Architectural Records
SECTION
ICA Congres Sevilla
ICA Congres Sevilla
Op 21 september, ver voor de officië
le opening van het congres, arriveer ik
heel vroeg omdat ik om 9.00 uur de eer
ste presentatie wil bijwonen van de nieu
we ICA Section Architectural Records en
ruim de tijd voor de inschrijving wil heb
ben. Dat blijkt geheel onnodig: alles is te
laat. De programmaboeken zijn de eerste
dag nog niet beschikbaar. Daardoor is de
opkomst van het publiek bij de presenta
ties in de ochtend beperkt: niemand kent
het programma. Dit doet echter niets af
aan de heftigheid van de discussie en dat
zal bij deze SAR-presentatie ongetwijfeld
aan het onderwerp liggen: appraisal of
architectural archives. Dat brengt, ook
internationaal, de gemoederen in bewe
ging. Het hele proces van waardering,
selectie en vernietiging c.q. afwijzing,
zowel bij acquisitie als bewerking, werd
door zes inleiders11' toegelicht met dia's,
sheets en vooral door middel van het
gesproken woord. Het woord wint het in
deze sectie nog moeiteloos van het beeld
omdat het licht niet uit kan. De keurig
klaargezette diaprojector wordt daardoor
machteloos.
Selectie: ruis bewaren
Ondanks de bleke beelden herkent
ieder de problemen, ook al zijn de aan
wezigen archivaris bij zeer uiteenlopende
archiefbeherende instellingen: universi
teitscollecties en -bibliotheken, art-gale-
ries, overheidsarchieven, musea, archi
tectuuropleidingen en categorale instel
lingen zoals het NAi.
Bij al deze verschillen is er veel gemeen
schappelijks: overal leiden bevolkings
groei, standaardisatie en schaalvergro
ting de laatste vijftig jaar tot veel meer en
veel grotere archieven. De meeste colle
ga's treden dat tegemoet door berede
neerd te kiezen en daarin streng te zijn.
Hulp bij de keuze vormen factoren als: de
missie van de beherende instelling, de
kwaliteit van het ontwerp, het onbe
twistbare belang van sommige stukken,
zoals bijvoorbeeld prijsvraagontwerpen,
fotodocumentaties, studiemateriaal,
samenvattende tekeningen, en de gelijk
soortigheid van veel documenten, vooral
in de uitvoerende sfeer. 'Sampling' wordt
dan een optie. Frey is in de contramine.
"Architecture is the art of redundancy,"
merkt hij op en die ruis moet in de
bewaarde bronnen bewaard blijven. Een
verfrissend standpunt. Ik heb visioenen
van klanten die ik onder kubieke meters
archief mag bedelven: dat komt er van
als je deze kunstvorm wilt bestuderen.
Ook de Chinese An heeft een originele
visie. Zij meent dat door centraal strenge
eisen te stellen aan de archiefvormers,
uniformiteit kan worden afgedwongen
en de archieven in de hand zijn te hou
den. Misschien zijn de Chinese architec
ten werkelijk zo gedisciplineerd?
Nieuwe sectie
Voor mij is het gesprek met collega's
die met het NAi vergelijkbare archieven
beheren, zeer stimulerend en dat niet
alleen vanwege het visioen dat ik
beschreef. Ik verkeer dan ook in een
opgewekte kring waarin wat tot stand
wordt gebracht. Ik woon het congres bij
in het kielzog van de in Madrid officieel
geïnstalleerde sectie SAR: 'Section on
Architectural Records'.
Het vergt veel tijd en talent om binnen
de eerbiedwaardige maar logge organisa
tie van de ICA tot een nieuwe sectie te
komen. De werkgroep is niet alleen daar
in geslaagd maar heeft ook een handlei
ding opgesteld: A Guide to the Archival
Care of Architectural Records 19th-20th cen
turies. Het was de bedoeling vandaag de
handleiding te presenteren, maar de
voorraaddoos met Franstalige exempla
ren blijkt onvindbaar in de kelders van
het congrescentrum opgeborgen te zijn.
De werkgroep kan er in de loop van het
congres niet meer de hand op leggen.
Weliswaar heeft op donderdag 26 sep
tember enige minuten een stapeltje in de
tentoonstellingsruimte gelegen maar dit
was zo snel verdwenen dat deze corre
spondent er geen in handen kreeg. Vanaf
november is de Engelstalige versie ver
krijgbaar via de Society of American
Archivists (info@arch]yists.org).
Met deze eerste presentatie was de
architectonische koek nog lang niet op.
Op 25 september werden tijdens de 5e
Agora (een soort plenaire bijeenkomsten
tijdens de lunch) twee voordrachten
gehouden over 'Architectural Archives'.
De eerste door Manuel Blanco, hoogle
raar aan de Technical School of
Architecture, Polytechnical University of
Spain. Architectuur, zegt hij, gaat over
gebouwen en daar zijn buitengewoon
veel documenten over. Met de toene
mende belangstelling voor het cultureel
onroerend erfgoed neemt ook het belang
van deze archieven toe. Hij noemt nog
eens de factoren die wij kennen: grotere
archieven, steeds uiteenlopender dragers
en vooral het probleem van digitale
beeldarchieven, gevormd in een recent
verleden en nu (al) niet meer raadpleeg
baar. Ook noemt hij de zorg om de toe
nemende markt voor architectuurteke
ningen, die meer en meer als kunstwer
ken over de wereld gaan. Doordat de
beheerders van architectuurarchieven uit
zo verscheiden omgevingen komen, zijn
er verschillen in definitie: van wat archi
tectuur is en van wat archivalia zijn,
welke soort van documenten daaraan
gerelateerd zijn. Vooral maquettes vor
men een problematische categorie. Ze
overleven voornamelijk in museale sfeer.
Voor al deze vragen is een platform
nodig, een forum om deze problemen te
bespreken en tot werkbare definities te
komen. Daarna maakte Blanco een mon
diale tour d'horizon van wat op het ter
rein van architectuurarchieven op dit
moment gaande is. Met enige trots hoor
ik Nederland genoemd: door de vele en
zeer volledige archieven van het NAi is
ons land heel zichtbaar (zie www.nai.nl).
Blanco kondigt een congres aan, in
Spanje in 2001, waarvoor hij ieder harte
lijk uitnodigt. Nadere gegevens volgen
ongetwijfeld als u lid wordt van de ICA-
SAR. Het lidmaatschap staat open voor
zowel instellingen als personen.
De tweede Agora-voordracht is van
Ramon Gutierrez, directeur van CeDo-
Dal, het Latin American Architectural
Records Centre. Hij behandelt vooral de
Latijnsamerikaanse archieven, maar ook
daar is herkenning: de instututionele
gevarieerdheid van de beheerders van
architectuurarchieven (niet alleen in
staats- en regionale archieven maar ook
in technische collecties, bedrijfsarchie
ven, universiteitsbibliotheken en particu
liere verzamelingen). Hoe verschillend
ook, ze hebben dezelfde problemen: hoe
te acquireren, hoe een generale database
op te zetten, hoe de kwetsbare modellen
te bewaren, hoe de rechten te regelen bij
kopieën en foto's, hoe internationale
standaarden te
formuleren en
hoe het verdwij
nen van tekenin
gen door de han
del tegen te
gaan?
En ten slotte
beleven we dan,
op 26 september,
de eerste bijeen
komst van de
nieuwe sectie
SAR. 's Ochtends
is tijdens de
General Assem
bly de sectie op
gericht. Terwijl ik
wat duizelig pro
beerde de gewen
ste amenderin
gen van de door
het bestuur voor
gestelde wijzigingen in de wijze waarop
amenderingen worden ingediend, te
begrijpen, was het besluit de sectie in te
stellen zo zakelijk en kort, dat zelfs de
Volksrepubliek China niet kon amende
ren. Voorzitter Ketelaar was té snel. En zo
zaten we 's middags met werkgroep en
ongeveer vijftig belangstellenden en
potentiële leden bijeen.
Het gesprek ging over wat de sectie kan
en moet gaan doen. Omdat de sectie zo
jong is, was van enige bureaucratie nog
geen sprake. Iedereen mocht alles roepen
en op het bord verscheen letterlijk een
waslijst van taken en onderwerpen.
Sommige liggen voor de hand: de correc
tie en uitbreiding van de nieuwe Guide,
het delen van ervaring in beheer, selectie,
conservering etc., het formuleren van
standaarden, de digitale duurzaamheid
van deze archieven. Andere zijn branche-
specifiek: waar liggen de grenzen van het
onderwerp: bij de militaire architectuur,
de ingenieurskunst, de landschapsarchi
tectuur en vormgeving? Welke wetgeving
gaat deze soort archieven aan? Hoe kun
nen we de digitale middelen gebruiken
voor het openbaar maken van deze bron
nen (met zoveel beeldmateriaal daarin)?
Hoe gaan we bij acquisitie en selectie om
A GUIDE TO THE
ARCHIVAL CARE
OF ARCHITECTURAL
RECORDS
19th-20th CENTURIES
met de vele particuliere archieven? Veel
architectuurarchieven worden commer
cieel gebruikt: voor restauratie, reproduc
tie: kan men deze diensten betaalbaar
stellen? Te veel om (hier) op te noemen,
de sectie heeft genoeg te doen.
16
februari 2001
17
Door Marjanne Kok
Het Congrescentrum van Sevilla is een
merkwaardig gebouw waarover helaas de
bibliotheek van het Nederlands
Architectuurinstituut, waar ik werk, niets
heeft te melden. Dat moet dan aan het
gebouw liggen. Fuctioneel is het wel: moei
teloos herbergt het de ruim tweeduizend
congresgangers en regelmatig waan ik mij
alleen temidden van uitsluitend onbeken
den terwijl er toch meer dan zestig landge
noten aanwezig zijn. Zijn de Nederlanders
spijbelaars of is dit het effect van het grote
getal? Fascinerend is dat: ik heb nog nooit
zoveel mensen bij elkaar gezien.
Section on Architectural Records
Deze ICA-sectie is de afgelopen acht jaar
voorbereid door een werkgroep, later de
Provisional Workinggroup on
Architectural Records (ICA-PAR), waaraan
bijdroegen: Arnaud Ramière de Fortanier,
Archives Departementales des Yvelines
Parijs; Robert Desaulniers, Centre
Canadien d' Architecture Montreal;
Mariet Willinge, NAi Rotterdam; Maygene
Daniels, National Gallery of Art
Whashington DC; Meryl Foster, Public
Record Office London; Pierre Frey, Ecole
Polytechnique Federale de Lausanne;
David Peyrceré, Institut Francais
d'Architecture; Xavier Tarraubella, Arxiu
Municipal Administratiu, Barcelona; Alice
Thomine, Centre des Archives du monde
du travail, Roubaix en Louis Cardinal van
de Archives Nationales du Canada. Deze
mensen zijn binnen het internationale
congres van architectuurmusea (ICAM)
ook degenen die de subgroep ICAM-
Archieven vormen.
Mocht u zich willen opgeven,
dan kan dat via Mariet Willinge,
NAi (oio) 44 o 12 2i of bij de secretaris
van de SAR Alice Thomine, Centre des
Archives du monde du travail Roubaix
Frankrijk, alice.thomine@culture,fr
Archief of museum
INTERNATIONAL
COUNCIL ON ARCHIVES
Architectural Records Section
Bureaucratisch
groentje
[i] De inleiders waren achtereenvolgens:
Mariet Willinge, NAi Rotterdam; Heather Briston,
Environmental Design Archives, University of
California; Marta Levisman, Area, Buenos Aires;
Patricia Whatley, University of Dundee Schotland;
Xiaomiu An, Remnin University Beiijng en Pierre Frey,
Ecole Polytechnique Federale de Lausanne. 1
archievenblad
februari 2001
archievenblad