Fieke Krikhaar: "Er is echt iets aan het veranderen"
Markt voor de openbare bibliotheek van Rotterdam. Foto
Henny Hartog.
De instelling voorbij?
Allerwegen gaan archiefdiensten op
in RHC's. Een schaalvergroting waardoor
zij hun eigen gezicht verliezen. Is dat
jammer? Volgens directeur van het
Gemeentearchief Delft Gerrit Verhoeven
niet; er zijn alleen maar winnaars en er
zouden zelfs geen verliezers mógen zijn.
Het publiek heeft alleen maar te winnen
bij bredere instellingen, met veel (histori
sche) informatie onder één dak, die door
hun massa een ongekend niveau van
dienstverlening en professionaliteit kun
nen waarborgen. In de tweede plaats
gebruiken financiers de instellingen als
middel om te voldoen aan hun wettelijke
taken, én om allerhande beleidsdoelen te
realiseren. In hun beleidsnota's is inter
sectoraal, erfgoedbreed samenwerken in
theorie al min of meer gemeengoed.
Hoog tijd om die theorie in praktijk te
brengen, om één loket te creëren, zodat
met hetzelfde geld veel meer kan worden
gedaan. Een stap die vast wel even pijn
zal doen. Bestuursorganen geven een
stukje autonomie op, portefeuillehou
ders raken een speeltje kwijt, directeuren
verliezen hun zelfstandige positie of wor
den juist verantwoordelijk voor een zo
brede instelling dat zij zich er niet meer
in herkennen. Maar door deze zure appel
moet iedereen heen bijten, in het belang
van de zaak, en - nog veel belangrijker -
in het belang van het publiek.
De grootste openbare bibliotheek van
Nederland staat in Rotterdam. Op het
plein voor de centrale vestiging is twee
dagen per week markt. Inderdaad, de
grootste markt van Nederland. Een fan
tastische combinatie, zo weet biblio
theekdirecteur ir. F.H. Meijer, kijk maar
naar het bezoekerstal op die dagen.
Informatieverstrekking is de belangrijk
ste functie van de openbare bibliotheek.
Sinds enige tijd staat er dan ook een grote
I bovenop het dak.
Naast informatieverstrekking heeft de
bibliotheek een educatieve en (brede)
culturele functie. Maatschappelijke
trends als individualisering, selfservice,
mobiliteit, veranderde manieren van
vrijetijdsbesteding, gebruik van cd-rom
en internet spelen hierin een belangrijke
rol als denkrichting. Dat betekent ook:
loslaten van de illusie van compleetheid,
maar de doelgroepen veeleer in contact
brengen met al bestaande informatie in
allerlei databestanden, of met andere cul
turele instellingen. Daarnaast is de bibli
otheek ook een plek waar mensen elkaar
kunnen ontmoeten en verblijven. Toch
kent ook de bibliotheek in Rotterdam
haar (potentieel) publiek onvoldoende.
Al snel bleek in de discussie dat archie
ven en bibliotheken heel wat gemeen
schappelijke ontwikkelingen doorma
ken. Zo ontvlechten in beide de backoffi
ce en de frontoffice zich steeds meer en
concentreert de backoffice zich voorna
melijk op het inhoud geven aan vernieu
wingen die de frontoffice kan uitventen.
Daarom hoeven bijvoorbeeld baliemede
werkers voor het beantwoorden van een
voudige vragen helemaal niet hoog opge
leid te zijn. In beide zijn, om de blik te
verruimen en meer aan omgang met
publiek te doen, medewerkers uit andere
disciplines een grote noodzaak. Beide
zijn 'wegwijzers' (archieven als histori
sche VVV's), gericht op informatievoor
ziening, waar die informatie ook van
daan komt ("op het net moeten we beter
worden dan Google"), zonder de terreur
van plaats en tijd.
Wat betreft het landelijk samengaan kun
nen archieven beslist een voorbeeld
nemen aan de bibliotheken. Door hun
sterke positie in het land en hun net
werkorganisatie zijn zij een goede part
ner voor de archieven, zoals hier en daar
ook al het geval is.
Marketing van historische informatie
Hoewel het altijd om de inhoud gaat
en marketeers die uitsluitend kunnen
'wegzetten' lijkt het wel of marketing en
communicatie in de non-profitsector een
vergeten aspect is, zo begon Kees van
Twist, directeur van het Groninger
Museum, zijn presentatie. Mensen zijn
verwend en verwachten spektakel. De
inhoud is de geschiedenis, maar die moe
ten we anders brengen dan op traditione
le wijze, want steeds minder mensen heb
ben historisch besef. Mensen willen din
gen beleven, dan volgt de rest (leren; ver
diepen) vanzelf.
Permanent onderzoek naar de aard van je
bezoekers is een belangrijk deel van je
marketing. Wie zijn ze? Waarom komen
ze of, belangrijker nog, waarom haken ze
af? Daar achterkomen is interessant. In
hoeverre speelt hun afkomst mee in hoe
zij de geschiedenis beleven? En is de tra
ditionele manier van geschiedenis pre
senteren dus niet te nationalistisch? Om
je publiek nieuwsgierig te maken moetje
ze veranderingen in hun eigen geschiede
nis laten beleven en ze daar redactioneel
in begeleiden. Ook de inrichting (map
ping) van een tentoonstelling is zeer
bepalend. Durf daarin een agenda te
archievenblad
augustus 2003
bepalen waar veel volk op af komt, liefst
in een aansprekend, uitdagend gebouw
op een opvallende plek en met een goede
naamgeving. Dat slecht drempels.
Een missie is onontbeerlijk, en daar hoort
volgens René Bastiaanse, directeur van
het Rijksarchief in Noord-Brabant, de
archiefwettelijke taak niet in thuis! Wat
wel? De centrale rol voor het publiek. Tot
aan je laatste snik zo veel mogelijk men
sen bedienen met je producten, dat is de
maatschappelijke opgave van het archief
wezen. De marketeer kan zijn hart opha
len: niet alleen meer en diverser publiek
bereiken (en hier, naast watje eigen intuï
tie zegt permanent onderzoek naar doen),
maar daar ook nog eens toegankelijke
producten voor bedenken. De publieks
vraag maakt immers de dienst uit, zowel
voor de back- als de frontoffice. Deze laat
ste heeft de voelsprieten en roept naar
achteren. Naar wat je website bijvoor-
Fieke Krikhaar dankte in haar slotwoord
alle partijen waar ze als projectleider zo
plezierig mee had samengewerkt. Dit
seminar moest duidelijk maken wat het
doel van al die fusies nu eigenlijk is, want
natuurlijk zijn ze nooit een doel op zich. De
goede en pittige discussies toonden vol
gens Krikhaar wel aan hoezeer het archief
veld zich hiervan bewust is, net als zicht
baar werd dat het veld echt aan het veran
deren is.
"Ik denk dat een beter publieksbereik een
belangrijke kern is van een visie voor het
hele proces van RHC-vorming," aldus
Krikhaar. "Het gaat er uiteindelijk om wat
je te bieden hebt en daar zoveel mogelijk
mensen voor aan te trekken. Mensen gaan
veel vanzelfsprekender naar een biblio
theek voor informatie dan naar een
archief. De bibliotheek is een 'sterk merk',
het archiefveel minder. Ik begrijp de ima
goverandering die archieven nastreven
dan ook wel. Bijvoorbeeld door geen
archief meer te heten, zoals je nu bij een
aantal RHC's al ziet. De fagade waarachter
je je informatie aanbiedt, of dat nu een
museum is, een historisch centrum of een
beeld biedt. Op welke vragen geeft deze
eigenlijk antwoord? Daar horen geen
speeltjes op, maar duidelijke informatie
met behulp van zoekschermen. Binding
met je klanten krijgen, zoals de streekar
chieven in Noord-Brabant, de potentiële
fusiepartners van het rijksarchief aldaar,
dat hebben met eigen lokale pagina's op
de site. Organiseer een stamtafel als een
soort chatroom voor zoekvragen en dis
cussies en regel een vraagbaak die verwijst
naar andere informatieverstrekkers. De
archivaris-nieuwe-stijl treedt vooral daar
in contact met het publiek. En maak dat
alles bekend in lokale media, doe oproe
pen om mee te doen. De markt is poten
tieel echt volop aanwezig en er is een
enorme hoeveelheid content.
Rijkdom in archieven is er heus wel, zo
kwam in de discussie naar voren, maar er
valt niets te beleven! Ga eens te rade bij
bibliotheek, is minder
belangrijk, als je maar
links naar elkaar hebt en
de informatie naar de bur
gers toebrengt. En het is in
dat verband helemaal niet
gek voor een archief om
gebruik te maken van de
bibliotheken met hun vele
vestigingen, omdat de
mensen daar toch al
komen."
Vooral de oproep om
meer producten te verzin
nen en naar beleving te
durven toegaan vond
Krikhaar heel inspirerend.
"Natuurlijk gaat het ook
om investeringen, maar je
moet beginnen met keuzes maken, prioritei
ten stellen. Maar ik zou de archieven beslist
willen aanraden om creatief naar fondsen te
gaan zoeken. Een heel belangrijk aspect vind
ik dat archieven hun publiek moeten kennen
en leren omgaan met marketinginstrumenten
om nieuw publiek te vinden met waarschijn
lijk andere producten. Tot slot vind ik de
manier waarop de relatief nieuwe directeuren
Disneyland of Universal Studio's en laat
je inspireren en verbijsteren. Natuurlijk is
marketing niet altijd eenvoudig: publieks
onderzoek onder non-users bijvoorbeeld
levert meestal niet meer op dan
'hoi/mmm/bah' waarmee je nog niets
weet. En hoezo geschiedenis laten bele
ven? De meeste mensen hebben een tijds
dimensie die niet langer is dan hun eigen
leven. Dat is wel zo, maar het gaat er om
welk verhaal je wilt vertellen bij al die
archiefschatten. Daar zijn mensen dol op,
en bedenk daar dan de middelen bij.
Maar ja, over middelen gesproken: wie
heeft er een budget om bijvoorbeeld Peter
Greenaway (van de tentoonstelling 'Hel
en Hemel' in het Groninger Museum) in
te huren? Het gaat om ambities, keuzes
maken en prioriteiten stellen. Een agenda
durven bepalen en altijd je publiek willen
verleiden.
de archiefwereld be
naderen vanuit bij
voorbeeld de museale
wereld, heel verfris
send."
"Het gaat uiteindelijk
om de inhoudelijke
vernieuwing, andere
manieren vinden om
de informatie uit de
archieven over het
voetlicht te krijgen.
Wat er nodig is, is
bijna een paradig
maverandering: er zul
len heel andere ma
nieren gevonden moe
ten worden om wat er
in de depots ligt
'onder de mensen te brengen'. RHC-vor
ming is dan slechts voorwaardelijk. Door
structurele samenwerking kun je de poten
tie ontwikkelen en een omgeving creëren
waar je, samen met geschikte partners, je
verhaal kunt vertellen op een manier die
alle zintuigen prikkelt. Je zou kunnen zeg
gen dat we nog maar aan het begin staan."
Nicoline J. Ekama van Dorsten is eindredacteur van Radicaal. Met dank aan Roelof Braad, hoofdredacteur Archievenblad.
augustus 2003 archievenblad