Jacob Haafner
3 r 1
Kleding in Nederland
1813-1920
De werken van Jacob Haafner, deel 3,
Jannie Poelstra, Rondwandeling 1898.
42
Van aver tot aver. Gids voor genealogisch onderzoek in de provincie Utrecht.
Kitty de Leeuw, Kleding in Nederland 1813-1920 van een traditioneel bepaald kleedpa
troon naar een begin van modern kleedgedrag. Verloren, Hilversum, isbn 90-6650-407-9; 536 p.fl. 59,=
van een traditioneel bepaald
kleedpatroon naar een begin van
modern kleedgedrag
43
bezorgd door Jaap de Moor en Paid van der Velde. Walburgpers,
Zutphen, 1997, ISBN 90.6011-994-0, 479p.fl. 89,50
Dit derde deel van de Werken van Jacob Haafner bevat twee
reisverslagen. Het eerste, getiteld Reize in eenen Palaquin
(draagstoel), gaat over de reis langs de oostkust van India in
1786. Haafner was als handelaar op een zakenreis naar India,
maar wilde ook oude monumenten bekijken en van het
landschap genieten. Haafner beleefde tijdens zijn reis allerlei
avonturen zoals een val in een ravijn en een slangenbeet van
een giftige slang. Een Indiase danseres redt zijn leven. Na
een hartstochtelijk liefdesavontuur tussen de danseres en
Haafner, overlijdt zij plotseling. Na haar dood reist Jacob
Haafner, inmiddels 33 jaar oud, terug naar Amsterdam.
Deze Reize in eenen Palaquin wordt beschouwd als Haafners
mooiste werk. De terugreis naar Europa in 1787 staat
beschreven in Reize naar Bengalen en terugreize naar Europa. De
heruitgave van Haafners werken wordt voorafgegaan door
een inleiding over zijn denkbeelden. Hij stond kritisch
tegenover de handelswijze van Europeanen in Azië en over
het Europese koloniale bestuur. In dit deel is een beknopte
annotatie toegevoegd over personen, plaatsen en gebeurte
nissen die in de tekst genoemd worden. Achterin is een
woordenlijst opgenomen. De achttiende-eeuwse reisverhalen
van Jacob Haafner gelden nog steeds als waardevolle
cultuurhistorische bronnen.
Vrouwen aan bet Spaarne. Haarlem Comité 1998, 16 p.
fl. 3,00
Als voorproefje op haar boek Vrouwen aan het Spaarne. Op zoek
naar nieuwe wegen, dat half september 1998 zal verschijnen,
schreef Jannie Poelstra een rondwandeling door Haarlem.
Deze rondleiding door de stad is een kennismaking met
organisaties, arbeid en het onderwijs van Haarlemse vrou
wen en meisjes in 1898. In dat jaar vond de nationale
tentoonstelling voor vrouwenarbeid plaats en op congressen
werden vrouwenzaken als meisjesonderwijs, moederschap,
dienstboden en ziekenverpleging besproken. De rondwande
ling leidt ons vanaf het station langs adressen van vrouwen
uit de vrouwenbeweging, ziekenhuizen, meisjesscholen,
winkels, naaiateliers, een bordeel en een aantal hofjes. De
brochure is geïllustreerd met foto's en verkrijgbaar bij de
Archiefdienst voor Kennemerland te Haarlem.
De werken va n
bezorgd doorj, A. de Moor en P. O. E. I.J van der Velde
Het Utrechts Archief en de Stichting Stichtse Geschiedenis 1998, ISBN 90-76366-02-0; 55 p.fl. 9,95.
In een aantrekkelijk uitziende gids wordt onderzoekers naar
hun familie een helder geschreven handleiding aangeboden
voor een lage prijs. Van 'aver tot aver' betekent van ouder
op ouder. Van generatie op generatie worden vaak anek
dotes doorgegeven, die later door onderzoekers in de
archieven nagetrokken kunnen worden. De gids legt
beknopt uit wat genealogie is en bevat tips, waarschuwin
gen en uitleg hoe het onderzoek gestart moet worden. Kort
en duidelijk worden de primaire bronnen (Registers
Burgerlijke Stand, bevolkingsregister, persoonskaarten,
volkstellingsregisters, memories van successie, DTB-
registers) voor het genealogisch onderzoek aangegeven. Ook
enkele andere bronnen, zoals de notariële - en oud-rechter
lijke archieven komen aan bot. Bij elk onderwerp is een
literatuurlijst opgenomen. Heel aardig is de verwerking van
de geschiedenis van één Utrechtse familie door de hele gids
heen. Telkens wordt van deze familie een voorbeeld van een
akte getoond en portretten afgebeeld. De gids biedt geen
informatie over andere archieven met gegevens over fa
milies en personen (bijvoorbeeld gevangenisarchieven, mo
dern rechterlijke archieven, kadaster, atlas, register civique.)
Ook geeft hij geen informatie over genealogie via Internet of
ma's. De gids is zeer geschikt voor de beginnende genealoog,
Gids voor genealogisch onderzoek
in de provincie Utrecht
'erking van genealogische gegevens met computerprogram
als deze buiten de provincie Utrecht onderzoek wil doen.
Deze studie over kleedgedrag in Nederland is verdeeld in drie
perioden: 1813-1850, (een standenmaatschappij) 1850-1880 (de
Nederlandse samenleving aan het begin van dynamisering: de
uitvinding van de naaimachine) en 1880-1920 (de modernisering in
Nederland: de opkomst van de confectiekleding). In elk hoofdstuk
komt het dagelijks leven, de productie en distributie van kleding, de
mentaliteit ten aanzien van kleding en uiterlijk, het onderscheid in
kleedgedrag en zorg voor het uiterlijk tussen de sociale lagen, de
seksen, volwassenen en kinderen en stad en platteland aan de orde.
Het tweede deel bevat een dwardoorsnede van de ontwikkelingen
op lange termijn. Een lijst van geraadpleegde bronnen en literatuur
en een verklarende woordenlijst zijn in het boek opgenomen. Voor
het onderzoek raadpleegde De Leeuw damesbladen, modebladen,
eti-quetteboeken, advertenties en artikelen in kranten, kledingvoor
schriften, dagboeken, romans, prenten en foto's in de collecties van
de Economische Historische bibliotheek in Amsterdam (de Van De-
venter-collectie) de bibliotheek van het voormalig Kostuummuseum
in het Gemeentemuseum Den Haag en van het Openluchtmuseum
in Arnhem, de collectie mode en kleding in het Nederlands Textiel
museum te Tilburg en de collectie van de afdeling Volkskunde van
het P.J. Meertensinstituut in Amsterdam. Dit uiterst degelijk werk
over veranderingen in het dagelijks leven en het kleedgedrag van
Nederlanders bevat helaas weinig illustraties. Hopelijk staan er in
het tweede deel (1920-1990) meer afbeeldingen. Het boek kan niet
gebruikt worden voor het dateren van prenten en foto's aan de hand
van de afgebeelde kleding. Hiervoor is Tirions kostuumgids, westerse kledingstijlen van de vroege middeleeuwen tot heden van Marian
Conrads en Gerda Zwartjes het meest geschikt (ISBN 90-5121-089-2).
102/7 september 1998