24 Copyright 23 FIAT/IFTA en Europese Projecten Veschillende Europese leden van FIAT/ IFTA zijn betrokken bij researchprojec- ten binnen o.a. Esprit, het programma voor Research en Informatietechnology van de Europese Commissie. De Fede ratie dient als podium waarop dergelijke projecten door de leden kunnen worden geïnitieerd, gepresenteerd en geëvalu eerd. Een van de projecten, Euromedia (HYPERLINK http://www.foyer.de/ euromedia www.foyer.de/euromedia) bevindt zich momenteel in de afron dingsfase. Aan dit project is vier jaar lang gewerkt door de archieven van Südwestrundfunk (SWR), de Ostenrei- chische Rundfunk (ORF), de BBC, de Zweedse Televisie (SVT) en een aantal industriële partners. Het project omvat de ontwikkeling van een indexeersys teem voor video, dat automatisch infor matie uit shots weet te destilleren en deze samen met tekstuele annotaties omvormt tot een krachtig gestructu reerde, contentbased zoekstructuur. DIVAN is een onderzoeksproject waarin archieven uit Italië (RAI) en Frankrijk (INA) samenwerken. Ook hier staan contentbased zoekstructuren centraal maar dan vooral in combinatie met de ontwikkeling van 'high speed' netwerk functionaliteiten. Aan het project VICAR (Video Indexing Annotatie Classifiation dat 'intelligente' appli caties voor het automatisch indexeren van beeldmateriaal ontwikkkelt, wordt gewerkt door de het NAA, SVT, ORF en SWR in samenwerking met de Am sterdamse Vrije Universiteit en enkele technische partners, waaronder Sentient Machine Research in Amsterdam. Popeye is een project dat valt onder de Language Engineering Sector van het Telematics Application Programmme van de EC. Men onderzoekt hier in hoe verre ondertitels van av-produkties ge schikt zijn om automatisch te kunnen worden geïndexeerd en aldus te fun geren als catalogiseringstool. Aan dit project wordt gewerkt door de TROS, de BRTN, de BBC, TNO en enkele universitaire en technische partners. een enorme omvang en complexiteit. Om complete chaos te voorkomen zal de explosie aan digitale multimedia beheersbaar moeten worden gemaakt. Met behulp van technieken om media- objecten gestandaardiseerd op te kun nen slaan, te verzenden en vooral: weer terug te kunnen vinden. Het waarbor gen van de integriteit en authenticiteit van de digitale data vereist een water dichte informatiestructuur. Een door dachte vorm van contentmanagement is hiervan een belangrijk onderdeel. Inmiddels is het bijna alle betrokkenen duidelijk dat digitale produktie en archivering al lang niet meer alleen technologische problemen oproept. Het gaat hier vooral om complexe do- cumentatievraagstukken. De traditio nele skills van het audiovisuele archief kunnen hierbij goed van pas komen. De roep om standaardisatie vestigt als vanzelf de aandacht op de ervaring en knowhow van het archief waar het gaat om de beheersing van grote, complexe hoeveelheden data. Ordenen, uniformeren en converteren van informatie rondom tekst, beeld en geluid (multimedia!) doen audiovisuele archieven immers al minstens een halve eeuw. Dat de informatie tegen woordig grotendeels bestaat uit nullen en enen vormt geen wezenlijk verschil. Het lijkt logisch om het archief nauw te betrekken bij het opzetten en onder houden van organisatie-brede syste men voor de produktie en archivering van digitaal programmamateriaal èn bij het scheppen van de randvoorwaar den voor de uitvoering van dergelijke processen. Dit inzicht wint terrein, zo werd in Florence duidelijk. De FIAT/ IFTA-conferentie kan worden gezien als een geslaagde poging om helder heid te krijgen over de rol die audiovi suele archieven willen, kunnen en moeten spelen in digitaliserings processen binnen hun organisatie. Standaards versus chaos Een samenvatting van de inhoud van de hele conferentie zou kunnen zijn: 'standaards versus chaos', in feite de titel van maar één van de sessies. Hoofdonderwerpen waren: organisatie vraagstukken rond de positie van het archief, het ontwikkelen van techni sche en inhoudelijke standaards voor digitale multimedia en nieuwe manie ren van gebruik en verspreiding van (digitaal) archiefmateriaal. In verschillende bijdragen kwamen de positie en toegemeten rol en ruimte van het archief in de organisatie naar voren als cruciale factor voor het effec tief opzetten van digitale workflow- processen. Het Nederlands Audiovi sueel Archief (NAA), het video-archief van NASA en het Teve-arkivet van de Zweedse SVT, vertegenwoordigden hierbij respectievelijk een nationaal archief, een institutioneel archief en een omroeparchief. Met case-studies werd geïllustreerd hoe en waarom het belangrijk het is dat het archief zich in een zo vroeg mogelijk stadium een plaats verwerft in de ontwikkeling van digital workflow, en hier mede vorm aangeeft, voordat een dergelijk project geheel door politiek-organisatorische motieven en/of IT standaards wordt bepaald. Herstructurering binnen de BBC heeft in het recente verleden al geleid tot de vorming van een afdeling Information Archives, gebaseerd op een coherente structuur van Library Services, ingedeeld naar soorten ar chiefdienstverlening. Deze organisatie vorm creëerde ondermeer een 'cross product' opzet van alle IT-systemen in de organisatie. Paul Fiander, hoofd I&A, noemde als een van de grootste voordelen dat digitalizering van cata logi en collecties zo op de meest ge coördineerde en dus efficiënte manier kan verlopen. Metadata Technische en inhoudelijke standaards voor het encoderen, benoemen en be waren van digitale informatie kwamen terug in de papers van diverse spre kers. Een van hen ging uitgebreid in op kwaliteitsaspecten van datacom pressie in het licht van toegankelijk heid en flexibiliteit, maar behandelde ook het nog niet opgeloste probleem van de duurzaamheid van digitale dragers, een archiefissue bij uitstek. Hierbij kwam ook de inhoud van het rapport ter sprake, dat de strategische richting van (technische) standaards aangeeft en voorziet in een metadata- dictionary. Dit 'woordenboek' bevat richtlijnen voor het gestandaardiseerd labelen van digitale objecten, in het licht van de globalisering van informa tie van groot belang. De verzamelde audiovisuele archiefgemeenschap werd opgeroepen zich te gaan buigen over de uitwerking van de descriptieve metadata, een van de meer inhoudelij ke categorieën. Een dergelijk appèl werd ook gedaan door de vertegenwoordiger van de Franse Institut National d'Audiovisuel (INA). Ook binnen dit gremium wordt naarstig gewerkt aan het standaardise ren van de zoekmogelijkheden in digi tale bestanden. Binnen de zgn. Des cription Definition Language introdu ceert men hier het begrip 'ontologie', een verzameling intelligente concept definities gebaseerd op zowel eigen schappen van, als relaties tussen digi tale objecten. De Ransen willen in september 2001 een internationale standaard lanceren en liet in Florence alvast een 'call for proposals' uitgaan. Aan weer een ander concept voor de ontsluiting van digitale produkties wordt gewerkt door de Internationale Federatie van Filmproducers (FIAFP). Het gaat hier om het zgn. ISAN (In ternationaal Standaard Audiovisueel Nummer) dat bestaat uit 14 - voor met name filmprodukties - karakteris tieke ingangen. Het concept is primair ontwikkeld vanuit de producerskant, identificeert de (gehele) productie maar laat het distributiekanaal (herkomst, bron) buiten beschouwing. De stan daards zouden eind 1999 'operationeel' moeten zijn. Gebruiksmogelijkheden Nieuwe digitale gebruiksmogelijkhe den van materiaal afkomstig uit archieven werden gepresenteerd door organisaties uit met name Duitsland, Nederland en Italië. Het Life Long Learning project (L3) start in 1999 en heeft als doel een technische en orga nisatorische infrastructuur te creëren die de distributie van educatief multi media materiaal uit archieven mogelijk maakt. De demonstratie van Edwin van Huis, directeur van het Neder lands Audiovisueel Archief, leek hier haast naadloos bij aan te sluiten, zij het dat in Nederland de vanuit de over heid geplande aanleg van het zoge naamde Edunet (een netwerk tussen scholen) minder vlot verloopt. Aan het archiefmateriaal en de software zal het in ieder geval niet liggen. 'NAA in de klas' bleek een creatieve en nuttige applicatie die zowel leerlingen als lera ren in het voortgezet onderwijs in staat stelt hun persoonlijke multimedia-dos siers te componeren door een online verbinding met de gedigitaliseerde catalogi en collecties van het NAA. Kansen Weer een andere manier om archiefma teriaal te distribueren toonde RAI met zijn 'Fast en Master Video Library'. Materiaal uit de indrukwekkende RAI archieven wordt hierbij beschikbaar gesteld via Intranet en Internet, waarbij de kwa liteit van de ge digitaliseerde Radiotfxevisionf. Italian* beelden precies dirry.ione audiovidkoteche wordt afgestemd JvinFnrECA op het verwachte soort gebruik. Ton van Mil, manager van NOB Interactive dat samen met KPN en Surfnet verantwoordelijk is voor het ex periment Snelnet in Amsterdam, ging in op hergebruik van archiefmateriaal met behulp van nieuwe Internet technologie. De Snelnet toepas sing (via een Asymetric Digi tal Subscriber Line) is moge lijk in business - to- business applicaties en in voorzieningen die direct zijn bedoeld voor het algemene publiek. NOB Interactive en het NAA werken samen bij de selectie van mate riaal voor dit experiment. Een dergelij ke toepassing schept nieuwe kansen voor de archiefwereld, waar het gaat om het aanbieden c.q. 'uitgeven' van beelden en programma's en het leren managen van de multimediacontent. Tenslotte bood de conferentie ook wat zicht op een van de meest lastige onderwerpen rond archieven en hun materiaal: de commerciële aspecten, oftewel het rechtenprobleem. Waren copyright en tarieven in de audiovisu ele archiefwereld altijd al een hot issue, in het digitale tijdperk zal het vraag stuk in complexiteit en variëteit alleen nog maar toenemen. Nieuwe, automa tische indexeersystemen zoals Excali- bur - waar onder andere ook de nieuwe multimediacatalogus van de RAI gebruik van maakt denken een deel van het probleem op te lossen door de gebruiker een interface-faciliteit te bieden die direct en actief attendeert op de rechtensituatie rond een shot of programma. De Oostenrijkse ORF demonstreerde het model van een speciaal ontwikkelde 'rechtendatabase'. Materiaal dat snel moet worden ver werkt, wordt hieruit niet op inhoude lijke gronden geselecteerd, maar louter gekozen op basis van directe of minder directe beschikbaarheid, oftewel het 'rechtenvrij' zijn. Het in Florence gepresenteerde Octalisproject, ook al te zien op de IBC, onderzoekt het toe voegen van een onzichtbaar en onver- wijderbaar 'watermerk' aan digitale beelden, zodat bron en herkomst te allen tijde traceerbaar blijven. Meedenken De groep deelnemers aan de FIAT/ IFTA conferentie was in Florence groter en gevarieerder dan ooit. Samen met de imposante organisatorische opzet èn de duidelijke teneur van de programmabijdragen mag dit wijzen _J g ARCHIVIO STORICO 1 102/10 DECEMBER 1998

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1998 | | pagina 13