Document
manager
schept orde in
informatie-chaos
Bur en-
Aan het kweken van een goede groeps
sfeer wordt veel aandacht besteed
28
GtC}
Hi
Door Margriet van Lith*)
"De informatie-manager zal een beetje de rol
krijgen van de goede boekhandelaarhet mana
gement van een bedrijf zal zich tot hem wenden
en hij stelt op verzoek precies dat boek samen
waar het management behoefte aan heeft"
29
adviseren over innovaties en kwaliteit van dienstverlening in
de digitale informatievoorziening en zorg te dragen voor
bescherming of beveiliging van informatie.
Daarom wordt aan vier aandachtsvelden in de opleiding
aandacht besteed: bestuurlijke informatievoorziening; toe
gankelijkheid van documenten met behulp van ontsluitings-
talen; beheer van documenten, zowel in fysieke als digitale
vorm; managen van een informatievoorzieningsafdeling en
het beheer en gebruik van de belangrijkste automatiserings
hulpmiddelen
Modulentrajecten
Deze aandachtsvelden zijn vertaald naar modulentrajecten:
bestuurlijke informatievoorziening (traject A), toegankelijk
heid documentaire gegevens (traject B), beheer documen
taire gegevens (traject C) en management, communicatie en
infrastructuur (traject D). Een student krijgt zijn prope
deusebul, wanneer hij/zij 42 studiepunten heeft behaald,
waarvan 10 in de trajecten A/C en 12 in D. (zie schema) Het
'au -
doojrntntcn
■- opslag
c,
Igrondjlagcn
C3
toegankelijkheid
over le brengen
ÏÏÜSi
technische i
post-propedeutische gedeelte van de studie beslaat 60
punten. Alle informatie over studielast, inhoud en toetsing
van een module en de te bestuderen literatuur vinden de
studenten in een moduleboek; zij krijgen aan het eind van
elke module een toets. De ene keer in de vorm van een
tentamen, de andere keer in de vorm van een werkstuk of
een ander soort opdracht. Omdat digitale informatievoor
ziening een belangrijke plaats in de opleiding inneemt, is het
van belang dat studenten bij opdrachten op dat gebied
gebruik kunnen maken van goede voorzieningen. Daarvoor
is dan ook een praktijklokaal ingericht. Voor de opdrachten
op de werkplek, worden de studenten in groepjes ingedeeld,
zodat de student die op zijn werk niet de beschikking heeft
over geavanceerde voorzieningen niet in het nadeel is.
Vooropleiding en groepssfeer
Als vooropleiding is, zoals voor elke h.b.o.-opleiding, havo,
vwo of mbo geëist. Wie het diploma SOD II heeft, wordt
eveneens toegelaten. Dat is namelijk een specialistische mbo-
opleiding. Studenten met SOD II krijgen voor vier modules
op propedeuseniveau een vrijstelling. Toch constateert Lutke
Schipholt dat de studenten van de HMDI een andere
achtergrond hebben dan de cursisten van de SOD- oplei
dingen. Van degenen die dit jaar aan de opleiding zijn
begonnen is maar de helft werkzaam in gemeenten. De
anderen zijn werkzaam bij bedrijven, stichtingen of andere
instellingen. De motivatie om aan de opleiding te beginnen
ligt bij sommigen in het feit dat men denkt beter in de
huidige functie te kunnen functioneren, bij anderen in de
mogelijkheid na deze opleiding een hogere functie te kunnen
krijgen. Van de studenten wordt dus verwacht dat ze een
baan hebben in de documentaire informatievoorziening,
want de opleiding is praktijkgericht. Voor wie dat niet heeft,
maar wel veel belangstelling en motivatie toont, lijkt het
Lutke Schipholt niet moeilijk een stageplaats te vinden.
Aan het kweken van een goede groepssfeer wordt veel
aandacht besteed. Studenten zullen dan na hun afstuderen
gemakkelijker contact met elkaar houden en een netwerk
vormen, hetgeen Lutke Schipholt van groot belang vindt.
Doceren vanuit de praktijk
Voor de vier vakgebieden, zoals die in de modulentrajecten
gestalte krijgen, zijn kerndocenten aangesteld. Zij hebben
grote vrijheid bij de vaststelling van de inhoud van de
leerstof, de vormgeving van de colleges en het aantrekken
van gastdocenten. Zij zijn verantwoordelijk voor de samen
stellingvan de modulenboeken. De meeste docenten kennen
hun vakken uit de praktijk, omdat ze er beroepsmatig mee
bezig zijn. Daarnaast hebben ze er veel over gelezen.
Wat maakt de HMDI als hogeschool zo bijzonder?
Volgens Lutke Schipholt is dat "de praktijkgerichtheid
en de flexibiliteit".
Informatie over de HMDI krijgt u bij de opleidingsmanager,
mw. drs. Betty Lutke Schipholt, Postbus 544, 3440 AM Woerden.
Tel. (0348) 42 99 13
Sinds kort kent de Erasmus Universiteit Rotterdam een nieuwe postdoctorale opleiding: Integraal Docu
ment Management. Bestemd voor academici die door hun beroep de weg moeten kennen in de grote
hoeveelheden informatie in bibliotheken, archieven, documentatieafdelingen, grote computerbestanden.
Zij moeten straks door de bomen het bos blijven zien. "Niet het vergaren van informatie, maar het filte
ren ervan wordt een van de belangrijkste taken van de 2 le eeuw."
Prof.dr.ir. H.J. Oppelland, hoogleraar Bestuurlijke informa
tievoorziening aan de Faculteit der Economische Weten
schappen van de EUR, is een van de drie drijvende krachten
achter de nieuwe opleiding Integraal Document Manage
ment, samen met maatschappijhistoricus dr. J.C. Visser en
de organisatiekundige dr. A.J.J.A. Maas. Een opleiding die
nu eens niet is ontstaan in de hoek van de computerfreaks
van informatica, maar bij de bibliotheek-
en archiefdeskundigen van maatschap
pijgeschiedenis. En volgens Oppelland
was dat ook heel nuttig. "Automati
sering is tot nu toe gedomineerd door
techneuten die vooral denken in cijfers,
en dat eigenlijk vooral in nullen en enen.
Orde scheppen in een informatiestroom
op basis van de inhoud van documenten
is een heel andere discipline. Ik moet
toegeven dat ik eerst nogal verrast was
dat de kunsthistorici met een dergelijk
initiatief kwamen aanzetten, maar nu ben ik erg enthousiast
over."
Pittige eenjarige cursus
De opbouw van de nieuwe postdoctorale opleiding is even
strak als simpel. Een kwart ervan bestaat uit het onderdeel
'Organisatie en Management': hoe zit de organisatie (het
bedrijf, de bibliotheek, het ministerie) in elkaar? Dan volgt
een deel 'Documentatie informatiekunde', waarin de
cursisten inzicht krijgen in de werking van archieven en
computernetwerken. De helft van de opleiding tenslotte
bestaat uit het onderdeel 'Integratie': wat is het doel van de
organisatie en hoe past de informatievoorziening daarin?
Belangrijk onderdeel van het laatste deel van de cursus is de
stage. Volgens initiatiefnemer Visser is die stage trouwens
niet alleen belangrijk voor de student, maar ook voor de
waarde van de opleiding zelf. "Toen we in de voorbereidings
fase ons licht gingen opsteken bij een aantal grote bedrijven,
bleek men daar zo enthousiast over het idee van de nieuwe
studie dat ons ook stageplaatsen werden aangeboden. Dat
hebben wij opgevat als een teken dat er echt sprake is van
een behoefte. We zijn dat ook blij met een directeur van een
organisatie-adviesbureau als stagebegeleider. Die mensen
komen overal en weten precies waar grote organisaties
behoefte aan hebben."
Licht is de opleiding niet: er is maar één dag per week
college en verder moet de cursist de discipline opbrengen om
zélf te studeren, opdrachten uit te werken en vaardigheden
te oefenen. Of de eenjarige cursus voldoende is, moet uit de
praktijk blijken. Zowel Visser als Oppelland vinden dat geen
schande. Het hele idee voor de opleiding is immers in de
praktijk ontstaan.
Verzoekboeken
Managers van bedrijven en instellingen die merken dat zij de
informatiestroom niet meer onder controle hebben, schake
len in eerste instantie een consultant in. Vaak blijkt dat die
100/10 DECEMBER 1997