RUIMTE PROBLEMEN? Ruimte- en arbeidstijdbesparende opbergsystemen en u kunt niet verhuizen Monta-Lift® Monta-Mobil® Monta-Shelf® BRUYNZEEL STORAGE SYSTEMS 27 1 ARCHIEF Bruynzeel Storage Systems betekent voor u: met ruim 45 jaar ervaring de meest ervaren archief- en bibliotheekinrichter deskundige en ruimtebesparende adviezen van onze medewerkers die voor u eerder probleemoplossers dan produkt-verkopers zijn een compleet pakket van archiefsystemen tot accessoires fabricage en montage onder GSF-keur en ISO 9001, uw waarborg voor kwaliteit en veiligheid korte levertijd en een uitstekende aftersales service Overtuig uzelf, bel (077) 306 90 00 of fax (077) 307 81 33 en vraag onze documentatie aan, of laat een van onze deskundi ge adviseurs u geheel vrijblijvend voorrekenen hoeveel u kunt besparen. 0 r A CONSTRUCTOR GROUP COMPANY Bruynzeel Storage Systems BV, Postbus 7118, 5980 AC Panningen Bij het inrichten van archieven is effectief gebruik van de ruimte één van de belangrijkste uitgangspunten. Verlaag de kosten van uw archief met Bruynzeel Storage Systems Samen met u analyseren onze specialisten uw archief. Daarna onderzoeken zij de mogelijkheden van de beschikbare ruimte en geven u het meest kosten- en ruimtebesparende advies. Statische opstelling Bruynzeel Storage Systems biedt de oplossing! De Monta®-archiefsystemen van Bruynzeel zijn een begrip voor efficiency en kwaliteit. Naast de klassieke archiefkasten Monta- Shelf® en Monta-Manager®, levert Bruynzeel ruimtebesparende Monta-Mobil® verrijdbare archieven en Monta-Lift® paternos ters. Met Monta-Mobil® kan de opnamecapaciteit van een archief zelfs verdubbelen, zodat voor dezelfde hoeveelheid te archiveren stukken de helft van de ruimte nodig is. De meerinvestering in Monta-Mobil® verdient zich hierdoor bin nen twee jaar terug. Monta-Mobil® verdubbelt uw opbergcapaciteit weerde dat het door hem geselecteerde bronnenmateriaal bruikbaar is in de onderbouw van de basisvorming. De kern vraag in deze hele discussie kwam neer op 'wat moet je nu feitelijk onder onderzoek verstaan?'. Meestal is de admini stratieve of archivistische context van bronnen voor leer lingen al onbegrijpelijk, laat staan de inhoud. Vaak moet informatie worden gesimplificeerd of zelfs geheel weggela ten, wellicht een vloek voor archivarissen en historici pur sang, maar een weldaad voor docent en leerling7. Enkele MAVO-docenten knikten instemmend: 'Interesse bij leer lingen voor bronnen? Geef mij die bronnen maar, ik maak er het verhaal wel bij. Om mijn lessen over de jaren vijftig aanschouwelijk te maken, heb ik mijn lokaal ooit ingericht als huiskamer. Tafels, gordijnen, potten en pannen, alles erop en eraan. Zelfs de fiets van mijn opa stond in het lokaal. Zo had ik de bronnen in huis. En ik maar vertellen'. Kortom, wetenschappelijke bronnenkritiek strookt zeker niet met het aanleren van vaardigheden zoals omschreven in de kerndoe len van de basisvorming. Dit alles hoeft niet op voorhand tot de conclusie te leiden dat samenwerking met het onderwijs slechts volgt uit een zeer intensieve voorbereiding. Dat toonde docente E. Koops uit Groningen aan, die in het plaatselijke gemeentearchief foto's selecteerde voor klasgebruik. Maar hiervoor had zij eerst de lesopzet gemaakt, pas daarna verzamelde zij samen met ar chiefmedewerkers bijpassend documentatiemateriaal. Toch nog wat didaktiek Een didaktiekconferentie gaat natuurlijk over Maar hoe gaat een historicus en/of archivaris nu met middelbare scholieren om? G. Trienekens, hoofddocent economische en sociale geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Utrecht, bracht tijdens zijn lezing naar voren dat de onderwijspraktijk niets met geschiedwetenschap van doen heeft. Aan de hand van talloze voorvallen, gebeurtenissen en verschijnselen toonde hij aan dat het er in de klas op aan komt processen en struc turen te verduidelijken aan de hand van concrete - liefst alle daagse - voorbeelden. Anderzijds, zo bezweerde hij, kunnen enkele concrete gevallen dienen om een groter verband bloot te leggen. Uiteindelijk gaat het altijd om mensen, hun ver halen en hun verleden, of om met de woorden van historicus P. Kooij te spreken: 'Burenruzies dragen elementen van een wereldoorlog in zich'8. Daarom is het voorstellingsvermogen een expliciete graadmeter voor succes in de klas. Dit alles leert ons dat de archivaris het verhaal van en achter de archiefstukken op een aansprekende manier naar voren moet brengen. En archivarissen hebben veel te vertellen vindt P. Kooij: 'Zelfs een bouwvergunning, het kadaster, huurcontracten en hypotheekakten bieden iets van een ver haal"7. Maar lang niet elk verhaal slaat bij docenten aan. Dat gebeurt pas wanneer gebruik gemaakt wordt van 'universele bronnen' zoals gemeenteverslagen en bevolkingsregisters. Geen enkele docent is namelijk bereid opnieuw het wiel uit te vinden"'. Hapklare brokken luidt dus het devies! Scholieren stoeien met de Bataafs-Franse tijd Noord-Brabant is klaar met de viering van zijn tweehon derdjarig bestaan, maar de scholieren van het voortgezet onderwijs -met geschiedenis als eindexamenvak- kunnen hun hartje nog ophalen. Op het eindexamenprogramma staat de eenwording van Nederland in de periode 1780-1830 centraal. Met behulp van de Brabantse Bronnenkrant. Noord- Brabant 1780-1830 in prenten en documenten staat het rijksarchief in Noord-Brabant en de stichting Brabantse Regionale Geschied beoefening hen hierin bij. De krant is bedoeld als smaakmaker voor verder onderzoek en is kortgeleden verschenen. Voor verdere informatie: J.F. van der Linde, 073-6146193/A.P. van Vliet, 073-6818507 (samenstellers van de krant); zie ook 'Signalementen', pag. 43. bron 2.8 hel exercitiege Voor vrijheid genbezilllng Hoe nu verder? Wat heeft de didaktiekconferentie ons nu feitelijk te zeggen? Ik ben ervan overtuigd dat archivarissen en docenten iets voor elkaar kunnen betekenen. Daarbij is de erkenning dat geen van beide beroepsgroepen de wijsheid in pacht heeft de enige basis voor een vruchtbare samenwerking. De VGN heeft met de openstelling van de didaktiekconferentie voor niet-onderwijsgevenden een schot voor de boeg gegeven. Wil de KVAN dit voorbeeld volgen en een studiemiddag over 'omgevingsgeschiedenis' organiseren? En is het niet zinvol wanneer de Rijksarchiefdienst en de KALO overgaan Een voorbeeld van zo'n puristische benadering is de recensie van de door het gemeentearchief van Roosendaal uitgegeven lesbrief'Hoge bomen vangen veel wind'. Lesbrief politiek voor basisscholen': R. Huiskamp, 'Het verleden als afschrikwekkend voorbeeld. Lesbrief over lokasle overheid in Roosendaal', in: Noordbrabants Historisch Nieuwsblad, februari 1997, jg. 11 nr 1, 5-7. De lesbrief zeifis te bestellen bij het gemeentearchief van Roosendaal. 8 P. Kooij, De wereld in een waterdruppel. Lokale en regionale geschiedenis als wereldoriëntatie: mogelijkheden en middelen', in Kleio, 37e jaargang, nr. 4, mei 1996, 4-11. 'Kooij, De wereld in een waterdruppel, 5. 10 Bruikbare literatuur en bronnen zijn te vinden in de Cahiers voor lokale en regionale geschiedenis. Deze tussen 1988 en 1994 door de Walburg pers in Zutphen uitgegeven serie belicht de volgende onderwerpen: strafrecht en criminaliteit, materiële cultuur, historische demografie en geografie, stadsgeschiedenis, lokale bestuursgeschiedenis, vrouwengeschiedenis, dorpsgeschiedenis, fiscale bronnen, elite-onderzoek en sociale zorg. 100/4 April 1997

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1997 | | pagina 16