ii
I
km cc g*
I
IN
■'■■t*-
juridische zaken
31
I
overal!
rrr
cr
.7 -
Magista is al meer dan 50 jaar
gespecialiseerd in het ontwerpen en produceren
van opslagsystemen. Wat u ook wilt archiveren
of opslaan, wij hebben voor u een ruimtebe-
sparende oplossing. Vanuit een standaard
leveringsprogramma of speciaal op maat gemaakt
qua afmeting en uitvoering.
Profiteert u van onze ervaring en
specialistische know-how! Dat werkt voor u
niet alleen sneller,
het geeft tevens de garantie
voor een optimaal systeem.
Meer weten? Bel dan voor onze uitgebreide
documentatie of stuur de
informatiebon
naar ons
terug.
Ja, ik wil meer weten over
Magista's oplossingen
Bel mij voor een afspraak
Stuur mij informatie over:
Archiefinrichtingen
Kantoorinrichtingen
Magazijninrichtingen
Museuminrichtingen
Naam
t.a.v.
Adres
Postcode
Plaats
Telefoon
Magista B.V. Oosteinde 6, Postbus 19300 AA Roden Tel. 050-5025500, Fax 050-5025505 www.magista.nl, E-mail: magista@magista.nl
voorbeeld het artikel van Fasel over het successie
beginsel of bijdragen in de bundel Voor burger en
bestuur 1968-1988 te leggen naast recente
beleidsstukken als Archieven in de Etalage (2000)
en Interactief Archief (2002)die zal zien hoe toon
en richting van het discours zijn veranderd. Van
de juridiserende regen zijn we weliswaar in de
drup van het cultuurbeleidsjargon gekomen,
maar wat belangrijker is, is dat niet meer wordt
uitgegaan van de in twee eeuwen gegroeide en
verstarde juridische competentieverdeling, maar
van de gebruiker: de gebruiker van dat deel van
de collectie Nederland dat zich bevindt in
archiefbewaarplaatsen. Als in dat discours ook
nog de archiefvormers zouden worden betrok
ken, zou je een prachtige basis hebben voor het
ontwerp van een nieuw huis.
De tweede reden voor een nieuwe wet is dat de
huidige wet een leugen is: 'De staat verdrukt, de
wet is logen'. Zij suggereert een archiefwezen dat
niet meer bestaat. Zij gaat uit van rijks- en
gemeente- en waterschapsarchieven, van een
verdeling tussen zorg en beheer, van rijksarchiva
rissen die het diploma archivistiek hebben, kort
om van allerlei niet meer bestaande of bestaan
bare of niet meer gewenste toestanden. Om Van
der Gouws brief aan mij van 35 jaar geleden te
parafraseren: 'Stel U voor, dat U aan iemand
vraagt hoe thans de archieforganisatie in
Nederland is en hij begint dan van alles en nog
wat te vertellen uit de Archiefwet 1995... wat zou
U dan zeggen?'
De derde reden voor vervanging van de huidige
wet - ik heb het ik al aangegeven - is de noodzaak
voor helderder afbakening met wetgeving op het
gebied van openbaarheid van bestuur, privacybe
scherming, auteursrecht enz.
Moeten we nu de hand aan (Van) de(r) Ploeg
slaan en de wet voor de/Van Leeuwen gooien? Ja,
maar... Een huis wordt nooit goed als opdracht
gever en architect niet van tevoren goed hebben
nagedacht, gesproken en ontworpen. Bezint eer
gij begint. Net als ik merk bij studenten en pro
movendi: de energie, inspiratie en tijd die men
steekt in de voorbereiding, in de vraagstelling, in
de conceptualisering verdient zich dubbel en
dwars terug in het onderzoek- en schrijfproces.
Maar dan moet die voorfase goed gestuurd wor
den en een goede focus hebben. Zo wordt meer-
werk tijdens de bouw - of nog erger - vermeden.
Een nota archiefbeleid is niet hetzelfde als een
instructie voor wetgeving. Teveel verschillende
opvattingen zonder duidelijk gemeenschappelijk
standpunt leiden tot een wangedrocht, zoals de
geblinddoekte experts ervoeren die ieder slechts
een deel van de olifant mochten betasten en op Foto Yvonne Bos-Rops.
basis daarvan het geheel moesten beschrijven.
Dames en heren,
Ik sluit af met een dankwoord. Dank aan
Maarten van Boven en zijn medewerkers - in het
bijzonder Yvonne Bos en Miranda van Balen -
voor het bijzondere afscheidsgeschenk dat dit
symposium Archief en Recht - Recht en Archief
is geworden. Dank aan u allen, die gekomen
bent, niet voor dit afscheid, maar voor een sym
posium met bijzondere inhoud. Het doet me veel
genoegen dat juist dit onderwerp zoveel belang
stelling blijkt te genieten. Maar dat komt natuur
lijk vooral door de deskundige sprekers die u en
mij hebben laten genieten van hun ervaring,
wijsheid en inzicht.
De Belgische rijksarchivaris Cuvelier schreef in
1911, naar aanleiding van de benoeming van de
Zeeuwse rijksarchivaris Fruin tot professor in
Amsterdam: 'il en est un peu des Archives hol-
landaises, comme des Archives et des Biblio-
thèques beiges. Elles mènent a tout...a condition
d'en sortir.' {NAB 20 (1911-1912) 225). Ik vind
dat een prachtige uitspraak, ook al ben ik erach
ter gekomen dat hetzelfde gezegd is van journa
listen: 'Le journalisme mène a tout a condition
d'en sortir', Jules Janin (1804-1874).
Men heeft het ook gezegd van de politiek, het
recht, de logica, ja zelfs van het leven, zoals Jules
Renard (1864-1910) zei: 'La vie mène a tout a
condition d'en sortir'.
Zover ben ik nog niet. Ik heb de Rijksarchief
dienst verlaten, de dienst waaraan ik zoveel te
danken heb. Ik heb ook de Leidse Universiteit
verlaten. Maar ik verlaat niet het archiefwezen. U
kunt me vragen blijven stellen over Archief en
Recht, ik verlaat niet het onderwijs - waar ik 35
jaar geleden begon - en evenmin het onderzoek
op het gebied van de archiefwetenschap. Juist op
die terreinen hoop ik, met uw steun, nog vele
goede dingen te kunnen doen.
november 2002
archievenblad