Managementconflict Leeuwarden voorlopig opgelost Workshop 'Eten of gegeten worden' 30 Schiphol en de Archiefwet 1993 31 Gevarieerde thema's Na Stepniak voerde Almamy Steil Conté, directeur van de archieven in Guinee, het woord over archiefsamenwerking tussen Noordelijke en Zuidelijke landen en tussen Zuide lijke landen onderling. Naar zijn mening kunnen voor beide vormen van coöperatie specifieke motieven, methoden en thema's worden aangewezen. Axel Plathe van UNESCO gaf vervolgens een overzicht van de structuren voor internati onale samenwerking op archiefgebied en Vladimir Tarasov van de Russische Staatsarchiefdienst behandelde de rol die de internationale archiefgemeenschap zou moeten spelen in crisissituaties waarbij het behoud van archiefschatten in het het pertinentiebeginsel vroeg daar natuurlijk ook om. Als reactie op Fleury's woorden beklommen enige (oud-)mede- werkers van internationale organisaties het spreekgestoelte om te verklaren dat hun archieven er keurig bijstaan. Overigens mag het dan waar zijn dat Fleury zijn pijlen wel wat ongenuanceerd op de internationale organisaties richtte -met voorbijgaan aan andere belemmeringen ten aanzien van de studie van de internationale betrekkingen-, met zijn bijdrage stelde hij wel degelijk een kwestie aan de orde die verdere discussie behoeft. De Internationale Archiefraad biedt daarvoor bij uitstek het geëigende platform. (Jan van den Broek) Archivarissen uit de hele wereld hijeen in Beijing (foto: J. Steenhuis geding is. Tenslotte was de beurt aan Jean-Marie Palayret, directeur van het historisch archief van de Europese Unie te Florence. Hij las een tekst voor van Antoine Fleury van de universiteit van Genève over de archieven van internatio nale organisaties. Volgens Fleury bevinden deze archieven zich in een zodanige toestand dat zij niet gebruikt kunnen worden voor wetenschappelijk onderzoek en is om deze re den een gedegen studie van internationale gebeurtenissen niet mogelijk. Interventies Zoals gebruikelijk waren er onder de interventies van con gresdeelnemers veel pro forma bijdragen die geen vermel ding behoeven. Vermeldenswaard zijn alleen nog de speelse opmerkingen waarmee Jan Boomgaard aansloot op Mullers optreden in 1910 en het feit dat de meest serieuze inter venties voordrachten betroffen die door anderen dan de auteurs waren gepresenteerd. Skowroneks reanimatie van Op deze titel kwamen tal van documentaire informatie verzorgers uit Amsterdam af. Wat werd hen tijdens deze workshop van het Gemeentearchief Amsterdam -want daar was het evenement met die titel- voorgeschoteld? Om precies te zijn was het de afdeling Inspectie, Registra tuur en Acquisitie die op 29 januari jl. deze workshop voor de medewerkers documentaire informatieverzorging (DIV) van de gemeente Amsterdam opdiende. De bijeenkomst Nadat in het najaar van 1996 de medewerkers van het Gemeen tearchief in Leeuwarden hun vertrouwen in de gemeente archivaris hadden opgezegd, onderzocht een adviesbureau de oorzaken van het conflict en deed een aantal aanbevelingen. Eind januari heeft het college van burgemeester en wethou ders van Leeuwarden een besluit genomen dat moet leiden tot een definitieve oplossing van het conflict. Op korte termijn zal een zogeheten verandermanager worden aangesteld die onder supervisie van drs. B. Looper, directeur van de Centrale Archief Selectiedienst, een reorga nisatie van het gemeentearchief in gang moet zetten. Deze reorganisatie zal naar verwachting ongeveer een half jaar gaan duren. Gedurende die periode blijft de gemeente archivaris met buitengewoon verlof. De dagelijkse leiding van het gemeentearchief is tot die tijd in handen van A.J. Zeinstra, manager Facilitair Bedrijf. had als doel hen te overtuigen van het belang van hun rol in de ontwikkelingen op het vakgebied. De dag diende als sti mulans in deze richting, niet alleen door het bijwonen van leerzame lezingen om hun vakkennis uit te breiden, maar ook door een flinke dosis peptalk. Hoe weet de burgerklant nog wat de overheid voor hem of haar heeft gedaan? Kan de overheid de neerslag van haar handelen nog wel terugvinden in al die computers? Zij had al wat problemen met faxen die niet werden geregistreerd maar wel degelijk bewijskracht hadden. Deze zijn redelijk onder de knie maar met het gebruik van Internet en e-mail vliegt het ons weer om de oren. Klanten van de overheid eisen dat ze thuis naar het loket kunnen in plaats van weer zoeken naar die moeilijke parkeerplaats en lang wachten voor het loket. Technologische ontwikkelingen veranderen de manier waar op de overheid haar werk verricht niet zozeer van binnenuit maar eerder van buitenaf. Van oudsher zijn afdelingen DIV gericht op papier. Maar door bovengenoemde ontwikke lingen is papier niet meer de enige drager van informatie; digitale opslag van gegevens wordt minstens zo belangrijk. De recht- en bewijszoekende burger moet er op kunnen blijven vertrouwen dat de overheid haar informatie op orde heeft. Deze maatschappelijke eis leidt ertoe dat afdelingen DIV zich eerder gaan gedragen als informatiebeheerders dan als registratoren van papierstromen. Daarmee verandert ook de status van deze afdelingen: zij moeten daartoe zichtbaar worden binnen een organisatie en professioneel en efficiënt gaan werken. De techniek staat niet stil; niet alleen moet de DIV-medewerker die bijhou den, nee, hij zou de ontwikkelingen zelfs vóór moeten zijn om er actief gebruik van te maken. Hij moet naar buiten kijken en samenwerken met de informatievragers, of dat nu burgers, ambtenaren of collega's zijn. Pak je dat goed aan, dan heeft zo'n afdeling meerwaarde, is het de kiel waar het schip op vaart. (Nicoline J. Ekama van Dorsten) Drie oktober 1996 deed de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak in een geschil over een weigering van de N.V. Luchthaven Schiphol om afschriften te verstrekken van goedkeuringsbesluiten van haar Raad van Commissarissen die de vaststelling van tarieven betrof fen. De uitspraak (gepubliceerd in het Nederlands Juristenblad van 10 januari 1997. blz 68-69) bevat enkele interessante overwegingen in verband met de Wet openbaarheid van bestuur. Voor de toepassing van de Archiefwet 1995 is de uitspraak van belang omdat hij ingaat op de definitie van "bestuursorgaan" in de zin van de Algemene wet bestuurs recht (Awb). Een bestuursorgaan in de zin van de Awb is tevens overheidsorgaan in de zin van de Archiefwet 1995, zo is bij de behandeling van het voorstel voor een nieuwe archiefwet vastgesteld. De N.V. Luchthaven Schiphol is noch bestuursorgaan (Awb), noch overheidsorgaan in de zin van de Archiefwet 1995. De Afdeling bestuursrechtspraak sprak in de Schiphol-zaak o.a. uit dat het enkele feit dat aan de oprichting van een rechtspersoon een machtigingswet (waarbij een minister is gemachtigd voor en namens de Staat aan de oprichting van een privaatrechtelijke rechtspersoon mee te werken) is voor afgegaan, niet betekent dat deze rechtspersoon krachtens publiekrecht is ingesteld. Zo'n rechtspersoon valt dus niet onder artikel 1, onder b,l°, van de Archiefwet 1995, maar kan wel vallen onder artikel 1, onder b,2°. Die laatste bepaling bestempelt ook een persoon of college "met enig openbaar gezag bekleed" tot overheidsorgaan. In de Schiphol-zaak onderzocht de Afdeling of enig orgaan van Schiphol publieke taken en bevoegdheden heeft met betrek king tot het vaststellen van de tarieven voor het gebruik van de luchthaven. Volgens de Luchtvaartwet behoeven deze tarieven goedkeuring van de Kroon. Het enkele bestaan van dit vereiste van goedkeuring rechtvaardigt, volgens de Afdeling, niet de conclusie dat daarmee ook het vaststellen (door de privaatrechtelijke rechtspersoon) van de tarieven een publiek-rechtelijke taak of bevoegdheid is geworden. Oorspronkelijk gold, blijkens de Nota archiefbeleid en de Memorie van toelichting, de uitbreiding van de werkings sfeer van de archiefwet ook privaatrechtelijke rechtsperso nen "waarvan het beheer in overwegende mate wordt beïnvloed door (organen van) publiekrechtelijke instellin gen". Dit is evenwel, na aanpassing (bij nota van wijziging) van de omschrijving van het begrip "overheidsorgaan", geen zelfstandig criterium voor de bepaling of een rechtspersoon een overheidsorgaan is. Ook bij de behandeling van de Awb is het oorspronkelijke standpunt (dat privaatrechtelijke rechtspersonen waarvan het beheer in overwegende mate wordt beïnvloed door organen van publiekrechtelijke corpo raties tot de overheid moeten worden gerekend) verlaten, aldus de Afdeling bestuursrechtspraak in de Schiphol-zaak. Het criterium van de overwegende overheidsinvloed speelt wel een rol in het ambtenarenrecht. Volgens de Afdeling zijn stichtingen of andere privaatrechtelijke rechtspersonen bestuursorgaan in de zin van de Awb voor zover zij ambte naren in dienst hebben. Zij zijn dan dus ook overheidsor gaan in de zin van de Archiefwet 1995. Al is de overwegende overheidsinvloed geen zelfstandig criterium meer voor de bepaling of rechtspersoon een over heidsorgaan is, de band tussen de overheid en een privaat rechtelijke rechtspersoon kan wel een rol spelen in het onderzoek of de rechtspersoon met enig openbaar gezag is bekleed. Dat volgt uit een eerdere uitspraak van de Afde ling rechtspraak van de Raad van de State inzake de Stich ting silicose oud-mijnwerkers (zie mijn Archiefrecht, blz. Al-10). (F.C.J. Ketelaar) 100/2 FEBRUARI 1997

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1997 | | pagina 18