Zien en gezien worden
BEELDBANKEN IN VOGELVLUCHT
de praktijk
de praktijk
Door Edwin Klijn*
Fietsers in Naerodalen (Noorwegen).
Foto: Axel Lindahl, circa 1880-1890. Met
dank aan het Norsk Folkemuseum.
Beeldbanken zijn er in alle soorten en maten: van
megaprojecten zoals PictureAustralia' en het
American Memory-project2 tot kleinschalige onder
nemingen zoals de Flora Danica3 en het Stads
archief Brugge.4 Ze bevatten beschrijvingen en
afbeeldingen van foto's, prenten, schilderijen, bloe
men, gebouwen, archeologische vondsten, vogels,
insecten, DNA en talloze andere voorwerpen.
Binnen archieven, musea en bibliotheken, maar ook
daarbuiten, mogen beeldbanken zich verheugen in
een toenemende populariteit. Recente Nederlandse
voorbeelden zijn bijvoorbeeld de beeldbanken van
het Gemeentearchief Amsterdam5 en het Nederlands
Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD).6
De toename van het aantal beeldbanken is
niet verwonderlijk: internet is bij uitstek een
visueel medium. 'Remote access' is inmiddels bij
steeds meer instellingen hoog op de prioriteiten
lijst beland. In een tijd waarin toekomstvisionai-
ren dromen van een 'glazen archief
waar 'desktop-bezoekers' via de
meest geavanceerde zoeksystemen
op hun wenken bediend worden,
hebben beeldbanken veel te bieden.
Toch zijn er maar weinig beeldban
ken die daadwerkelijk toegang geven
tot complete collecties. Het overgro
te deel van de bestaande beeldban
ken presenteert slechts de hoogte
punten ('galleries')7 of een klein,
afgesloten deel van een collectie.8 Ze
fungeren als uithangbord van de instelling,
maar verbeteren de totale toegankelijkheid van
de collectie vaak maar in beperkte mate.
Nu is het maar de vraag in hoeverre elke collec
tie de moeite waard is om in een beeldbank op
te nemen. Het bouwen van een beeldbank is
kostbaar, dus een zekere vorm van selectie kan
geen kwaad. Daarnaast is het verstandig om
klein te beginnen: er kan wat gemakkelijker wor
den geëxperimenteerd, fouten hebben minder
grote gevolgen en er kan op korte termijn resul
taat worden geboekt. Met name dit laatste is van
essentieel belang om draagvlak en goodwill bin
nen de organisatie te creëren. Als er eenmaal een
werkende beeldbank is, dan kost het vaak rela
tief weinig moeite en middelen om er later meer
afbeeldingen in op te nemen.
Begin aan het einde
'Define clear boundaries for a digital conver
sion project, particularly the end point1, advi
seert de Amerikaanse digitaliseringsexpert Paul
Conway.9 In wat eenvoudiger Nederlands zou
dit zijn: begin aan het einde. Het is verstandig
om vooraf een duidelijk beeld te hebben van het
eindresultaat en hierover met alle betrokkenen,
van directeur tot programmeur, overeenstem
ming te bereiken. Het lijkt een open deur, maar
een projectplan waarin duidelijk en concreet
wordt opgeschreven wat en waarom er zal wor
den gedigitaliseerd en hoe de beoogde doelstel
lingen zullen worden bereikt, is een eerste ver
eiste voor een succesvol project.10
Bij het maken van een planning is het zaak om
alle randvoorwaarden voor digitalisering in
kaart te brengen: welk budget is beschikbaar,
welke kennis is in huis, welke apparatuur is
beschikbaar, binnen welk tijdsbestek moet het af
zijn en, zeker niet de minst belangrijke van alle
maal: wat gebeurt er met de beeldbank nadat het
project is afgelopen? Hierbij is het van belang
om realistische doelen te stellen en deze niet uit
het oog te verliezen als de 'ongekende' mogelijk
heden van de techniek ter sprake komen.
Vergeet nooit dat de techniek in dienst staat van
het doel en niet andersom."
Met of zonder afbeeldingen
Beeldcollecties kunnen op de volgende
manieren on line worden aangeboden: alleen
beschrijvingen, beschrijvingen met afbeeldin
gen in lage resolutie of beschrijvingen met
afbeeldingen in zowel lage als hoge resolutie. Bij
de eerste variant zijn de beeldcollecties veelal
deel van een doorzoekbare catalogus waarin ook
documenten, boeken, etc. opgenomen zijn. Een
voorbeeld hiervan is de on-linecatalogus van het
Internationaal Instituut voor Sociale Geschiede
nis.12 De tweede variant is de meest gangbare:
afbeeldingen kunnen eenvoudig of geavanceerd
worden gezocht, de resultaten worden vaak op
duimnagelformaat gepresenteerd. Als de gebrui
ker doorklikt wordt meestal een scherm geo
pend met een vergrote scan van de duimnagel
en een uitgebreide beschrijving. Veel van de
hiervoor genoemde beeldbanken vallen onder
deze categorie.
Een toenemend aantal beeldbanken biedt bezoe
kers de mogelijkheid om hogeresolutie-images
van de afbeeldingen te bestellen.13 In een recent
onderzoek naar kostenmodellen onder 51 (over
wegend Engelse) culturele instellingen met een
on-linebestelsysteem voor digitale afgeleiden,
wordt geconcludeerd dat velen van tevoren niet
berekend waren op de organisatorische conse
quenties van deze service. De meeste instellin
gen ontbreekt het aan 'clear commercially led
business planning and control.' Dat is niet zo
verbazingwekkend, omdat archieven, bibliothe
ken en musea weinig ervaring hebben met com
merciële dienstverlening. Alleen instellingen die
20
archievenblad
oktober 2003
ook de gebruiksrechten van het digitale materi
aal verkochten (bijvoorbeeld ten behoeve van
commerciële publicaties), wisten geld te verdie
nen. Bij de anderen kostte de service meer dan
dat zij opbracht.14
Naast de drie meest voorkomende beeldbankva
rianten zijn er allerlei tussenvormen. De beeld
bank van de Österreichische Nationalbibliothek
is wel een van de meest uitzonderlijke cross
overs die op internet te vinden is.15 Een eenvou
dige zoekactie binnen de Bilddatenbank op
'Wien' levert maar liefst 6257 images op van
cataloguskaartjes, mét authentieke kreukels en
ringgaatje.16
Kosten
Over de opbrengsten van beeldbanken is
niet veel bekend. Naar de kosten is de laatste
jaren wel onderzoek gedaan. Steven Puglia
(National Archives and Records Administration,
US) berekende op basis van het National
Archives and Records Administration's Electro
nic Access Project (NARA-EAP) en enkele andere
projecten dat bij het digitaliseren van foto's
slechts 27 procent van alle kosten was gespen
deerd aan de digitale conversie, terwijl de rest
aan het creëren van beschrijvingen (27 procent),
voorbereiding en selectie van materiaal, kwali
teitscontrole en management (46 procent) was
uitgegeven.17 De kostenbalans bij het Geheugen
van Nederland laat eenzelfde beeld zien: ook
hier blijkt dat de kosten niet zozeer worden
besteed aan het omzetten van analoog naar digi
taal, maar meer aan beschrijvingen, manage
ment en alles wat er nog meer aan voorberei
ding en nazorg bij komt kijken.18 Een Engels
onderzoek uit 1999 bevestigt dit beeld. Dit
onderzoek toont bovendien aan dat de aard van
het te digitaliseren materiaal (afdrukken, nega
tieven, dia's) een kostenverhogende factor kan
zijn.19
Een van de meest onderschatte onderdelen bij
het opzetten van een beeldbank zijn de beschrij
vingen. In de meeste gevallen moeten bestaande
data worden aangepast en/of aangevuld, uit een
systeem worden geëxporteerd en gereed worden
gemaakt voor een websysteem. Hier is mens
kracht voor nodig en dat kost geld. Het omzet
ten van analoog naar nullen en enen krijgt vaak
veel meer aandacht dan het aanpassen van een
catalogus. Ten onrechte, want de kwaliteit van
het zoeksysteem bepaalt voor een groot deel de
kwaliteit van een beeldbank. Als het zoeksys
teem afbeeldingen niet kan vinden omdat ze
incorrect beschreven zijn, is dit kwalijker dan
wanneer de kwaliteit van de scan wat minder is.
- a5*"*
r
Anhnan
Gable
<ia* BiWarsbi*
P,«.fH.tlon.n
Sr." M
Breitenfurt bei Wien Aa historische und kunstterische Darstellungen l
Wienerwald
ül£!iR.&UCDt
AbuctoSiislmttas
Benul/tikonlo
nfurtR b..:ien 1! Bi: Hdiini?
"uijo, zo,:, mlt HOC brother:!
Ï7*b In Volde u. l*ngoto.t cuSchveTokhnrdt's
TsrnuoctivXM-re d03 Srzhontogth'Aseu
Kruiu (?r"nz or J. Schwoic.:!
eropaotivkorte.>7.Sektion)
Srochainungajola" dos Blatten lt Angabt»
K«rt«nanrw.luiutï Wien Ui'7
A (BH)!"
De beeldbank van de Österreichische Nationalbibliothek.
Een reële planning, waarin alle onderdelen van
het digitaliseringsproject zijn opgenomen, voor
komt onaangename verrassingen tijdens de
realisatie.20
Als het project is afgerond, betekent dit eigenlijk
pas het begin van de beeldbank. Er is een sys
teem, er zijn images, er is soms een bestelservice.
Er zullen waarschijnlijk in de toekomst nieuwe
afbeeldingen in de beeldbank worden opgeno
men. De kans is groot dat de bestaande images
met enige regelmaat geconverteerd zullen wor
den en ook de programmatuur van het systeem
zal met de tijd mee moeten gaan. Alles bij elkaar
opgeteld, kan dit een flinke kostenpost worden;
volgens Steve Puglia op jaarbasis per image 5 tot
10 procent van de initiële kosten.21 Op het
moment zijn er weinig instellingen die deze kos
ten op de lange termijn nauwkeurig in kaart
kunnen brengen en bijvoorbeeld ook kunnen
doorberekenen in het leveren van images aan
externen.22 'Digital Preservation' is allang geen
modewoord meer, maar een realiteit waarmee
steeds meer instellingen in praktische zin mee te
maken zullen krijgen.23
Krachten bundelen
Beeldbanken hebben als groot voordeel dat
meerdere collecties in één gecombineerde, virtu
ele collectie kunnen worden samengevoegd.
Juist voor archieven, musea en bibliotheken die
thematisch verwant zijn, kan het aantrekkelijk
zijn om de krachten te bundelen. De praktijk
leert echter dat het combineren van bestaande
collecties niet eenvoudig is. Het ontbreken van
algemeen geaccepteerde standaarden voor
beschrijvingen, verschillende interpretaties van
bestaande standaarden en inconsequente invoer
van gegevens, hebben tot gevolg dat het combi
neren van catalogi over het algemeen veel cor
rectiewerk vergt.24
4-
5-
Noten
1. PictureAustralia is een beeldbank, opge
zet door onder andere de National
Library of Australia, de National Library
of New Zealand en de National Archives
of Australia. Het biedt toegang tot meer
dan 600.000 plaatjes van maar liefst 21
deelnemende instellingen. Zie www.pic-
tureaustralia.org/index.html
2. American Memory is een project dat
wordt uitgevoerd door de Library of
Congress in het kader van het National
Digital Library Program. Meer dan 7 mil
joen digitale objecten zijn on line door
zoekbaar. Zie http://memory.loc.gov/
ammem/amhome.html
3. Deense beeldbank, opgezet en onder
houden door de Danmarks Natur- og
Laegevidenskabelige Bibliotek met 3240
afbeeldingen van natuurhistorische pla
ten. Zie www.pictures.dnlb.dk/
Homepage/info.html
Deze beeldbank is nog in opbouw, ze
bevat nu ongeveer 20.000 afbeeldin
gen. Zie www.beeldbankbrugge.be/
In de beeldbank van het Gemeentear
chief Amsterdam zijn nu zo'n 68.000
afbeeldingen opgenomen, hoofdzakelijk
van geografische locaties. De beeldbank
wordt regelmatig aangevuld met nieuwe
afbeeldingen. Zie http://gemeentear-
chief.amsterdam.nl/archieven/beeld-
bank/index.nl.html
De NIOD-beeldbank biedt op dit
moment toegang tot een selectie van
3000 afbeeldingen (van het totale beel
darchief van ongeveer 130.000 stuks).
Zie http://i95.i69.62.3/beeldbank/
index_nl.jsp
Enkele 'gallery'-voorbeelden: de Collage
portal van de Corporation of London,
zie http://collage.nhil.com/, de Early
Photography-beeldbank van het
Rijksmuseum, het Leids Prentenkabinet
e.a., zie www.earlyphotography.ni en de
Galleri Nor van de Noorse Nasjonal-
biblioteket, zie www.nb.no/gallerinor/
Enkele 'selectievoorbeelden': het
European Visual Archive (EVA)- project,
zie www.eva-eu.org.en de Direction des
Musées de France base Joconde, zie
www.culture.fr/documentation/joconde/
pres.htm
Paul Conway, 'Overview: Rationale for
Digitization and Preservation' in:
Handbook for Digital Projects.
A Management Tool For Preservation and
Access, Andover Massachusetts,
Northeast Document Conservation
Center (NEDCC), 2000, p. 17 e.v.
10. Stuart Lee, Digital Imaging. A practical
handbook, London Library Association
Publishing, 2001.
11. Voor meer informatie over het plannen
van een digitaliseringsproject zie:
Moving theory into practice: digital ima
ging for libraries and archives, Kenney,
A.R., Rieger, O.Y.(eds), Mountain View
CA Research Libraries Group, 2000, 00k
on line beschikbaar op www.library.cor-
nell.edu/preservation/tutorial/
Zie www.iisg.nl
Bijvoorbeeld de beeldbank van Getty
Images, zie http://creative.gettyimages.
com/source/home/home.asp
Simon Tanner en Marilyn Deegan,
9-
12.
13-
14-
vervolg op pagina 23
oktober 2003
archievenblad
21