de bijzetting van prins Bernhard bood de studiezaal van het Nationaal Archief wel een heel bijzondere aanblik. Televisieploegen van ten minste drie omroepen en een behoorlijk aantal andere journalisten ver drongen zich rond een paar tafels om toch voor al maar geen nieuws te missen. Op die bewuste dinsdag werden er namelijk stukken uit particu liere archieven, die tijdens het leven van konin gin Juliana en prins Bernhard niet geraadpleegd mochten, voor het eerst aan het publiek ter inza- ge gegeven. Meer dan één onderzoeker hoopte dat er in die verzegelde mappen een exemplaar zou zitten van het rapport van de commissie van drie over de beruchte Greet Hofmans-affaire uit de jaren vijftig van de vorige eeuw. Van een ander exemplaar, dat in het Koninklijk Huisarchief wordt bewaard, is bekend dat het nog lange tijd - gesproken wordt van honderd jaar na 1956 - niet openbaar zal zijn. Deze situatie gaf aanleiding tot vragen. Hoe zit het eigenlijk met stukken die in het ene archief openbaar zijn en in het andere nog geruime tijd niet? En hoe moet de archivaris zich opstellen in onderhandelingen met particulieren die wensen hebben over de openbaarheid van het archief dat ze willen overdragen? De juridische kant is hel der: openbaarheid wordt geregeld in een contract en partijen zijn vrij daarin vast te leggen wat ze willen. De Archiefwet 1995 bepaalt weliswaar dat beperkingen op de openbaarheid nooit langer mogen duren dan 75 jaar, maar in het geval van particuliere archieven hoeft een archivaris zich daar niet aan te houden. In de praktijk zijn er twee situaties denkbaar. Allereerst: degene die De KVAN organiseert, samen met DIVA en de Archiefschool, ook dit jaar weer een studiedag voor archivarissen. Deze studiedag vindt plaats op dinsdag 19 april in de Lindenhof te Delft. De dag zal in het teken staan van lobbyen op verschillen de niveaus; hoe creëer je draagvlak voor een idee, of voor je organisatie? Verder wordt er aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: collectievorming, fond senwerving, 'hoe komt mijn instelling op de bestuurlijke/politieke agenda', samen werkingsprojecten en het werven van professionals/stagiaires/vrijwilligers. In het volgende nummer van dit blad leest u meer over het programma en de wijze van aanmelding. Traditiegetrouw zal ook de algemene ledenvergadering van de KVAN onderdeel uit maken van deze studiedag. De agenda daarvan wordt gepubliceerd in het maart nummer van het Archievenblad. Reserveert u nu de datum 19 april al in uw agenda! zijn archief wil overdragen lijdt aan koudwater vrees en wil het liefst dat alle stukken zo lang mogelijk niet geraadpleegd kunnen worden. In dit geval is de rol van de archivaris duidelijk: hij moet proberen om de archiefeigenaar over te halen wat minder terughoudend te zijn met zijn archief. Dit wordt ook aanbevolen in zijn beroepscode: de archivaris dient onredelijke beper kingen van de openbaarheid en het gebruik van archief te ontmoedigen (art. 6). En in het uiterste geval kan hij altijd weigeren het archief over te nemen. Het omgekeerde komt ook voor: de archiefeige naar zegt uitdrukkelijk dat het hele archief open baar is en wil van geen beperkingen weten. Op het eerste gezicht lijkt hier niets op tegen. Maar toch. Er kunnen zich gevallen voordoen waarin het beter is dat de archivaris adviseert om eens na te denken over een beperking. Bijvoorbeeld als er in het archief stukken zitten die minder aangena me gegevens bevatten over het persoonlijk leven van andere mensen. Zoals bijvoorbeeld het geval kan zijn geweest bij de stukken over de Hofmansaffaire. Het huwelijksleven van het vor stenpaar blijkt toen onderwerp van discussie te zijn geweest, en dat in een tijd dat het taboe op echtscheiding nog volop aanwezig was. En ook hier handelt de archivaris in overeenstemming met zijn beroepscode: de archivaris dient de per soonlijke levenssfeer van archiefvormers of van perso nen die in archiefbescheiden worden genoemd te respecteren. Dit geldt in het bijzonder ten aanzien van diegenen die geen zeggenschap hebben gehad over het gebruik of de bestemming van het materiaal (art. 7). Het kan ook voorkomen dat stukken die in het ene archief gewoon openbaar zijn dat in een ander archief niet zijn. Wat dan? Moet de archi varis, als hij dit weet, iets doen? Hij kan besluiten de tegenstrijdige afspraken die met elk van beide partijen zijn gemaakt zonder meer getrouw uit te voeren. Hij kan ook met een of met beide partij en gaan onderhandelen over een aanpassing van de bepalingen. In dat laatste geval moet hij reke ning houden met twee tegenstrijdige regels in de beroepscode. De ene zegt: Bij veranderde omstan digheden dient hij evenwel, in het belang van grotere openbaarheid, opnieuw over de voorwaarden voor raadpleging te onderhandelen (art. 6). Partijen op één lijn brengen, maar in het voordeel van dege ne die de grootste openbaarheid geeft. De andere is de boven aangehaalde regel over de persoonlij ke levenssfeer. Dit laatste probleem heeft zich afgelopen decem ber niet voorgedaan. Het rapport over de Hofmansaffaire zat niet bij de stukken die op de bewuste dinsdag in december openbaar zijn geworden. Eigenlijk, om meer dan één reden, toch jammer. Yvonne Bos-Rops archievenblad februari 2005 rees* Het kostte geen enkele moeite om haar op de praatstoel te krijgen. De 'schriftelijke neerslag' duurde iets langer. We hebben het over mr. Noor Erkelens-Buttinger, oud-provin ciaal inspecteur der archieven in de provincie Utrecht en momenteel beoogd 'kartrekker' voor de belangenbehartiging van de gepen sioneerde KVAN-leden. Verhuizing Eleonora Sophia Carolina Buttinger kwam ter wereld in Den Haag op 4 juli 1939. Haar vader, een elektrotechnisch ingenieur, werkte tijdens de oorlog als krijgsgevangene in Duitsland. Noor ging nog twee jaar naar de lagere school in Wassenaar. Na de oorlog was er in Wassenaar geen werk voor haar vader. Het gezin Buttinger verhuisde daarop noodge dwongen naar Hengelo, waar vader Buttinger emplooi vond bij de Hemaf, een fabriek waar elektrotechnische motoren voor onder andere de Nederlandse Spoorwegen werden gemaakt. Later werd Hengelo vaarwel gezegd en streek de familie Buttinger in Delden neer. In Hengelo maakte Noor de lagere school af en ging vervolgens naar het gymnasium. Na het behalen van het gymnasium B-diploma ging ze in Leiden rechten studeren. Het afstu deren duurde echter wat langer, want onder tussen had ze kennis gemaakt met haar man, een arts, trouwde, kreeg kinderen en volgde hem naar Curasao. Terug in Groningen, waar haar echtgenoot als internist ging werken, kreeg zij de kans om haar rechtenstudie te vol tooien. In het begin van de jaren zeventig behaalde zij alsnog de bul. Archief Het bezit van de zaak werd bij Noor niet het einde van het vermaak. Zij wilde wel iets met haar verworven kennis doen. Haar keuze vak tijdens haar studie was Oud Vaderlands Recht. Het had niet direct iets met archieven te maken, maar toch! Toevalligerwijze kende ze een zekere Ketelaar, destijds directeur van de Archiefschool. Op haar vraag of ze naar die opleiding kon, werd door hem niet direct bevestigend geantwoord. Hij adviseerde Noor eerst maar eens in een archief te gaan werken. Het werd twee dagen werken in Assen. Hier ging ze aan de slag met het beschrijven en inventariseren van de zoge naamde 'Etstoel' (rechtscol lege) van Drenthe. Hier kwam haar achtergrond toch weer van pas. Kronenburg Het snuffelen aan de archieven duurde maar kort. De familie Erkelens stak de 'grote poel' over en streek voor een paar jaar neer in het Amerikaanse Seattle. De Archiefschool liet haar echter niet los. Terug in Groningen en niet lang hierna uiteindelijk in Utrecht wonend, kreeg ze een stageplaats bij het Rijksarchief in Utrecht en ging studeren voor het examen Hoger Archiefambtenaar. Dat ging niet van een leien dakje. Vooral het Latijn en haar onvoldoende kennis hiervan speelden haar meerdere keren parten. Ook het feit dat ze geen geschiedenis had gestudeerd maakte de studie extra moei lijk. Het belette haar echter niet om in 1981 het diploma te halen. Tijdens haar stageperio de inventariseerde zij het archief van Huis Kronenburg in Loenen aan de Vecht. Na het behalen van het diploma werkte ze eerst op projectbasis aan wat 'losse dingen'. Na het vertrek van de provinciale archiefin specteur Van Buijtenen, die inmiddels de zeventig was gepasseerd, solliciteerde zij op zijn baan. Zij werd aangenomen en was hier mee in 1982 de eerste parttime vrouwelijke archiefinspecteur die door de Gedeputeerde Staten van Utrecht werd benoemd. In het begin werkte zij twee dagen per week, later werden het er drie en toen ze in 2003, na ruim twintig jaar, stopte was het inmiddels toch een hele werkweek. Inspecties "Het was pionieren in die dagen", aldus Noor. Samen met collega Aart Beets werd zij de 'schrik' van menige gemeentesecretaris of burgemeester in de pro vincie Utrecht. Gemeen tearchieven werden ge controleerd, plank voor plank beschreven en na gekeken of de bestanden die in de ordeningslijsten werden vermeld, ook fysiek aanwezig waren. Het nauwgezet opnemen was in goede handen van haar collega. Zij gebruikte haar verbale talenten om weerbarstige gemeentelij ke overheden op het juiste archiefspoor te brengen. Het vragen naar een stoffer en blik tijdens hun archiefinspecties deed af en toe wel eens de wenkbrauwen fronsen, maar had op den duur toch een positief effect. Historisch is de uitspraak van een burge meester aan een van zijn ambtenaren: "Doe nou maar wat ze zegt, anders staat ze aldoor op je stoep." Lukte dat zelfs niet, dan werden zwaardere middelen in de strijd geworpen. Menige burgemeester kreeg later een vermanend telefoontje van de Commissaris der Koningin om de zaak in orde te brengen. Noor rapporteerde namelijk direct aan deze hoogste gezagsdrager van Utrecht en dat werkte in zulke gevallen prima. In haar periode kwam ook een subsidieregeling tot stand waarbij de gemeenten subsidie kregen wanneer deze overgingen tot het aanstellen van archivarissen. Op die manier zijn er structureel nogal wat archiefbanen bijgeko men in de provincie. Noor is inmiddels pensioengerechtigd. Dat wil niet zeggen dat ze nu achter de gerani ums zit, daar is ze nog te actief voor, ook buiten de KVAN en DIVA. Harry Strijkers De KVAN verwelkomt de volgende nieuwe leden: De heer drs. J.M. Berende student informatiemanager Hogeschool van Amsterdam, tevens werkzaam als gegevens- verzamelaar bij de Historische Steekproef Nederlandse Bevolking, IISG te Amsterdam Mevrouw IJ. de Jong student informatiemanager Hogeschool van Amsterdam De heer drs. B. Schmidt werkzaam als div-medewerker bij de Kamer van Koophandel, Zuid-Limburg Mevrouw drs. R.V. Struijk student informatiemanager Hogeschool van Amsterdam, tevens werkzaam als senior internet consultant bij Van Dale Lexicografie te Utrecht Ir. I. Zandhuis zelfstandig werkzaam als informatie-analist februari 2005 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2005 | | pagina 21