Nieuws
if
'Een blik achter de tralies'
28
Voor archivarissen maar nu ook voor stu
denten: de F.J. Duparc-prijs
Gezocht: nieuxve naam voor Archeion en
ABS
29
Studiedag gevangeniswezen in de negentiende en
twintigste eeuw
Ter gelegenheid van de afronding van de inventarisatie van
gevangenisarchieven in Noord-Brabant organiseerde het
rijksarchief aldaar een studiedag. Aan het eind daarvan pre
senteerde de rijksarchivaris de 'Zoekwijzer' over gevangenissen.
Herman Franke en K. de Graaf vertellen in het kort over de
ontwikkeling van het gevangeniswezen en het leven in een
strafinrichting. Vóór 1850 was het de gewoonte gevangenen
gemeenschappelijk in één zaal op te sluiten, waar zij moesten
werken en slapen. De omstandigheden waren daar slecht:
het was vies en de gedetineerden kregen weinig en slecht
voedsel. Het sterftepercentage was hoog, 20%-30% van de
gevangenen overleed tijdens gevangenschap. Vanaf 1850
veranderde de situatie. In Nederland werden cellulaire
fit
1 Strafgevangenis Breda (1883) naar een
ontwerp van J.F. en WC. Metzelaar.
2 Een kap over het hoofd om onderling contact
te voorkomen (tweede helft 19e eeuw)
gevangenissen gebouwd en men
ging over tot eenzame opsluiting.
Zowel voor eten, werken als slapen
verbleven zij in hun cel. Alleen
voor het luchten of een bezoek aan
de gevangeniskerk verlieten zij die.
Zij kregen dan een kap over het
hoofd, zodat zij geen contact met elkaar zouden hebben. Na
1951 zien we een mengvorm voor opsluiting van gevange
nen: overdag gemeenschappelijk en 's nachts in hun eigen
cel. In 1977 werd de rechtspositie van gevangenen verbeterd
en het klachtrecht ingevoerd.
Na afloop van de ochtendsessie krijgen de deelnemers aan de
studiedag een rondleiding door het Huis van Bewaring in
Den Bosch, om kennis te nemen van het leven in een
strafinrichting in deze tijd. In dit Huis van Bewarening zijn
ruim tweehonderd gedetineerden gehuisvest. Meer dan 50%
van de gevangenen is verslaafd aan drugs. Naast de drugs
verslaafden vormen gevangenen met een psychische stoornis
een apart probleem. Gedrags
gestoorden zijn in een aparte
afdeling opgesloten, met in-
4 dividuele begeleiding en een
eigen programma. De overige
gevangenen moeten verplicht
één dagdeel, 's morgens of
's middags, werken. Van
12.00-13.00 uur eten zij in
hun eigen cel hun middag
maal. De gedetineerden heb
ben recht op één uur bezoek
op werkdagen (niet in het
weekend). Op drugsbezit
wordt gecontroleerd; één
maal per veertien dagen wor
den de cellen doorzocht en
bezit ervan wordt gestraft. In een benauwde bezoekersruim
te zijn speciale maatregelen getroffen om seksueel contact
tussen gevangene en bezoeker en het doorgeven van drugs
zoveel mogelijk te voorkomen. De strafinrichting maakt een
sombere indruk en de meeste deelnemers aan de rondlei
ding stappen opgelucht de buitenwereld weer in.
Teruggekomen in het rijksarchief toont de kunsthistoricus
C.J. van der Peet, verbonden aan het Bureau van de Rijks
bouwmeesters, aan de hand van dia's de ontwikkeling van de
gevangenisgebouwen. Nico Plomp pleit in zijn bijdrage over
genealogisch onderzoek in gevangenisarchieven voor het
toegankelijk maken van de bevolkingsregisters van de
gevangenissen. In het rijksarchief in Noord-Holland is men
hier dit jaar mee begonnen.
Willem Goelema besluit de middag met een boeiend verhaal
over de inrichtingen te Veenhuizen. Aanvankelijk geen
gevangenis, maar een instelling waar bedelaars, wezen en
arme gezinnen werden opgevangen en 'heropgevoed'. Aan
de hand van dia's toont hij de ontwikkeling van deze
instelling. Na de invoering in 1886 van het nieuwe wetboek
van strafrecht werd Veenhuizen een rijkswerkinrichting.
Sinds 1973 is het een strafgevangenis voor langgestraften. Er
bestaan plannen om Veenhuizen tot monument te verklaren.
In het archief van de rijkswerkinstelling, dat zich in het
Rijksarchief in Drenthe
bevindt, zijn 5000
identificatiebewijzen
met foto en vingeraf
drukken van gevan
genen uit 1896-1901
gevonden.
Aan het einde van deze
interessante studiedag
krijgen alle deelnemers
de Zoekwijzer 'gevan
genissen, gevangenis
archieven' uitgereikt.
Deze brochure voor
onderzoekers van ge
vangenisarchieven legt
in het kort uit welke
strafinstellingen er van 1811 tot nu zijn, hoe je in de archie
ven kunt zoeken en waar die te vinden zijn. De Zoekwijzer is
te koop bij alle rijksarchieven.
Annabelle Meddens-van Borselen
Herhaalde oproep
Eens in de drie jaar wordt de F.J. Duparc-prijs uitgeloofd.
Met deze prijs, groot f 2000,-, wordt de meest waardevolle
studie bekroond op het gebied van de archiefwetenschap of
het archiefrecht die in die drie jaar is vervaardigd. Tot dusver
kon je alleen meedoen als je in het bezit was van het diploma
archivistiek A of B, als je dat diploma tenminste niet langer
dan tien jaar geleden had behaald. Vanaf dit jaar kun je ook
meedoen als je studeert aan een opleiding die van de minis
ter de beroepskwalificatie van archivaris mag verlenen.
De voorwaarden die aan de inhoud van de werkstukken zijn
gesteld, zijn opzettelijk ruim gekozen. Elk onderwerp op het
gebied van de archiefwetenschappen en het archiefrecht
komt in principe in aanmerking. Niet alleen onuitgegeven
studies kunnen worden bekroond, maar ook studies die
gepubliceerd zijn binnen drie jaar vóór de afloop van de
inzendtermijn en werkstukken en scripties die in die periode
in het kader van een archiefopleiding zijn gemaakt.
De F.J. Duparc-prijs werd ingesteld in 1972. Aanleiding was
het afscheid van dr mr F.J. Duparc, een man met grote ver
diensten voor het archiefwezen, van het toenmalige Ministe
rie van CRM. In 1973 werd de prijs voor het eerst uitgeloof-
d. Sindsdien is hij slechts twee maal uitgereikt; eenmaal
kreeg een werkstuk een eervolle vermelding.
De jury bestaat uit drs F.J. Duparc, directeur van het Mau-
ritshuis en zoon van de naamgever van de prijs (voorzitter),
de algemene rijksarchivaris, de hoogleraar in de archief
wetenschap aan de Universiteit van Amsterdam, de directeur
van de Archiefschool (secretaris), en de hoofdredacteur van
het Archievenblad.
De jury roept eenieder op, één of meer werkstukken in te
zenden aan de secretaris van de jury, drs. T.H.P.M. Tho
massen, Archiefschool, Prins Willem Alexanderhof 28, 2595
BE Den Haag. Met hem kunt u ook contact opnemen als u
meer inlichtingen wilt of een exemplaar van het reglement
(tel. 070 347 55 02). Behalve eigen werk kunt u ook werk
van anderen (studenten, medewerkers, collega's enz.)
voordragen voor bekroning.
De inzendtermijn sluit op 1 november 1997.
Al enkele maanden werkt een speciale projectgroep aan de
bouw van een nieuw archiefbeheersysteem, dat gebruikt zal
gaan worden door een groot aantal archiefinstellingen in
binnen- en buitenland. Bij dit project zijn verschillende
instanties betrokken: de Rijksarchiefdienst, enkele grote
gemeentearchieven en een aantal gebruikersgroepen van
bestaande systemen. Mede namens de besturen van de
gebruikersgroep Archief Beheer Systeem (ABS) en de
Stichting Geautomatiseerde Aanpak van Archieven in het
Nederlandse taalgebied (St. GAAN), wil de projectgroep
gebruikers en andere geïnteresseerden informeren over de
stand van zaken van het project.
Een nieuw Archiefbeheersysteem
Op dit moment zijn in het Nederlandse archiefwezen twee
belangrijke archiefbeheersystemen in gebruik: ABS en
Archeion. Het eerstgenoemde systeem vooral bij gemeente
en streekarchieven, het tweede in hoofdzaak bij de rijksar
chieven en enkele andere grote instellingen. Bij de gebrui
kers van beide groepen bestond de behoefte om tot vernieu
wing van hun systemen te komen. ABS is aan onderhoud
toe, sterker nog, moet geheel herbouwd worden, omdat het
gebaseerd is op een verouderd database management
systeem.
Archeion is gebouwd met Oracle en heeft geen problemen
met de ondersteuning. Maar dit systeem zou gebruikers
vriendelijker kunnen worden door het in een Windows
omgeving onder te brengen.
Samenwerking
In maart 1997 vonden de eerste besprekingen voor samen
werking plaats tussen de initiatiefnemers: Rijksarchiefdienst,
KiKi-wtHimiifAvrl
100/7 SEPTEMBER 1997