Niemand heeft de ultieme oplossing Buren m Het is moeilijker de regering te overtuigen om de oudere documenten te fotograferendan ze te overtuigen om iets aan de digitale bestanden te doen Door Elio Pelzers 14 13 IJstands' rijksarchivaris over archieven en informatietechnologie Directeur Olafur Asgeirsson van de IJslandse Rijksarchiefdienst is zeer ingenomen met het centrale archiefbestuur in zijn land en de vooruitziende blik van de wetgever. In hoeverre dit hem helpt bij het oplossen van het vraagstuk van de informatisering waarmee zijn dienst wordt geconfronteerd, is nog maar de vraag. Ook Asgeirsson beseft dat hij de ultieme oplossing niet in huis heeft. "We moeten accepteren dat veel gegevens verloren (zullen) gaan." IJsland is drie keer zo groot als Nederland, maar er wonen slechts 260.000 IJslanders in een land dat voor bijna vier vijfde deel onbewoonbaar is. Je kunt er uren door arctische woestijnen en over vulkanische spoelzandvlakten rijden zonder een sterveling tegen te komen. Alleen de stilte. Soms komt er een auto voorbijgereden en er is een grote kans dat één van de inzittenden op dat moment een mobiele telefoon gebruikt. Communicatie en informatie zijn centrale begrip pen in het moderne IJsland. Het IJslandse archiefwezen speelt daar een deuntje in mee. Sterk gecentraliseerd De Rijksarchiefdienst van IJsland beschikt over vergaande ambtelijke bevoegdheden op het gebied van archiefbeheer van de centrale overheid én de lokale overheden (zie Od 1996, 51/54). De districtsarchieven, waaraan gemeenten en plaatselijke gemeenschappen hun archieven overdragen, staan onder supervisie van de Rijksarchiefdienst. Ook heeft de dienst grote invloed op de lopende administraties van alle overheidsinstellingen. Volgens Asgeirsson, die aan het hoofd staat van de voor Nederlandse begrippen sterk gecentrali seerde archieforganisatie, is het archiefwezen uit een dal omhoog geklommen: "Na een stagnatie van zo'n vijftig a zestig jaar zagen we ons geplaatst voor de enorme uitdaging Enkele gegevens over de IJslandse Rijksarchiefdienst Thjódskjalosafn /stands) Oprichting: J882 Actieradius: centrale en lokale (semi-)overheidsorganen Vestiging: Reykjavik Omvang archieven; 32 km1 Depotruimte: 50 km1 Aantal medewerkers: 22 Aantal bezoeken: circa 6300 per jaar Eerste archiefwet: 1915 Meest recente archiefwet: 1985 Oudste stuk: een inventaris van de kerk van Reykhoit circa 1180 Bijzonderheden: alie IJslandse ■documenten van voor 1570 zijn gedrukt. om er weer bovenop te komen en ons aan te passen aan moderne tijden". In twaalf jaar kwam er 20 km' archief bij. De archiefachterstand van sommige overheidsinstellingen was opgelopen tot bescheiden uit 18e en 19e eeuw. De gebrekkige eigen huisvesting bleek één van de belangrijkste problemen die het rijksarchief op zijn weg vond. De renova- Directeur van de IJslandse Rijksarchiefdienst, Olafur Asgeirsson tie is thans in volle gang. Een andere cruciale kwestie die Asgeirsson noemt, is de conservering en toegankelijkheid van digitale archieven: "That's one of the biggest problems." Regering wil wel Omstreeks 1950 gebruikten ze in IJsland voor het eerst IBM-ponskaartsystemen; de eerste door computers geprodu ceerde bestanden dateren van rond 1965. Ook nu beheert het rijksarchief nog geen omvangrijke digitale archieven, maar de komst daarvan is slechts een kwestie van tijd. Wel zegt Asgeirsson dat sommige bedrijfsarchieven in het rijksarchief enige digitale gegevens bevatten. "Het publiek kan de geacquireerde computerbestanden waarschijnlijk niet raadplegen in de studiezaal. Dat komt niet door het oude IJslandse Rijksarchiefdienst: na renovatie plaats voor 20 km extra archief. probleem van verschillende types computer. Het betreffende computercentrum gebruikte een grote mainframe, waarbij ze het besturingssysteem wel drie keer per jaar veranderden." Het zoeken naar oplossingen voor het conserveren en toegankelijk maken van digitale bestanden is in IJsland al een tijdje aan de gang; de Archiefwet van 1985 strekt zich ook uit tot de digitale documenten. Een optie die uit internationaal overleg, onder meer met de Scandinavische landen, in het begin van de jaren negentig naar voren kwam, is het standaardiseren van de informatiedragers. Asgeirsson erkent dat dit idee nu ruim achterhaald is: "Dat lukt ons niet. Het zou de mooiste oplossing zijn geweest". Tot voor kort was het uitdraaien van digitale gegevens op papier eigenlijk het enige antwoord dat men had. Asgeirsson onderkent de bezwaren die hier aan kleven. De authenticiteit is niet altijd gegarandeerd. "De databases en dergelijke van bijvoorbeeld het Bureau voor Statistiek, het ministerie van Financiën en grote banken kunnen niet op papier worden uitgedraaid". Inmiddels is, vooral door de automatiseringsex plosie bij de overheid, het besef gegroeid dat er afzonderlijke regels voor het beheer van computerbestanden nodig zijn. Recentelijk vond er overleg plaats tussen Asgeirsson, vertegenwoordigers van de regering en het ministerie van Onderwijs over de overbrenging van semi-statische archieven en het beheer van lopende bestanden. Hij is erg optimistisch over de mogelijkheid om de bestuurders en politici te over tuigen van de noodzaak om iets te doen aan het probleem van het bewaren van digitale archieven: "Dit land beleeft een technologische rage. Iedereen interesseert zich voor techno logie en koopt de modernste computers. Iedereen weet overal alles vanaf. Het is moeilijker de regering te overtuigen om de oudere documenten te fotograferen, dan ze te over tuigen om iets aan de digitale bestanden te doen. Ze gebrui ken zelf de computer en willen dat hun eigen gegevens bijna volledig bewaard blijven." De betrokken partijen proberen het probleem op diverse manieren aan te pakken. Binnen kort zijn de eerste voorstellen klaar. "We zoeken uit of de overdracht volgens zekere standaarden kan verlopen. We willen daar regels voor opstellen. Misschien kunnen de gegevens worden geconverteerd naar een systeem dat toe gankelijk is voor de gebruiker. Ik weet niet of dat mogelijk is. Het is handig als de rijksadministratie hetzelfde systeem zou gebruiken, dan kunnen we computers met elkaar ver binden." Asgeirsson verwerpt het idee dat digitale archieven apart bewaard zouden moeten worden, buiten de Rijksar chiefdienst bij andere instellingen. "Degenen die dat beden ken zijn buitenstaanders en ze weten waarschijnlijk niet hoe archieven in elkaar steken." De rijksarchivaris gaat een stap verder. Hij wil eerder greep krijgen op de digitale archief vorming bij de overheid. "Het is geen goed idee dat instel lingen pas na dertig jaar (de wettelijke overbrengingstermijn van archiefbescheiden) hun digitale archieven moeten over brengen. Het beheren van papieren bescheiden gedurende die tijd lukt ze min of meer wel. Maar het beheren en be waren van digitale bestanden gebeurt op vele verschillende manieren." Asgeirsson vindt dat het overdragen van com puterbestanden beter al na vijf of tien jaar kan plaats vinden. De rijksarchivaris, die dit als één van de mogelijke oplossingen voor het probleem van de digitale duurzaamheid ziet, is er van overtuigd dat het vervroegen van de overbren gingsverplichting een goed beheer van digitale archieven be vordert. Asgeirsson gelooft niet dat iemand de ultieme op lossing heeft. "We hebben met bijna iedereen contact ge zocht. Het is mij het beste bevallen om hierover met degenen te praten die over het geld en de technologie beschikken, de Amerikanen, maar die hebben precies hetzelfde probleem. Ze bewaren een hoop tapes, maar ze weten niet wat ze ermee aan moeten." Vol gens de IJslandse rijksarchivaris moeten we eenvoudigweg accepteren dat veel gegevens verloren zullen gaan. Grote databank van de natie De IJslandse regering wil het gebruik van informatietechno logie op de scholen sterk stimuleren. Het buitengewoon ambitieuze beleidsplan van het ministerie van Onderwijs en Cultuur over 1996/1999 legt onder meer de nadruk op het trainen van studenten en leraren in het gebruik van informa tietechnologie en het opsporen en beoordelen van informatie. Verder zijn er enkele kernscholen voor informatietechnologie aangewezen. Deze scholen dienen als een soort ICT-labora- toriums waar leerlingen gespecialiseerde kennis en ervaring in het gebruik van informatietechnologie opdoen. IJslandse scholen zijn in vergelijking met scholen in de buurlanden vaker aangesloten op computernetwerken. Welke rol speelt de Rijksarchiefdienst hierbij? "We spelen geen prominente rol in de ontwikkeling van deze plannen", geeft Asgeirsson 102/8 oktober 1998

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1998 | | pagina 8