®ir? RAKTIJKERVARINGEN VAN EEN WEBMASTER De praktijk Archievenblad ledereen die een beetje handig is met computers kan in een handomdraai een fraai ogende Internetsite ontwikkelen en vervolgens 'wereldkun dig maken'. Daarom verschijnen (én verdwijnen) er op het Internet dagelijks tal van websites van particulieren en bedrijven. Op 20 augustus werd door de burgemeester van Utrecht, mevrouw Brouwer-Korfde website van Het Utrechts Archief officieel gelanceerd. Daarmee kreeg een twee jaar eerder gestart voorbereidingstraject zijn afronding. Waarom had ook het digitaal gaan van Het Utrechts Archief nogal wat om het lijf? In de werkgroep die twee jaar geleden in Het Utrechts Archief startte met een onderzoek naar de mogelijkheden en onmogelijkheden van Internet passeerden aanvankelijk de meest wilde ideeën de revue. Maar al snel bleek dat voor de meest uitgebreide toepassingen op Internet het kostenplaatje (te) hoog zou uitvallen. Alvorens verder te brainstormen was het daarom noodzakelijk een finan cieel kader vast te stellen. Kostbare aangelegenheid De schijnbaar simpele vraag hoeveel mid delen we voor dit project nodig hadden, bleek uiteindelijk lastig te beantwoorden. Zowel Internet-providers als vormgevers werd om een offerte gevraagd. Wat zou het kosten om een website te ontwikke len, op het web te zetten en te (laten) onderhouden? Het antwoord luidde stee vast: 'dat is afhankelijk van wat jullie erop willen zetten'. Zo ontstond er een 'kip of ei' discussie. Het was duidelijk: als de opdrachtgever niet exact weet wat hij op Internet wil zetten, kan de provider of vormgever geen offerte op maat uitbren gen. Maar omgekeerd kan de financiële speelruimte voor een opdrachtgever juist bepalen hoe veel gegevens hij op het Internet kan zetten en de mate van pro fessionaliteit waarmee dit gebeurt. De werkgroep besloot om eerst nog wat veldwerk te verrichten. Het gehele web werd afgespeurd naar wat collega-instel lingen in binnen- en buitenland al op Internetgebied hadden gedaan. Daarbij werd bij diverse instellingen ook navraag gedaan naar de kosten en ervaringen met Internet. Uit die informatie leerden we dat het betreden van Internet met een aantal grote databases zoals het archieven overzicht, onze bibliotheekcatalogus VUBIS en de toegang op ons beeldmate riaal Atlantis op dit moment een wel zeer kostbare aangelegenheid zou worden. Daar kwam nog bij dat aan het opzetten en vullen van deze databases nog volop werd gewerkt. Door de fusie van de Gemeentelijke Archiefdienst Utrecht en het Rijksarchief in Utrecht in mei 1998 tot Het Utrechts Archief moesten na melijk vele databases op elkaar worden aan gepast. Deze conver sie vergde (en vergt nog steeds) niet alleen op technisch en finan cieel gebied, maar ook wat betreft personeel een grote inspan ning. Om de introductie van Het Utrechts Archief op het web niet nog veel langer te laten duren, besloten we in 1998 om eerst met een zogenaamd foldermodel het web te betreden. Internet Project Plan Gelijktijdig werd in 1998 door het minis terie van Binnenlandse Zaken (BiZa) een seminar georganiseerd over de introduc- Het was duidelijk: als de opdrachtgever niet exact weet wat hij op Internet wil zetten, kan de provider of vormgever geen offerte op maat uitbrengen. tie van musea en archiefdiensten op Internet. Uit het seminar kwam duidelijk naar voren dat voor het welslagen van een Internetproject een adequate plan ning aan de hand van een Internet Project Plan van groot belang is. Hierin wordt een uitgebreid stappenplan ontwikkeld, wat natuurlijk wel jaarlijks actualisatie behoeft. Tevens wordt expliciet vastge legd welke functies de website moet heb ben. Het Internet Project Plan fungeert als een leidraad voor de beoordeling of de beoogde doelstellingen daadwerkelijk worden bereikt. Bovendien dwingt het om heel methodisch naar de website te kijken. Vanuit de geformuleerde doelstel lingen is het vervolgens eenvoudig om de diverse doelgroepen te definieren. Met deze aanbevelingen deed de werkgroep zijn voordeel In augustus 1998 was het Internet Project Plan van Het Utrechts Archief een feit. Na de instelling van een redac tieraad begonnen we met de definitieve invul ling van de Internetsite. Omdat de redactieraad was samengesteld uit verschillende geledin gen van de organisatie, had ze een positie ve invloed op het draagvlak voor dit pro ject binnen het archief. Binnen de redac tieraad was ik - als webmaster eindverant woordelijke. De taken van een webmas ter zijn tweeledig. Enerzijds had ik, naast de zorg voor de continuïteit, de redactio nele eindverantwoordelijkheid, anderzijds moest ik de inhoud vertalen naar een technisch eindproduct. Het eerste was in mijn geval niet zo moeilijk, omdat de ove- 28 Archievenblad November 1999 f Archievenblad rige redactieleden allen goede schrijvers zijn. Mijn taak was niet meer dan het op elkaar afstemmen van hun bijdragen en zorgen voor een uniforme uitstraling. Omdat het enige moeite kostte collega's buiten de redactieraad in te schakelen voor het vullen van de site - er is immers nooit of weinig tijd - kozen we er voor om de schrijvende werkzaamheden zoveel mogelijk binnen de redactieraad te hou den. Uiteraard moet belangrijke informa tie altijd met de betreffende afdeling of persoon worden doorgesproken. Bouwen op stramien De technische afstemming gaf meer pro blemen. Mijn achtergrond als voormalig bibliothecaresse, weliswaar met al behoorlijk wat ervaring op het gebied van het Internet, was onvoldoende om direct zelf een homepage te kunnen bou wen. Aan de hand van het projectplan werden nu concreet de offertes bij ver schillende vormgevers en providers aan gevraagd. Ook de Gemeentebibliotheek Utrecht diende een zeer concurrerende offerte in. Mede door de daar bestaande bijzondere expertise op het gebied van de informatievoorziening en Internet ging de opdracht uiteindelijk naar hen toe. Bij de totstandkoming van de site was er veelvuldig overleg met de webmaster van de Gemeentebibliotheek. Het bleek moei lijk en tijdrovend om bestaande ideeën van de redactieraad aan een buitenstaan der over te dragen. Na veel overleg, en vele versies, bereikten we uiteindelijk toch overeenstemming. In de tussenlig gende tijd kon ik me proefondervindelijk bekwamen in het daadwerkelijk bouwen van diverse pagina's. Het stramien was gemaakt, nu kon ik zelfstandig verder. Foldermodel In het Utrechtse Internet Project Plan bleef het ambitieniveau vooralsnog vrij bescheiden. We kozen voor een uitge breid 'foldermodel'. In dit model bevat de website vooral die informatie die nodig is om het uiteindelijke bezoek aan een archiefdienst zo goed mogelijk voor te bereiden: gegevens zoals adres, openings tijden, de archieven en collecties in vogel vlucht, de belangrijkste diensten en facili teiten e.d. Wat er op het Internet moest komen, hing nauw samen met de vraag van wat we met de site wilden bereiken. Deze doelstellingen moesten op hun beurt een afgeleide zijn van de missie van Het Utrechts Archief. Zo wil Het Utrechts Archief zich onder andere richten op nieuwe gebruikersgroepen. Doel is om vooral jongeren meer bekend te maken met het fenomeen archieven. En aange zien jongeren over het algemeen zeer ver trouwd zijn met de nieuwe media zoals Internet, was de gang van Het Utrechts Archief naar het Internet een must. Leuk voor surfende jongeren Een van de eerste produkten op het Internet was dan ook een lespakket bestemd voor het nieuwe vak CKV1 in het middelbaar onderwijs. Samen met Het Catharijneconvent en het historisch bezoekerscentrum RonDom werd een aantal digitale lespakketten ontwikkeld rondom het Utrechtse Domplein. De Internetinformatie vormde een aanvulling op CD-Dom, een cd-rom over de bouwge schiedenis van het Domplein. Eén van de kanunniken van de Dom, Evert Zouden- balch, stichtte in 1491 het St. Elisabeths- gasthuis, het eerste weeshuis van Nederland. Onze bijdrage aan dit project bestond uit een reconstructie van het aangrijpende levensverhaal van één van de bewoners van dit weeshuis, Leendert Stuuroort, die in 1735 in het huis terecht kwam. Aan de hand van gescande docu menten en bijbehorende opdrachten wordt in de rubriek onderwijs het verhaal verteld van dit 'ellendige weeskynd'. In de toekomst willen we meer lespakketten in deze rubriek onderwijs onderbrengen. Om surfende jongeren te prikkelen plaat sten we ook een aparte rubriek 'leuk' op onze website. Niet te veel zware kost, maar over het algemeen makkelijk toe gankelijke informatie over de Utrechtse historie. Overigens is deze rubriek ook beslist de moeite waard voor de wat oudere bezoekers. Een andere doelstelling van Het Utrechts Archief is het vergroten van de bereik baarheid voor de bezoekers. Ook daar leent het Internet zich heel goed voor. Immers de Internetbezoeker is niet ge bonden aan openings- en sluitingstijden. Van belang is natuurlijk wel dat we hen ook wat kunnen bieden. Natuurlijk zou het mooi zijn om rechtstreeks via November 1999 Archievenblad 29 Door Sigrid Krijger-de Grave, c a a '3 a De Domtoren en het Domplein in de twintigste eeuw: nog steeds gewijde grond De Domkerk nadat een werelwind het middeschip heeft verwoest

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1999 | | pagina 14