KNAG-expedities naar Nieuw-Guinea 1904 1959 in 1873 namen vier mensen uit het onder wijs het initiatief tot het oprichten van het Aardrijkskundig Genootschap. De eerste secreta ris C.M. Kan omschreef de doelstelling als volgt: 'de belangstelling voor de aardrijkskundige wetenschappen bij het Nederlands volk opwek ken; geographische expedities en reizigers bij voorkeur Nederlandsche, ondersteunen; door 't verspreiden van meerdere kennis van landen en volken den ondernemingsgeest der natie op het gebied van handel, scheepvaart en indus trie verlevendigen; de reizen van de Nederlandsche toeristen voor de aard rijkskundige wetenschap vruchtbaar maken; het doelmatig onderwijs in aard rijkskunde bevorderen; landen tot kolo nisatie en emigratie geschikt, be spreken.'2 Meer over het werk van het KNAG is te vinden in artikelen van R. Schrader, C.M. Kan en C.E. Warnsinck- Delprat en op de website www.knag.nl.3 In 1980 werd het bijna vijftien strekken de meter KNAG-archief na allerlei omzwervingen in bewaring gegeven aan het toenmalige Rijksarchief in Utrecht. In het archief bevindt zich ook een tien tal gedeponeerde archieven, waaronder archivalia van het militair exploratiede- tachment Nieuw-Guinea. Inventarisator Elio Pelzers schrijft in een nota bene in de inventaris: 'Vermoedelijk is dit archief bij het Genootschap terecht gekomen door contacten met militairen. Het Genootschap telde in het begin van de twintigste eeuw onder zijn leden diverse militairen.'4 Expedities Het KNAG heeft drie grote expedities naar Nieuw-Guinea (mede)georganiseerd: expeditie 1 o.l.v. E.J. Rochement, R. Posthu- mus-Meyes en J.W.R. Koch naar het Sneeuw gebergte (westelijke helft van het Nassauge- bergte), Zuidwest-Nieuw-Guinea, in 1904; expeditie II o.l.v. C.C.F.M. Ie Roux c.s. naar de Wisselmeren en het Nassaugebergte, in 1939; expeditie III o.l.v. L.D. Brongersma en G.F. Venema naar oostelijk Nieuw-Guinea, ver deeld over verschillende tochten vanuit de Sibilvallei richting het Antaresgebergte, stroomgebied van de rivieren Ok Bie en Ok Bon en naar de Kiwirokvallei, in 1959. In het KNAG-archief is er voor onderzoekers een eldorado aan verslagen, foto's, glasnegatieven, tekeningen en kaarten te vinden betreffende deze expedities. Daarnaast heeft archivaris Pelzers ook de stukken van de Stichting Expeditie Nederlands-Nieuw-Guinea geplaatst binnen het hoofdstuk 'Expedities' in deze inven taris.5 Een terechte keus mijns inziens, want hierdoor staan alle stukken van de Nieuw- Guinea-expedities voor de archiefonderzoeker bij elkaar. De KNAG zocht (én kreeg) van de Nederlandse overheid alle steun bij de voorbereidingen en uitvoeringen van de expedities. In een brief aan de minister van Koloniën (1902) motiveerde het KNAG-bestuur deze verzoeken tot ondersteu ning als volgt: 'Naar ons oordeel moet het én uit een wetenschappelijk én uit een politiek oog punt van groot belang worden geacht, dat de exploratie van het binnenland van Nieuw- Guinea, in den laatste jaren op bescheiden schaal begonnen, krachtig worde voortgezet. Dat zal den naam en het prestige van Nederland als koloniale mogendheid tegenover het buiten land zonder twijfel ten goede komen.'6 Tussen het Aardrijkskundig Genootschap en de verschillende departementen, in het bijzonder het departement van Marine, bestonden dus goede contacten. In het hele archief bevinden zich daar stille getuigen van. De Marine stelde bij alle expedities naar Nieuw-Guinea man schappen en middelen, zoals schepen, vliegtui gen en navigatiemateriaal, beschikbaar. In het archief zijn allerlei schitterende beschrijvingen, foto's en tekeningen te vinden over de inlandse bevolking. Tijdens de expeditie van 1939 werd vooral veel gebruikgemaakt van informatie van de Marine Inlichtingendienst: foto's en patrouil leverslagen (zie ook het artikel van Erik van der Doe in dit nummer). Deze verslagen mochten vertrouwelijk worden ingezien op het departe ment. Opmerkelijk zijn de als zeer geheim gekwalificeerde luchtfoto's van Zuidwest-Nieuw- Guinea en de Wissel meren. Deze foto's zijn gemaakt tijdens militai re vliegtuigverkennin gen tussen 1937 en 1939.7 Bij de voorberei ding van de eerste KNAG-expeditie naar Nieuw-Guinea (1902- 1904) werd gretig gebruikgemaakt van militaire expeditieverslagen.8 In beide archieven is daar over dus bronnenmateriaal te vinden.7'12 Bekend zijn de peniskokers die de Papoea's droegen. Tekeningen van peniskokers in alle soorten en maten zijn in het KNAG-archief te vinden.9 In augustus 1904 kreeg expeditieleider Koch van de zelfstandig assistent-resident van Zuid- Nieuw-Guinea J.A. Kroesen vergunning om 'zonder dat zulks ruchtbaar werd de hersenen van den overleden Keboese-inboorling uit den schedel te verwijderen ter opzending aan den Heer Professor Bolk te Amsterdam ten behoeve der verdere studiën dier hersenen.' Uit de stuk ken blijkt dat Kroesen zeer veel voorbereidend werk heeft verricht om de eerste expeditie te doen slagen.10 Bij de tweede expeditie in 1939 maakte officier van gezondheid D. Brouwer honderden foto's van papoea's, nam hun maten op, nam smaak- proeven af, maakte vingerafdrukken en bepaal de hun bloedgroep. Een klein gedeelte van deze foto's is terug te vinden in dit archief.11 Ook in andere archieven en musea ligt materiaal opge slagen. Zo liet Roelof-Jan Oostra, conservator van het Vrolik Museum in Amsterdam, weten vermoedelijk humaan en archiefmateriaal van een of meer van genoemde expedities in bezit te hebben, 'maar waarschijnlijk niet de door u genoemde hersenen.' Op dit moment wordt er een door de Mondriaan Stichting gesubsidieerd selectie- en afstotingsproject uitgevoerd bij het Vrolik Museum. Onderling was er regelmatig kift tussen expeditieleden. Dit is geen onbekend verschijn sel in de wetenschappelijke wereld van toen (noch van nu). Volgens het expeditiereglement van de KNAG mochten de meningsverschillen echter niet naar buiten worden gebracht. In de instructies van 11 april 1939 die alle deelnemers meekregen staat onder artikel 5: 'Meenings- verschillen tusschen expeditieleider en leden van den staf, die in het expeditieterrein niet tot oplossing komen, kunnen na afloop der expedi tie aan 's Genootschaps Bestuur ter beoordeling worden voorgelegd. De deelnemers verbinden zich intusschen - zulks teneinde het aanzien der expeditie niet noodeloos te schaden - aan deze meeningsverschillen in geen geval ruchtbaar heid te geven.'12 Dat ook onderzoekers en journalisten niet altijd goed kunnen samenwerken en weieens verschil van mening hebben, bleek tijdens de derde expeditie in 1959.13 In de verslagen van alge meen expeditieleider Brongersma wordt uitvoe rig ingegaan op de onenigheden tussen de mee reizende persmuskieten en de expeditieleden. In het archief van het Instituut voor Beeld en Geluid in Hilversum is nog filmmateriaal te vin den over deze expeditie.14 Het televisieprogram ma 'Andere Tijden' heeft hier een programma over gemaakt, dat binnenkort wordt uitgezon den (zie www.anderetijden.nl). Onderzoekers naar volk, cultuur en geologie van Nieuw-Guinea kunnen hun hart dus ophalen bij het bestuderen van de stukken in het KNAG- archief. Naast dit prachtige archief zijn er in het verleden artikelen verschenen in het KNAG-tijd- schrift over de Nieuw-Guinea-expedities en boe ken geschreven door verschillende expeditiele den.15 Daarnaast zal ter gelegenheid van het 130-jarig bestaan van het KNAG in het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT) te Amsterdam een tentoonstelling worden gehou den onder de titel 'In kaart gebracht met kapmes en kompas' (november 2003 t/m juni 2004). De tentoonstelling geeft een unieke kijk op het leven van de deelnemers tijdens de KNAG-expe dities naar de verschillende continenten in de periode 1873-1959. Overigens is in het KIT ook veel archiefmateriaal te vinden over Nieuw- Guinea-expedities. Voor aanvullende informatie over de Papoea's wil ik graag verwijzen naar de bijzondere websi te www.papuaweb.org van The Australian National University, Cenderawasih University en The State University of Papua, die het bezoe ken meer dan waard is. 25 Door Eric Hennekam* Nieuw-Guinea staat dit jaar volop in de belangstel ling. Ruim veertig jaar geleden (in 1962) regelde een commissie onder voorzitterschap van de Amerikaanse minister van Justitie Robert F. Kennedy dat Nederland moest accepteren dat Nieuw-Guinea onder VN-toezicht werd geplaatst. De Verenigde Naties zouden Nieuw-Guinea daarna overdragen aan Indonesië, dat vervolgens de plaatselijke bevolking moest laten beslissen over het uiteindelijke lot van het gebied. Hoe anders verliep de geschiedenis van het huidige Papua (1963-2002: Irian Jaya). Het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) heeft in het verleden (1873-1959) weten schappelijke expedities uitgerust naar Afrika, Suriname, Noord-Amerika én naar Nieuw-Guinea. In dit artikel ga ik in op de bijzondere archivalia over Nieuw-Guinea in het KNAG-archief.1 Meningsverschillen Eric Hennekam is redacteur van het Archievenblad. Met dank aan loyce Pennings, hoofd dienstverlening van Het Utrechts Archief, die mij wees op dit juweeltje van een archief. archievenblad oktober 2003 oktober 2003 archievenblad Noten 1. Archief Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap 1873- 1987, omvang: 14,5 m, toegang 74 (1873-1967) en toegang 296 (1967- 1987). Het Utrechts Archief. 2. HUA: Zie inleiding inventaris 74 Archief KNAG pag. 11-15 door E. Pelzers. 3. R. Schrader, 'Honderd jaar Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap 1873- 1973', Geografisch Tijdschrift, nieu we reeks, Vlll (1974), p. 234-402. C.M. Kan, 'Geschiedenis der werk zaamheden en verrichtingen van het Aardrijkskundig Genootschap gedurende zijn tienjarig bestaan 1873-1883', Tijdschrift van het Aardrijkskundig Genootschap, VII (1883) p. 152. C.E. Warnsinck-Delprat, 'Het archief van het Koninklijk Nederlandsch Aardrijkskundig Genootschap, LXVI- il (1961), p. 88-91. 4. HUA: 74 Archief KNAG pag. 74. 5. HUA: 74, inv.nrs. 139-198 6. HUA: 74, inv.nr. 141 7. HUA: 74, inv.nr. 152 8. HUA: 74, inv.nr. 142 9. HUA: 74, inv.nr 171 10. HUA: 74, inv.nr 142 11. HUA, 74, inv.nrs 169-170, zie ook verslag in tijdschrift KNAG vol. LV1 8 LVII 12. HUA: 74, inv.nr 148 13. HUA: 74, inv.nr 194 14. NIBG: Mogelijk de documentaires 'Expeditie Sterrengebergte' (zonder datum, NCRV), 'Nieuw-Guinea' (zonder datum, NCRV), en 'Retour Amsterdam Sterrengebergte' (1959, KRO). 15. Bijvoorbeeld L.D. Brongersma en G.F. Venema, Het witte hart van Nieuw-Guinea. Met de Nederlandse expeditie naar het Sterrengebergte. Amsterdam, i960.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2003 | | pagina 12