Welcome to the
Campaign for Freedom of
Information
Het enige wapenfeit van de vorige conservatieve
regering bestond uit de vaststelling van een Code of
Practice on Access to Government Information.
Deze Code bezit geen kracht van wet, gaat uit van
het principe dat alles geheim is, en geeft aan
wanneer informatie verschaft mag worden
8
9
en regelmatig geactualiseerd worden. Iedere burger, elk
bedrijf krijgt het recht informatie op te vragen. Er wordt
geen onderscheid gemaakt tussen gewone informatie of
archiefdossiers frecordshetzelfde geldt voor de vorm waarin
deze informatie opgeslagen ligt. De verzoeker hoeft geen
belang aan te tonen. Wel moet het verzoek om informatie de
openbare functies van het overheidsorgaan betreffen. Politici
en bedrijven met een wettelijke taak hebben vaak naast hun
officiële dossiers ook dossiers over hun kiesdistrict en overige
commerciële activiteiten; deze dossiers vallen niet onder de
wet en worden beschouwd als privé-archief. De Nederlandse
WOB kent een onderscheid tussen openbaarheid 'uit eigen
beweging' en 'op verzoek'. Ook in deze White Paper wordt
een soortgelijk onderscheid gemaakt. Er komt een verplich
ting voor Engelse overheden om een pro-actief informatie
beleid te gaan voeren, ook al om te voorkomen dat er niets
wordt vrijgegeven totdat iemand er specifiek om heeft
gevraagd.
Ultieme test
Een wetsvoorstel over openbaarheid kun je nog zo bloemrijk
aanprijzen met termen als 'volwassen democratie', de uit
zonderingsregels bepalen altijd of hij ook werkelijk meer
openbaarheid biedt. Nu lijkt dat in het Verenigd Koninkrijk
niet zo'n groot probleem, alleen al vanwege het feit dat er
geheim is, en geeft aan wanneer informatie verschaft mag
worden. De vele uitzonderingen waarin dit niet hoeft, met
bovendien ingewikkelde afwegingsprocessen, deed de
regering-Blair besluiten om deze Code terzijde te laten en van
een eigen concept uit te
gaan. Deze regering gaat
uit van openbaarheid. De
ultieme test om iets
openbaar te maken moet
afhangen van de beoorde
ling welke schade (substan
tial harm) de openbaarmak
ing kan aanrichten en van
de behoefte het 'publieke
belang' (public interestte
beschermen. Om aan te
geven waar die schade zich
met name zou kunnen
voordoen wees men zeven deelgebieden aan. Deze lijken op
de uitzonderingen in onze WOB (zie artikel 10 WOB):
nationale veiligheid, defensie en buitenlandse betrekkin
gen;
ordehandhaving (opsporing en vervolging van strafbare
feiten);
bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
vertrouwelijke bedrijfsgegevens;
veiligheid en gezondheid van een individu, het publiek in
het algemeen en het milieu;
de integriteit van het besluitvormingsproces bij de
regering (te vergelijken met onze "persoonlijke beleids
opvattingen" en het "interne beraad", artikel 11 WOB).
De bescherming van het publieke belang wordt onder meer
bepaald door bij de beslissing om informatie vrij te geven te
kijken naar de Europese regelgeving (zoals bijvoorbeeld
artikel 8 Europese Verdrag over de Rechten van de Mens) en
overige Britse wetgeving (zoals bijvoorbeeld de Official Secrets
Act).
De overheidsorganen die onder de nieuwe FOIA vallen,
mogen de burger voor een verzoek om informatie een bedrag
in rekening brengen, maximaal 10 pond. Een beroep op een
weigering blijft gratis.
tot nu toe behalve in de Public Records Act geen wetgeving op
dit gebied bestaat. Het enige wapenfeit van de vorige
conservatieve regering bestond uit de vaststelling van een
Code of Practice on Access to Government Information. Deze Code
bezit geen kracht van wet, gaat uit van het principe dat alles
Beroepsmogelijkheid burgers
Om een onafhankelijke beroepsmogelijkheid bij een weige
ring te waarborgen wil de Britse regering een Information
Commissioner aanstellen. Nadat een weigering eerst nog een
keer intern bij de weigerende instantie is getoetst (een soort
bezwaarschriftprocedure) kan de burger bij deze Commissioner
in beroep. De Commissioner krijgt verregaande bevoegdheden;
zo kan hij geweigerde stukken toch (al dan niet gedeeltelijk)
openbaar maken, hij kan ambtenaren die bewust dossiers
hebben vernietigd of achtergehouden voor de rechter dagen
(er komt een strafartikel), hij moet jaarverslagen en rappor
ten over speciale onderwerpen aan het parlement zenden en
hij heeft het recht in geschillen over openbaarheid te be-
middelen. Een minister kan een beslissing van de Informa
tion Commissioner niet teniet doen. De Commissioner heeft al
een collega op het terrein van de privacy-bescherming, de
zogenaamde Data Protection Registrar. Openbaarheid en
bescherming van de persoonlijke levenssfeer zijn nauw aan
elkaar gelieerd. Beide functionarissen zullen, zo is de
bedoe-ling, nauw moeten samenwerken wanneer aange
brachte geschillen raakvlakken hebben met eikaars
werkgebied.
Openbaarheidsregiem archieven
En wat zegt de White Paper over de archieven? Archiefdos
siers worden na 30
jaar conform het
bepaalde in de
Engelse archiefwet
in principe open
baar. Jaarlijks reizen
dan ook vele
journalisten eind
december naar het
Public Record Office
in Kew bij Londen
om de vrij te geven
dossiers te bekijken.
Veel dossiers
worden overigens
dan nog achterge
houden en zijn nog
niet te raadplegen.
De regering-Blair
wil de openbaar-
Your Right to Know
The Government's proposals for a
Freedom of Information Act
Presented to Parliament by the
Chancellor of the Duchy of Lancaster
by Command of Her Majesty
December 1997
'Hi e
Stationery'
Offi ce
published by The Stationery Office as
ISBN 0 10 138182 4
£9.90 [sterling]
V/e welcome your comments on this site.
Prepared II December 1997
heidsregels van de
Public Records Act
verplaatsen naar de FOIA, zodat het openbaarheidsregiem
voor zowel registratuur als historisch archief in één wet (a
unified Act) zal komen. De 30-jaar regel wil zij intact laten
vanwege onder meer de internationale praktijk en de kosten
die een verkorting met zich mee zou brengen. Zij stelt
verder voor om een limiet van 100 jaar vast te stellen aan de
mogelijkheid om de openbaarheid te beperken.
Contents
Your right to know -
Your views on the White Paper
Chapters
Introduction
3. The right to know and the public interest
6. Public records
8. The way forward
A. Access rights under overseas FOI legislation
B. Response times tQ FQI access request?
D. Exemptions: the Code and overseas FQ1
E. Processing an FQI access appeal
welcome ynur comments on this site
Prepare/l 11 Deremher 1997
Beroepen op een
weigering stuk
ken ter beschik
king te stellen die
ouder dan 30
jaar, maar nog
niet openbaar
zijn, zullen ook
bij de Information
Commissioner
ingesteld kunnen
worden.
De regering-Blair
realiseert zich dat
er mooie open
baarheidsrege
lingen te maken
zijn, maar dat ze
geen enkel effect
zullen sorteren
wanneer het
archiefbeheer niet
op orde is. Ieder departement zal daarom met behulp
van het Public Record Office 'records management standards'
moeten ontwikkelen.
Europese consequenties
Met de komst van de Labour-regering lijkt er een
ommezwaai te komen in het straffe openbaarheidsbeleid
van haar voorgangers. Veel zal afhangen van de
uiteindelijke wettekst. De ommezwaai heeft ook voor
Nederland consequenties. Engeland was een van de
fervente tegenstanders van een openbaarheidswetgeving
voor de Europese instellingen. Nederland heeft hiervoor
tevergeefs gestreden bij de totstandkoming van het Verdrag
van Maastricht. De argumenten die de Nederlandse regering
toen naar voren bracht, lijken erg veel op die in de hier be
sproken White Paper. Wanneer nu ook nog de Bondsrepu
bliek Duitsland zich achter deze argumenten stelt, zou zo'n
Europese openbaarheidswet sneller te realiseren zijn dan
tot voor kort verwacht a
1 Cornelis Wiebes en Bert Zeeman, Belgium, The Netherlands and Alliances. 1940-1949, s.l., s.a. (1993); stelling 13 van C. Wiebes, 'Gezien de
houding van de opeenvolgende regeringen en de meerderheid van het Britse Parlement ten aanzien van de Official Secrets Act mag betwijfeld
worden of het Verenigd Koninkrijk een (moderne) democratie is'.
2 De tekst van deze White Paper is te vinden op internet via: http://www.open.gov.uk/m-of-g/folhome.htm en via http://www.national-
publishing.co.uk/uk/document/caboff/fol/fol.htm. Met dank aan prof. F.C.J. Ketelaar
102/3 APRIL 1998