Open die archieven! een sluitend net De provincies werken aan een sterk, sluitend net van regionale archiefdiensten: de praktijk in de Randstad Deze problemen constateerden de gezamen lijke provinciale archiefinspecteurs in hun begin 1999 verschenen beleidsnota: Op weg naar een sluitend net van professioneel archiefbeheer op lokaal en regionaal niveau. Zij stelden dat het gewenst was dat de provincies een nieuwe impuls gaven aan een sterke(re) infrastructuur op het gebied van de historische archieven via een reeks van stimulerende maatregelen. Een dergelijk hernieuwd stimuleringsbeleid sluit goed aan bij het algemene beleid dat de provin cies voeren ter bevordering van een goede cultu rele infrastructuur en bij het huidige rijksbeleid, dat ook is gericht op versterking van de publieksfunctie van archieven. Probleem blijft, dat de gemeenten en waterschappen onder de huidige wetgeving niet verplicht zijn tot een vorm van professioneel beheer en toegankelijk heid van het historisch archief. Het IPO (Interprovinciaal Overleg) en de afzon derlijke provinciebesturen stemden in 1999 in met de nota Sluitend net. De aanbevelingen kwa men terecht in de afgesloten cultuurconvenan- ten tussen provincies, ministerie van OCenW en gemeenten en ook in de provinciale cultuurno ta's voor de periode 2001-2004. De landelijke discussie over de toekomstige inrichting van het archiefbestel is nog aan de gang. Zeker is wel, dat binnen een hernieuwd Nederlands archiefbestel de in Sluitend net genoemde problemen opgelost zullen moeten worden. Er dreigt anders een tweedeling te ont staan tussen de regio's waarbinnen wel een, steeds professioneler wordende, archiefdienst bestaat en de grote 'witte plekken' op de archief kaart. Ook het kwaliteitsverschil tussen grote en kleine archiefdiensten neemt dan toe. Hieronder schetsen de randstedelijke provincia le archiefinspecteurs de stand van zaken en het toekomstbeeld dat hun, als uitwerking van Sluitend net, voor ogen staat in Noord- en Zuid- Holland en Utrecht. Veel provincies, waaronder de drie randste delijke, voeren al decennia lang een beleid gericht op het ontstaan van regionale archief diensten, waarin gemeenten en waterschappen in een regio samenwerken om een goed niveau van beheer en publieksservice met betrekking tot historische archieven te realiseren. Omdat gemeenten en waterschappen op grond van de Archiefwet niet verplicht zijn een archivaris te benoemen of zich bij een archiefdienst aan te sluiten, zijn provinciale subsidieregelingen en initiërend en coördinerend optreden vanuit de inspectie nodig gebleken om dit te bereiken. Regionale archiefdiensten hebben twee voorde len. Voor de bezoekers is het een enorm voor deel alle op elkaar aansluitende archieven van gemeenten, waterschappen, kerken, families, bedrijven, historische foto- en prentcollecties etc. uit één gebied bij elkaar te vinden. Bovendien, hoe meer gemeenten en waterschap pen van een regio deelnemen, des te groter het (financiële) draagvlak wordt en des te hoger het kwaliteitsniveau van de voorzieningen die de archiefdienst aan de bezoeker kan bieden. Zo kan elke regionale archiefdienst uitgroeien tot een waar regionaal-historisch centrum. Het probleem is, dat zolang er geen wettelijke verplichting of wettelijke normen voor histo risch archiefbeheer bestaan1'1, dit beleid op basis van vrijwillige medewerking van gemeenten en waterschappen uitgevoerd moet worden. Tot nu toe gaf de uitkomst van een proces dan ook lang niet altijd dat beeld te zien, dat de betreffende provincie voor ogen stond. Zo kwam er in som mige regio's, ondanks jarenlang pleiten door de inspectie en ondanks provinciale subsidierege lingen, niets van de grond, in andere regio's ont stond een versnipperd geheel van kleine dien sten in plaats van die ene grote archiefdienst die de provincie voor ogen stond. Toch is er in de loop der jaren een bepaald patroon ontstaan. In de eerste fase kost het veel energie om gemeenten en waterschappen ervan te overtuigen dat een vorm van professioneel archiefbeheer nodig is. Er ontstaan dan soms eerst gedeconcentreerde vormen van archiefbe heer of kleinere diensten, is er eenmaal een aan zienlijk netwerk van archiefdiensten in een (deel van) een provincie ontstaan, dan is de volgende stap het bevorderen van kwaliteitsverbeteringen door geconcentreerder beheer en/of fusies van aangrenzende archiefdiensten. Ook samenwer king met andere culturele instellingen kan in deze tweede fase worden gestimuleerd. Coördinerend optreden van de inspecteur en provinciale (start)subsidies zijn hiervoor de mid delen. Uiteraard leveren ook de in 1998 gestarte fusies met de rijksarchieven in de provincie hoofdsteden de gewenste meerwaarde op. Belangrijk naast de fysieke infrastructuur is het ontwikkelen van een digitale zoekstructuur, zodat de gebruiker vanuit de huiskamer het eer ste overzicht krijgt van wat zich waar bevindt. Daarom geven de provincies ook aan de ontwik keling daarvan een steun in de rug. Al sinds de jaren zeventig heeft de provincie Noord-Holland bevorderd dat er voor bezoekers laagdrempelige streekarchieven ontstonden in tevoren vastgestelde gebieden. Steeds wanneer zo'n streekarchief van de grond kwam, verstrek te de provincie een startsubsidie van ongeveer 10 procent op de bouwkosten. Het probleem daarbij was, dat de nieuwe streekarchieven vaak niet (geheel) de vastgestelde regio omvatten, maar kleinschaliger uitvielen. De Cultuurnota 1997-2001 bevatte een nieuwe provinciale subsidie, speciaal ingesteld om de nog overgebleven vijftien gemeenten in Noord- Holland alsnog over te halen zich aan te sluiten bij een archiefdienst. Bij de sluiting van de ter mijn op 1 juli 2000 hadden tien van deze gemeenten daar gebruik van gemaakt. Er zijn nu dus nog vijf gemeenten in Noord- Holland over die niet bij een archiefdienst zijn aangesloten noch zelf een archivaris in dienst hebben: Texel, Den Helder, Haarlemmermeer, Uithoorn en Diemen. Daarnaast zijn er enkele plaatsen waar de archiefdiensten te klein zijn om aan moderne eisen te kunnen voldoen. In de nieuwe Noord-Hollandse Cultuurnota 2001-2005 is opgenomen dat de provincie in de komende tijd het ontstaan van zes of zeven regionaal-historische centra zal bevorderen, groot genoeg om alle taken aan te kunnen, maar tegelijkertijd klein genoeg om dicht bij de eigen deelnemers en gebruikers te blijven. Samen werking met musea, bibliotheken en/of andere culturele instellingen in de regio kan hier ook bij betrokken worden. Concreet betekent dit, dat de provincie binnen de genoemde gebieden bereid is dergelijke initiatieven te subsidiëren. Daar naast is de mogelijkheid opgenomen om de ont wikkeling van een digitale zoekstructuur te ondersteunen. De in de Cultuurnota genoemde regio's waar logischerwijs grotere regionaal-historische cen tra mogelijk zijn, zijn: Noord-Kennemerland en de Kop van Noord-Holland (samen circa tas, 420.000 inwoners), West-Friesland (circa 189.000 inwoners), Zaanstreek/Waterland (samen circa 296.000 inwoners), IJmond/Zuid- Kennemerland (samen circa 344.000 inwoners), Amsterdam (circa 727.000 inwoners), Amstelland en de Meerlanden (circa 272.000 inwoners) en het Gooi en de Vechtstreek (circa 232.000 inwoners). Zoals uit het kaartje blijkt, is dit deels gereali seerd. Voor wat betreft de gebieden waar dat nog niet het geval is, zoals Zaanstreek/ Waterland, Amstelland en de Meerlanden en het Gooi en de Vechtstreek is de provincie bereid bij te dragen in de kosten gemoeid met schaal vergroting en kwaliteitsverbeteringen. In de toe komst kunnen mogelijk nog grotere eenheden tot stand komen. Zo is een fusie West-Friesland/ Noord-Kennemerland/Kop denkbaar, waarbij in de verschillende gebieden filialen blijven bestaan. 21 Door Noor Erkelens, Emile Kretzschmar en Marianne Loef* Landelijk gezien is een groot deel van de gemeen ten en waterschappen - respectievelijk 53 en 40 procent - niet aangesloten bij een archiefdienst, noch heeft men een eigen archiefdienst. Dit bete kent dat publiekstoegankelijkheid en beheer van een groot deel van de Nederlandse lokale en regio nale historische bronnen te wensen over laten. Bovendien is een deel van de bestaande lokale en regionale archiefdiensten qua schaalgrootte en organisatiewijze niet (meer) berekend op de toege nomen publieksvraag en op de noodzaak om meer aan promotie, educatie en digitalisering te doen. Regionale archiefdiensten archievenblad februari 2001 Provincie Noord-Holland Streekarchieven en Gemeentelijk Archiefdiensten Provincie Noord-Holland Per 1 juli 2000 Verklaring: Regionaal Archief ■maar Archiefdienst (2) Westfriese Gemeenten Qemeenteljjl(e (4) Archiefdienst - Zaanstad Archiefdienst voor Kennemerland Gemeentelijke Archiefdienst Amsterdam Gemeentearchieven Aalsmeer, Ouder-Amstel, Amstelveen Gemeentearchief Weesp Stadsarchief Na arden e.o. Streekarchief voor het Gooi en de Vechtstreek Gemeente zonder archivaris februari 2001 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2001 | | pagina 10