Klal cit in zicht ARA moderniseert dienstverlening Door Agnes Jonker Terwijl de bezoeker steeds vaker kwam aanzetten met een draagbare computer, schreef de archivaris voort met zijn ganzeveer 26 27 Niets minder dan een kleine revolutie lijkt zich de laatste jaren te hebben afgespeeld binnen de muren van het Algemeen Rijksarchief te Den Haag. De boel is behoorlijk op zijn kop gezet, een reorgani satie doorgevoerd. Achter en voor de schermen. De hokjesgeest moet er aan geloven, de hiërarchische structuur geslecht. Carla Bakker, Max Beekhuis en Saskia de Graaff, allen werkzaam bij de afdeling Dienstverlening, vertellen over de nieuwe wind die is gaan waaien. Een reportage over de veranderingen in de organisatie en de dienst verlening en over de beroepsopvatting die daar achter schuil gaat. In het zicht van de vervroegde over brenging van zo'n vijfendertig strek kende kilometer overheidsarchieven spoedt het ARA, toch al de grootste archiefbewaarplaats van Nederland, zich naar een nieuwe eeuw. De archi varis van weleer, met de woordenschat en rijke ervaring van een eerbied waardige honderdjarige, zal moeite hebben zich te herkennen in de nieuwe omgeving. Zo heeft het woord 'archief plaats gemaakt voor 'informatie' en leggen medewerkers van de studiezaal zich vandaag de dag toe op 'informa tiebemiddeling'; een bezoeker heet hier klant en naar diens wensen zal een heus marktonderzoek worden verricht. En wie als klant tegemoet wordt getre den, voelt natuurlijk al aankomen dat er betaald moet gaan worden. Ook diensten hebben een prijs. Geen touw aan vast te knopen Een bezoeker die destijds de studiezaal op het ARA voor het eerst betrad, kreeg al gauw een gekleurd waas voor de ogen. Kasten vol met inventarissen, gestoken in een rood, geel, groen of blauw jasje; deze laatste kleur staat bijvoorbeeld voor de afdeling kaarten en tekeningen. Voordat het zoeken van start kan gaan, dient de bezoeker zich te verdiepen in de structuur van de organisatie. Een 'kleine bijkomstig heid' die Archeion, het geautomati seerde beheerssysteem dat sinds 1991 in gebruik is, als vanzelf met zich mee sleept. Zonder hulp van studiezaalme dewerkers is er geen touw aan vast te knopen. Die medewerkers worden daarnaast geacht vragen te kunnen beantwoorden over zo'n 6000 archie ven, toen al een welhaast onmogelijke opgave, laat staan in de toekomst. Aan goede wil ontbreekt het niet, maar krijgt elke bezoeker wel voldoende aandacht om wegwijs te raken? Cijfers over de laatste vijf jaar laten zien dat zo'n 50% van de bezoekers het houdt op die ene keer dat zij een voet over de drempel hebben gezet. Waarom zij niet terugkeren, is niet bekend. De conclusie dat minstens 50% in volle tevredenheid het pand heeft verlaten, mag in elk geval voorbarig heten. Gevierendeeld Volgens Bakker, Beekhuis en De Graaff behoort die situatie inmiddels tot het verleden. Tot aan de reorgani satie eind 1994 is de structuur van het ARA meer dan vijfenvijftig jaar over eind gebleven. De directeur was tevens de Algemene Rijksarchivaris en gaf in deze functie zowel leiding aan het Al gemeen Rijksarchief als aan de Rijks archiefdienst. Verder telde het ARA I .ï!!!a ,sr| j-aa:Es= ••'9 8 BBadU'im i-;ss sasüHï'ja H S£Sï:.'!i| j si. ssis-ü'B sis- asasïJ.'M IS BH fc'üs'ïHfj'l S ÏÜ'-ll'f Algemeen Rijksarchief in Den Haag vier afdelingen die ieder voor een deel van de archieven verantwoordelijk waren. Elke Afdeling kende zijn eigen diensthoofd zodat in Den Haag vier rijksarchivarissen -elk in hun eigen domein- de scepter zwaaiden. In een dergelijke 'verkokerde' en bovendien hiërarchische organisatie, vormden de scheidslijnen evenzoveel belemmerin gen voor een efficiënte samenwerking. Vandaar bijvoorbeeld die kleurrijke kasten op de studiezaal en -onder an- gen. Terwijl de bezoeker steeds vaker kwam aanzetten met een draagbare computer, schreef de archivaris voort met zijn ganzeveer. Zo ongeveer werd het door medewerkers ervaren. Herverkaveld in kerntaken 1991 tot 1994 was een periode van ontlading van kritiek, bezinning en natuurlijk ook onrust; het werk werd ken: behouden, bewerken en benutten. De nieuw gevormde afdelingen zijn Archiefconservering, waar rond de 40 mensen werken; Dienstverlening met iets meer dan 50 en Bronverwerving Toezicht met circa 25 medewerkers, allen ondersteund door de afdeling Be drijfsvoering. Het ARA heeft een eigen directeur wiens functie is gescheiden van die van Algemeen Rijksarchivaris. Samen met de drie afdelingshoofden vormt hij het managementteam van het ARA". Saskia de Graaf (links) en Carla Bakker dere door verschillen in personeels beleid- scheve ogen tussen de afde lingen onderling. Achter de schermen heersten mallotige toestanden. Zo werden in het depot opgevraagde stuk ken door de verschillende medewerkers in hun eigen afdelingskarretje ver voerd. Het verhaal gaat dat de een linksonder als vertrekpunt verkoos om dozen in de kast te plaatsten, de ander echter linksboven. "Maar het heeft weinig zin nog eens op te rakelen wat er haperde" vinden Bakker, Beekkhuis en De Graaff. Gevoegd bij ontwikke lingen op het vlak van de moderne bedrijfsvoering en technologische ver nieuwingen èn de te verwachten hoeveelheid overheidsarchief, leidden de interne strubbelingen tot een on houdbare werksituatie. Het vertrouw de instrumentarium bleek verouderd in het licht van de nieuwe taken en vra- weleer zijn verknipt en vervolgens herverkaveld in drie nieuwe, naar functie onderscheiden afdelingen. We hebben gekozen voor een organisatie vorm die is toegesneden op de kernta- latie Japan - Nederland betreffen. En in het kader van een groots opgezette her denking van de Vrede van Münster voe ren wij het zogeheten Staten-Generaal project uit. georganiseerd naar het model van een platte organisatie en schotten en scheidslijnen werden opgedoekt. Op papier wellicht wat krachtiger dan in de praktijk, want ingesleten patronen zijn nu eenmaal niet van de ene op de andere dag weggevaagd. Toch was volgens Beekhuis het richtingsgevoel weer terug. "De vier afdelingen van Vraaggestuurde organisatie Sinds de reorganisatie neemt de projectgewijze werkmethode de voornaamste plaats in. Kenmerkend voor deze manier van werken is dat medewerkers zich gezamenlijk, in wisselende samenstelling, gedurende een bepaalde tijd wijden aan een opdracht, bijvoorbeeld het maken van een inventaris, het voorbereiden van een symposium of een tentoonstelling. Een project kan zich afspelen binnen een afdeling of tussen afdelingen. Het rouleren van de werkzaamheden is als een stille kracht die de ingrijpende om schakeling naar een platte organisatie voortdurend oliet. Het begin van een project ligt bij een concrete vraag van een klant of relatie van het ARA. Voor een groot aantal projecten is een exter ne instantie behalve (mede)opdracht- gever soms ook medefinancier. Vandaar dat we spreken van een 'vraag gestuurde' organisatie. Er zijn langlo pende projecten en kortlopende. De ko mende jaren werken we ter gelegen heid van de viering '400 jaar Neder land -Japan' aan het samenstellen van een archiefgids met bestanden die de re- 100/3 maart 1997

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1997 | | pagina 18